ECLI:NL:RBASS:2007:BC0105
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.E. Münzebrock
- N.R. Boonstra
- M.R.M. Beaumont
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in zaak van ontuchtige handelingen met geestelijk beperkt slachtoffer
In de zaak met parketnummer 19/605913-07 heeft de Rechtbank Assen op 18 december 2007 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het plegen van ontuchtige handelingen met een geestelijk beperkt meisje. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde, omdat zij niet wettig en overtuigend bewezen achtte dat de verdachte de feiten had gepleegd. De zaak was complex, aangezien de rechtbank in dergelijke gevallen vaak afhankelijk is van de verklaringen van het slachtoffer, in dit geval een meisje met geestelijke beperkingen. De rechtbank heeft onder andere de verklaringen van het locatiehoofd van stichting De Leite en een orthopedagoog in overweging genomen, die aangaven dat het slachtoffer moeite had met het onderscheiden van fantasie en werkelijkheid.
De rechtbank heeft ook aandacht besteed aan de verklaringen die het slachtoffer had afgelegd tijdens een studioverhoor, dat geruime tijd na de vermeende gebeurtenissen had plaatsgevonden. De rechtbank kon niet uitsluiten dat de verklaringen van het slachtoffer waren beïnvloed door gesprekken die in de tussentijd waren gevoerd. Bovendien vond de rechtbank dat de vraagstelling tijdens het studioverhoor soms sturend was en niet altijd open genoeg. De inconsistenties in de verklaringen van het slachtoffer, die begrijpelijk waren gezien haar situatie, droegen bij aan de twijfels van de rechtbank.
Uiteindelijk concludeerde de rechtbank dat er te veel twijfels waren om tot de vereiste overtuiging te komen, wat leidde tot de beslissing om de verdachte vrij te spreken van de tenlastelegging. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en werd openbaar uitgesproken op de zitting.