RECHTBANK ASSEN
Sector strafrecht
Parketnummer: 19.830338-07
vonnis van de Meervoudige kamer d.d. 24 juni 2008 in de zaak van het openbaar ministerie tegen:
[naam]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1956,
thans verblijvende te [adres].
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgehad op 10 juni 2008.
De verdachte is niet verschenen.
Als raadsman van de verdachte is ter terechtzitting aanwezig mr. P.C. van Diest, advocaat te Zuidlaren. Deze is door de verdachte uitdrukkelijk gemachtigd om namens hem de verdediging te voeren.
De verdachte is bij dagvaarding tenlastegelegd, dat
hij op of omstreeks 07 december 2007 te Assen opzettelijk brand heeft gesticht in een woning aan/nabij de [adres], immers heeft verdachte toen aldaar opzettelijk in een ruimte in die woning een blouse en/of een kussen in brand gestoken, in elk geval opzettelijk (open) vuur in aanraking gebracht en/of laten komen met enig in die woning aanwezig brandbaar materiaal, ten gevolge waarvan die woning geheel of gedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan, terwijl daarvan gemeen gevaar voor (een) belendende woning(en) en/of voor de daarin aanwezige inboedel, in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of
levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor (een) in die belendende woning(en) aanwezige personen/persoon, in elk geval levensgevaar en/of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten was;
Kennelijke taal- en/of schrijffouten in de tenlastelegging worden geacht te zijn verbeterd. De verdachte is daardoor, blijkens het onderzoek ter terechtzitting, niet geschaad in de verdediging.
Nu verdachte hetgeen de rechtbank bewezen zal verklaren heeft bekend en zijn raadsman geen vrijspraak heeft bepleit zal de rechtbank volstaan met een opgave van bewijsmiddelen.
Overeenkomstig de nader op te nemen bewijsmiddelen.
De rechtbank acht wettig bewezen en zij heeft de overtuiging verkregen dat de verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 07 december 2007 te Assen opzettelijk brand heeft gesticht in een woning aan de [adres], immers heeft verdachte toen aldaar opzettelijk in een ruimte in die woning een blouse en een kussen in brand gestoken, ten gevolge waarvan die woning gedeeltelijk is verbrand, terwijl daarvan gemeen gevaar voor belendende woningen en voor de daarin aanwezige inboedel en levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor in die belendende woningen aanwezige personen, te duchten was;
De verdachte zal van het meer of anders tenlastegelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Het bewezen verklaarde levert op:
opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en levensgevaar voor een ander te duchten is,
strafbaar gesteld bij artikel 157 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank heeft kennis genomen van
- een psychiatrisch rapport d.d. 20 februari 2008, opgemaakt door dr. A.S. Oosterbaan, psychiater;
- een psychologisch rapport d.d. 25 februari 2008, opgemaakt door drs. J. Buschman, GZ psycholoog en geregistreerd kinder- en jeugdpsycholoog.
Door de gedragsdeskundigen, dr. A.S. Oosterbaan en drs. J. Buschman, die de verdachte beiden hebben onderzocht, is elk afzonderlijk een met reden omkleed, gedagtekend en ondertekend advies uitgebracht.
Beide gedragskundigen komen tot de volgende conclusie - zakelijk weergegeven - :
- betrokkene lijdt aan een ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens. In diagnostische zin is er sprake van schizofrenie van het paranoïde type;
- ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde was de ziekte aanwezig;
- hallucinaties gaven betrokkene de opdracht om brand te stichten;
- betrokkene moet volledig ontoerekeningsvatbaar worden verklaard.
De rechtbank verenigt zich, mede gelet op de door de gedragsdeskundigen aannemelijk geachte toedracht van het feit en de persoon van de verdachte, met voormelde conclusie en maakt die tot de hare. De rechtbank is van oordeel dat het hiervoor bewezen verklaarde niet aan de verdachte kan worden toegerekend. De rechtbank acht derhalve de verdachte niet strafbaar.
Benadeelde partij Stichting Woningbeheer Assen
Gelet op het feit dat aan de verdachte geen staf of maatregel wordt opgelegd, zal de benadeelde partij niet ontvankelijk worden verklaard in haar vordering. Zij kan haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Beslissing van de rechtbank
De rechtbank verklaart bewezen dat het tenlastegelegde, zoals hierboven is omschreven, door de verdachte is begaan, stelt vast dat het aldus bewezen verklaarde oplevert het strafbare feit zoals hierboven is vermeld, verklaart de verdachte deswege echter niet strafbaar en ontslaat de verdachte van alle rechtsvervolging.
De rechtbank bepaalt dat de benadeelde partij niet ontvankelijk is in haar vordering en dat de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht. De benadeelde partij en de verdachte dragen ieder de eigen kosten.
De rechtbank heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door J.J. Schoemaker, voorzitter en C.M.M. Oostdam en mr. K. Bunk, rechters in tegenwoordigheid van mr. E.M. Harbers, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de rechtbank op 24 juni 2008, zijnde mr. C.M.M. Oostdam buiten staat dit vonnis binnen de door de wet gestelde termijn mede te ondertekenen.