ECLI:NL:RBASS:2010:BO2615
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Bewezenverklaring van brandstichting met ontoerekeningsvatbaarheid en plaatsing in psychiatrisch ziekenhuis
In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 2 november 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van brandstichting. De verdachte, geboren in 1965 en verblijvende in P.I. Noord, werd ervan beschuldigd op 19 april 2010 opzettelijk brand te hebben gesticht in een snorfiets/scooter die bij zijn woning stond. De verdachte was niet verschenen op de zitting, maar zijn raadsvrouw, mr. H.A. Jonker-van Dijk, voerde de verdediging. De verdediging stelde dat de verdachte niet in staat was om de brandstichting te overzien en dat hij geen opzet had gehad, verwijzend naar een psychiatrisch rapport dat zijn geestelijke toestand beschreef.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte lijdt aan een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens, wat zijn toerekeningsvatbaarheid beïnvloedde. Ondanks het feit dat de verdachte niet in staat was om de gevolgen van zijn daden te overzien, oordeelde de rechtbank dat er voldoende bewijs was dat hij opzettelijk de brand had gesticht. De rechtbank baseerde haar oordeel op verklaringen van getuigen en het proces-verbaal van de politie, waarin werd beschreven dat de verdachte eerder had aangegeven zijn woning in brand te willen steken.
De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat de verdachte niet strafbaar was, maar dat hij wel een gevaar voor zichzelf en anderen vormde. Daarom werd besloten om de verdachte voor een termijn van één jaar in een psychiatrisch ziekenhuis te plaatsen. Dit vonnis is gewezen door de meervoudige kamer van de rechtbank, die zich baseerde op de conclusies van de gedragsdeskundigen en de feiten van de zaak.