ECLI:NL:RBASS:2007:BF9958

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
25 april 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
175293TVII
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.M.H. Pauw
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis inzake gebrekkige prestatie en deskundigenonderzoek in civiele procedure

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Assen, is op 25 april 2007 een tussenvonnis uitgesproken in de zaak tussen Compromise ICT Solutions B.V. en Basic Supply Group B.V. De zaak betreft een geschil over de uitvoering van een overeenkomst, waarbij Basic Supply Group zich op een gebrekkige prestatie van Compromise beroept. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde in conventie, Basic Supply Group, tijdig beroep heeft gedaan op de gebrekkige prestatie van eiseres in conventie, Compromise. Dit oordeel is gebaseerd op een deskundigenrapport dat aantoont dat Compromise niet heeft gehandeld zoals verwacht mocht worden op basis van de overeenkomst.

De kantonrechter heeft in het vonnis aangegeven dat er behoefte is aan deskundigenonderzoek om de vragen te beantwoorden of Basic Supply Group tijdig heeft geklaagd en of Compromise in de gelegenheid is gesteld om eventuele tekortkomingen te herstellen. Beide partijen hebben voorstellen gedaan voor deskundigen, maar de kantonrechter heeft besloten zelf een deskundige te benoemen. De kosten van deze deskundige zijn geschat op € 3500,-, wat in verhouding tot het belang van de zaak hoog is. De kantonrechter heeft daarom voorgesteld om een comparitie van partijen te houden, waarbij de deskundige aanwezig zal zijn om te proberen een minnelijke regeling te bereiken.

De zaak is verwezen naar de rolzitting van 9 mei 2007, waar partijen de gelegenheid krijgen om zich uit te laten over de mogelijkheden voor verdere procedure en om aan te geven hoe zij verder willen procederen. De kantonrechter heeft iedere verdere beslissing aangehouden, in afwachting van de uitkomsten van deze rolzitting.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ASSEN
Sector kanton
Locatie Emmen
zaaknummer 175293 CV EXPL 06/714
uitspraak van 25 april 2007
in de zaak van
de besloten vennootschap COMPROMISE ICT SOLUTIONS B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Assen,
eisende partij in conventie
gedaagde partij in reconventie
gemachtigde: mr. M. Zuidema (Pranger Gerechtsdeurwaarders te Assen)
tegen
de besloten vennootschap BASIC SUPPLY GROUP B.V.,
statutair gevestigd te Coevorden, zaakdoende te Emmen,
gedaagde partij in conventie
eisende partij in reconventie
gemachtigde: [K]
Partijen worden hierna Compromise en Basic Supply Group genoemd.
1. Het verloop van de procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
het tussenvonnis van 4 oktober 2006;
de comparitie van partijen van 4 december 2006;
de akte van 10 januari 2007 van Basic Supply Group;
de akte uitlating van 24 januari 2007 van Compromise.
2. De verdere beoordeling van het geschil in conventie en in reconventie
De kantonrechter neemt hier allereerst over al hetgeen in voormeld tussenvonnis is overwogen en beslist en overweegt voorts als volgt.
Basic Supply Group heeft in haar akte een voorstel gedaan om als deskundige te benoemen [F] BV te [adres] en in dat verband door de deskundige te beantwoorden vragen opgegeven. Compromise stelt in haar akte uitlating dat benoeming van een deskundige niet noodzakelijk is als de vragen of Basic Supply Group tijdig heeft geklaagd en of Basic Supply Group Compromise in de gelegenheid heeft gesteld om een eventuele tekortkoming te herstellen, ontkennend zouden worden beantwoord. In die akte heeft Compromise overigens ook het voorstel gedaan om een deskundige van [I.S.] BV als deskundige te benoemen en de aan die deskundige te stellen vragen geformuleerd.
Met betrekking tot de stelling van Compromise dat benoeming van een deskundige niet nodig is als bedoelde vragen ontkennend zouden worden beantwoord, wijst de kantonrechter er op dat nu juist ook die vragen naar zijn oordeel pas kunnen worden beantwoord nadat een deskundige allereerst heeft vastgesteld of Basic Supply Group wel tijdig heeft geklaagd. Het feit dat die vraag, in samenhang met de vraag of er sprake is geweest van een tekortkoming van Compromise en Compromise in de gelegenheid is gesteld om die eventuele tekortkoming te herstellen, eerst zullen moeten worden beantwoord, vragen die naar het oordeel van de kantonrechter pas na een deskundigenonderzoek kunnen worden beantwoord, rechtvaardigt wel de conclusie dat Basic Supply Group in dit geval zal moeten worden belast met de betaling van het aan de inschakeling van een deskundige verbonden voorschot. Zoals in het tussenvonnis al is overwogen, is uit de tot in dit stadium van de procedure beschikbaar gekomen gegevens namelijk niet genoegzaam op te maken dat Basic Supply Group, met het oog op het bepaalde in artikel 6:89 BW geacht kan worden tijdig en terecht een beroep te hebben gedaan op een gebrek in de prestatie van Compromise. Datzelfde geldt voor de vragen of de vermeende tekortkoming van Compromise een Compromise kan worden toegerekend, of nakoming van de overeenkomst door Compromise blijvend onmogelijk was en/of Basic Supply Group Compromise in de gelegenheid heeft gesteld de vermeende tekortkoming te herstellen.
Nu partijen beiden een andere deskundige ter benoeming hebben voorgesteld, zal de kantonrechter zelf een deskundige moeten benoemen. Daartoe is overleg geweest met de heer [S], gerechtelijk deskundige ICT, van [S.D.] te [adres], die is gespecialiseerd in Citrix-omgevingen en optreedt als deskundige voor rechtbanken en gerechtshoven. In dat overleg is gebleken dat de kosten verbonden aan de inschakeling van [S] voornoemd als deskundige worden geschat op een bedrag van € 3500,-. Omdat dit in verhouding tot het belang in deze zaak een hoog bedrag is, is met [S] de mogelijkheid besproken om opnieuw een comparitie van partijen te houden, waarbij naast beide partijen ook [S] aanwezig zal zijn om te proberen met partijen een minnelijke regeling te bewerkstelligen. [S] is bereid deze bijstand te verlenen tegen een vergoeding van € 1250,-, weliswaar een aanzienlijk lagere vergoeding maar in verhouding toch nog steeds veel geld, afgezet tegen het feit dat Basic Supply Group bereid was tot betaling van een bedrag van € 1549,17 en Compromise de zaak wilde schikken tegen betaling door Basic Supply Group van een bedrag van € 2975,- inclusief BTW. Het komt de kantonrechter voor dat genoemde bedragen in relatie tot de aan de inschakeling van de deskundige verbonden kosten, vooralsnog begroot op € 3500,- dan wel € 1250,-, in samenhang beschouwd met het feit dat Basic Supply Group die kosten bij wijze van voorschot zal moeten voldoen vóór de inschakeling van de deskundige, partijen er alsnog toe zouden moeten kunnen brengen hun geschil toch maar zonder verdere bemoeienis van de kantonrechter (en de deskundige) op te lossen en de zaak in conventie en in reconventie te laten doorhalen. In dit verband wil de kantonrechter overigens niet nalaten Basic Supply Group uitdrukkelijk in overweging te geven nader juridisch advies in te winnen voordat zij terzake een definitief standpunt inneemt.
Indien partijen de zaak niet buiten de kantonrechter om regelen, is de kantonrechter bereid nogmaals een comparitie van partijen te gelasten, teneinde in dat kader een minnelijke regeling te beproeven met bijstand van de deskundige [S], althans indien partijen beiden instemmen met de inschakeling van de deskundige op deze wijze en tegen genoemd bedrag, dat vóór de datum van de eventueel te houden comparitie door Basic Supply Group zal moeten worden betaald. Indien partijen daar niet beiden mee instemmen, is de kantonrechter voornemens genoemde deskundige te benoemen en deze (onder meer) de door partijen geformuleerde vragen ter beantwoording voor te leggen. Basic Supply Group zal in dat geval bij wijze van voorschot een bedrag van € 3500,- moeten betalen voordat de deskundige met zijn onderzoek start.
De zaak wordt in conventie en in reconventie verwezen naar de rolzitting van 9 mei 2007 om partijen in de gelegenheid te stellen zich nader uit te laten over de in 2.4 en in 2.5 genoemde mogelijkheden en aan te geven of en hoe zij verder willen procederen. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
3. De beslissing
De kantonrechter:
in conventie en in reconventie
verwijst de zaak naar de rolzitting van 9 mei 2007 teneinde partijen in de gelegenheid te stellen zich uit te laten over de in 2.4 en 2.5 genoemde mogelijkheden en aan te geven of en hoe zij verder willen procederen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. J.M.H. Pauw en in het openbaar uitgesproken op 25 april 2007.
typ/conc.]54hp
coll: