ECLI:NL:RBASS:2012:BW0717
Rechtbank Assen
- Wraking
- E. Läkamp
- H. Wolthuis
- K. Wentholt
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van rechters in civiele zaken
In deze zaak heeft verzoeker op 14 februari 2012 een wrakingsverzoek ingediend tegen de kantonrechter in twee civiele zaken. Verzoeker stelt dat er een probleem is ontstaan bij een eerder wrakingsverzoek, omdat de president van de rechtbank betrokken was bij een moordaanslag op hem. Hij vreest dat de president, die ook deel uitmaakt van de wrakingskamer, niet onpartijdig kan oordelen. De rechter heeft echter aangegeven niet in de wraking te berusten en geen behoefte te hebben om gehoord te worden. De rechtbank heeft de gronden van verzoeker beoordeeld en geconcludeerd dat deze geen aanleiding geven voor de wraking. De rechtbank stelt dat op basis van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht elke rechter kan worden gewraakt, maar dat er een vermoeden van onpartijdigheid bestaat tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn. De rechtbank oordeelt dat de aangevoerde gronden niet specifiek gericht zijn tegen de persoon van de rechters, maar tegen de rechtbank als geheel. Dit leidt tot de conclusie dat verzoeker het wrakingsinstrument heeft misbruikt. De rechtbank verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek en bepaalt dat een volgend verzoek op dezelfde gronden niet in behandeling wordt genomen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer op 16 maart 2012, waarbij de griffier onverwijlde mededeling van deze beslissing doet aan verzoeker, de betrokken rechter en het CJIB.