ECLI:NL:RBASS:2012:BV6598
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- B.I. Klaassens
- E.C.M. Wolfert
- M. van der Veen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in zaak van seksuele handelingen met minderjarige
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Assen, stond de verdachte terecht op beschuldiging van het plegen van seksuele handelingen met een minderjarige, N. van D., geboren op 25 april 2000. De tenlastelegging betrof handelingen die zouden hebben plaatsgevonden tussen 1 juli 2010 en 20 september 2010 in Nieuw-Buinen, waarbij de verdachte onder andere beschuldigd werd van het seksueel binnendringen van het lichaam van N. van D. De verdachte heeft de beschuldigingen ten stelligste ontkend.
De rechtbank constateerde dat de officier van justitie haar bewijsvoering voornamelijk baseerde op de verklaring van het vermeende slachtoffer, N. van D., en de verklaringen van haar zus en vader, D. K. en E. van D. De rechtbank oordeelde dat volgens artikel 342 van het Wetboek van Strafvordering het bewijs niet uitsluitend mag steunen op de verklaring van één getuige. Dit is een waarborg voor de deugdelijkheid van de bewijsbeslissing. De rechtbank vond dat de verklaringen van de getuigen onvoldoende steun boden voor de beschuldigingen.
Na het horen van de bewijsvoering en de pleidooien, kwam de rechtbank tot de conclusie dat er onvoldoende wettig bewijs was om de verdachte te veroordelen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van zowel de primair als subsidiair tenlastegelegde feiten. De vordering van de benadeelde partij, N. van D., tot schadevergoeding werd afgewezen, omdat de rechtbank de feiten die tot de schade zouden hebben geleid niet bewezen achtte. De benadeelde partij werd niet ontvankelijk verklaard in haar vordering en werd verwezen naar de burgerlijke rechter.
Dit vonnis werd uitgesproken op 7 februari 2012 door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de rechters B.I. Klaassens, E.C.M. Wolfert en M. van der Veen, in aanwezigheid van griffier J. Bos. De rechtbank benadrukte het belang van een zorgvuldige bewijsvoering in strafzaken, vooral wanneer het gaat om delicten tegen minderjarigen.