ECLI:NL:RBASS:2008:BD8452
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.J. Schoemaker
- H. de Wit
- B.I. Klaassens
- Rechtspraak.nl
Niet ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie wegens ontbreken machtiging op grond van artikel 54a Sr
In deze zaak heeft de Rechtbank Assen op 22 juli 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak waarbij de verdachte niet aanwezig was. De raadsvrouw van de verdachte, mr. H.C. Lunter, voerde aan dat het Openbaar Ministerie (OM) niet ontvankelijk was in de vervolging van de verdachte, omdat er geen machtiging was afgegeven door de rechter-commissaris, zoals vereist op grond van artikel 54a van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Dit artikel stelt dat strafrechtelijke vervolging uitgesloten is indien de tussenpersoon voldoet aan een bevel van de officier van justitie, na schriftelijke machtiging van de rechter-commissaris, om gegevens ontoegankelijk te maken. In deze zaak ontbrak een dergelijk bevel, waardoor de verdachte een beroep op deze vervolgingsuitsluitingsgrond werd onthouden.
De rechtbank overwoog dat de verdachte een webhostingpakket had verstrekt aan een derde, die beledigende teksten op een website had geplaatst. De officier van justitie had de verdachte verzocht om de website ontoegankelijk te maken, maar de verdachte had dit niet gedaan, omdat er geen machtiging van de rechter-commissaris was. De rechtbank concludeerde dat het OM niet tot vervolging had mogen overgaan, omdat de vereiste machtiging ontbrak. De stelling van de officier van justitie dat de rechter-commissaris niet tot een inhoudelijke beoordeling was overgegaan, rechtvaardigde niet dat het OM niet kon worden verweten dat de machtiging niet was afgegeven.
De rechtbank verklaarde het OM niet ontvankelijk in de vervolging van de verdachte, waarmee de zaak werd afgesloten. Dit vonnis is uitgesproken in het openbaar, waarbij mr. Klaassens niet in staat was om het vonnis mede te ondertekenen binnen de wettelijke termijn.