ECLI:NL:RBASS:2007:AZ9918

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
27 februari 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
19.830279-06
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • J.E. Münzebrock
  • H. de Wit
  • A.M.E. van der Sluijs
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van overval met geweld en wapenbezit

In de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte, die beschuldigd werd van betrokkenheid bij een gewapende overval op 7 november 2006 te Assen, heeft de rechtbank op 27 februari 2007 uitspraak gedaan. De verdachte, bijgestaan door zijn advocaat mr. U. van Ophoven, werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat de verdachte had meegepleegd aan de overval. De verklaringen van de aangever en getuigen wezen op de aanwezigheid van drie personen, terwijl de verdachte slechts door één medeverdachte werd genoemd. Dit leidde de rechtbank tot de conclusie dat de betrokkenheid van de verdachte bij de overval niet wettig en overtuigend kon worden bewezen.

Daarnaast ontbrak in het dossier het technisch proces-verbaal van het onderzoek naar de aangetroffen wapens, waardoor niet vastgesteld kon worden dat het ging om een wapen dat verboden was op grond van de Wet wapens en munitie. Hierdoor werd de verdachte ook van dit feit vrijgesproken. De rechtbank besloot tevens het bevel tot voorlopige hechtenis op te heffen. De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in strafzaken en de noodzaak om de rechten van de verdachte te waarborgen, vooral in gevallen waar de beschuldigingen ernstig zijn.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
STRAFVONNIS van de Meervoudige kamer in de zaak van het openbaar ministerie tegen:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte]1980,
wonende [adres verdachte],
verblijvende in [plaats van detentie verdachte].
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgehad op 20 februari 2007.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. U. van Ophoven, advocaat te Leek.
De officier van justitie mr. J. Hoekman acht hetgeen onder 1 primair is tenlastegelegd wettig en overtuigend bewezen en vordert dat de rechtbank als volgt zal beslissen:
* vrijspraak van feit 2;
* 42 maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest.
TENLASTELEGGING
De verdachte is bij dagvaarding tenlastegelegd, dat
1.
hij op of omstreeks 07 november 2006 te Assen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen sieraden, een portemonnee (met inhoud) en/of een gsm, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [naam slachtoffer], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heter daad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- het hoofd van die [naam slachtoffer] (hard) tegen een deur hebben/heeft geduwd en/of
- tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Doe maar de deur open", althans
woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- die [naam slachtoffer] op/tegen de vloer hebben/heeft geduwd en/of
- die [naam slachtoffer] bij diens kleding, ter hoogte van de kraag, hebben/heeft gegrepen, waarbij/waardoor die [naam slachtoffer] in ademnood kwam te verkeren en/of
- die [naam slachtoffer] (meermalen) in het gezicht, althans tegen het hoofd, hebben/heeft gestompt en/of geslagen en/of
- die [naam slachtoffer] hebben/heeft geschopt en/of
- dreigend tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Geef me je portemonnee",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- dreigend tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Ik ga je afmaken",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- zichtbaar voor die [naam slactoffer] een revolver/pistool/vuurwapen, althans een op een revolver/pistool/vuurwapen gelijkend voorwerp, hebben heeft vastgehouden en/of
- hoorbaar voor die [naam slachtoffer], dreigend hebben/heeft geroepen/gezegd: "Schieten, schieten", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- zichtbaar voor die [naam slachtoffer] een (ander) pistool/vuurwapen, althans een op een pistool/vuurwapen gelijkend voorwerp, hebben/heeft vastgehouden en/of
- die [naam slachtoffer] met laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen (meermalen) in het gezicht, althans tegen het hoofd, hebben/heeft geslagen en/of
- zichtbaar voor die [naam slachtoffer] de slede van laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen naar achteren hebben/heeft getrokken en/of
- laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen tegen het hoofd van die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezet en/of
- (opnieuw) de slede van laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen naar
achteren hebben/heeft getrokken en/of
- die [naam slachtoffer] bij diens kleding hebben/heeft gegrepen en/of deze hebben/heeft bevolen een trap op te lopen, daarbij met laatstgenoemd
pistool/voorwerp/vuurwapen wijzend in de richting van die [naam slachtoffer] en/of
- die [naam slachtoffer] (opnieuw) op/tegen de vloer hebben/heeft geduwd en/of
- die [naam slachtoffer] van een trap af hebben/heeft geduwd en/of
- hebben/heeft geprobeerd die [naam slachtoffer] te dwingen diens bromfiets/scooter te starten en/of
- onverwachts en/of met kracht (een) (hals)ketting(en) van die [naam slachtoffer] van diens hals/nek hebben/heeft getrokken en/of
- onverwachts en/of met kracht (een) ring(en) van (een) vinger(s) van die
[naam slachtoffer] hebben/heeft getrokken;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
hij op of omstreeks 07 november 2006 te Assen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van sieraden, een portemonnee (met inhoud) en/of een gsm, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [naam benadeelde] of aan een derde, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- het hoofd van die [naam slachtoffer] (hard) tegen een deur hebben/heeft geduwd en/of
- tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Doe maar de deur open", althans woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- die [naam slachtoffer] op/tegen de vloer hebben/heeft geduwd en/of
- die [naam slachtoffer] bij diens kleding, ter hoogte van de kraag, hebben/heeft gegrepen, waarbij/waardoor die [naam slachtoffer] in ademnood kwam te verkeren en/of
- die [naam slachtoffer] (meermalen) in het gezicht, althans tegen het hoofd, hebben/heeft gestompt en/of geslagen en/of
- die [naam slachtoffer] hebben/heeft geschopt en/of
- dreigend tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Geef me je portemonnee", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- dreigend tegen die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezegd: "Ik ga je afmaken",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- zichtbaar voor die [naam slachtoffer] een revolver/pistool/vuurwapen, althans een op een revolver/pistool/vuurwapen gelijkend voorwerp, hebben heeft vastgehouden en/of
- hoorbaar voor die [naam slachtoffer], dreigend hebben/heeft geroepen/gezegd: "Schieten, schieten", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- zichtbaar voor die [naam slachtoffer] een (ander) pistool/vuurwapen, althans een op een pistool/vuurwapen gelijkend voorwerp, hebben/heeft vastgehouden en/of
- die [naam slachtoffer] met laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen (meermalen) in het gezicht, althans tegen het hoofd, hebben/heeft geslagen en/of
- zichtbaar voor die [naam slachtoffer] de slede van laatstgenoemd
pistool/voorwerp/vuurwapen naar achteren hebben/heeft getrokken en/of
- laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen tegen het hoofd van die [naam slachtoffer] hebben/heeft gezet en/of
- (opnieuw) de slede van laatstgenoemd pistool/voorwerp/vuurwapen naar
achteren hebben/heeft getrokken en/of
- die [naam slachtoffer] bij diens kleding hebben/heeft gegrepen en/of deze hebben/heeft bevolen een trap op te lopen, daarbij met laatstgenoemd
pistool/voorwerp/vuurwapen wijzend in de richting van die [naam slachtoffer] en/of
- die [naam slachtoffer] (opnieuw) op/tegen de vloer hebben/heeft geduwd en/of
- die [naam slachtoffer] van een trap af hebben/heeft geduwd en/of
- hebben/heeft geprobeerd die [naam slachtoffer] te dwingen diens bromfiets/scooter te starten;
2.
hij op of omstreeks 07 november 2006 te Assen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (een) wapen(s) van categorie III, te weten pistolen/een pistool, en/of munitie van categorie III, te weten een hoeveelheid patronen, voorhanden heeft gehad;
Kennelijke taal- en/of schrijffouten in de tenlastelegging worden geacht te zijn verbeterd. De verdachte is daardoor, blijkens het onderzoek ter terechtzitting, niet geschaad in de verdediging.
VRIJSPRAAK
De raadsman heeft betoogd dat verdachte van het tenlastegelegde moet worden vrijgesproken.
De raadsman heeft aangegeven dat verdachte op de bewuste dag met zijn neef/medeverdachte [naam neef/medeverdachte] naar Assen was gekomen om zijn auto te verkopen.
In Assen ontmoette verdachte een tweetal mannen waarvan hij dacht dat zij belangstelling voor zijn auto hadden. Verdachte is samen met die mannen en [naam medeverdachte] gaan rijden. Op hun verzoek is verdachte naar de woning van het slachtoffer [naam slachtoffer] gereden.
Verdachte ziet dat de twee mannen en [naam medeverdachte] de woning van [naam slachtoffer] binnen gaan. Verdachte blijft buiten bij de auto wachten en weet op dat moment niet wat er in de woning gebeurt. Als de twee mannen en [naam medeverdachte] met [naam slachtoffer] naar buiten komen ziet verdachte dat [naam slachtoffer] gewond is. Verdachte realiseert zich dat hier iets niet in de haak is en besluit weg te gaan. Hij stapt in zijn auto en rijdt vervolgens weg.
De raadsman heeft daarbij nog aangevoerd dat medeverdachte [naam medeverdachte] steeds in de ik-vorm in zijn verklaringen spreekt. Dat duidt er op dat verdachte geen rol heeft gespeeld in het geheel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat niet gesproken kan worden van medeplegen aan de diefstal met geweld dan wel aan afpersing.
Voor feit 2 geld dat er geen bewijs is dat verdachte dat wapen in handen heeft gehad.
De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat verdachte de politie had horen te bellen toen hij zag dat er iets niet in de haak was toen men met [naam slachtoffer] naar buiten kwam. Door te wachten bij de auto nadat de anderen naar binnen waren gegaan heeft verdachte zich niet gedistantieerd van de gebeurtenissen. Voorts is er in de auto van verdachte een wapen aangetroffen. Verdachte geeft in zijn verklaring geen opening van zaken.
Er is voldoende bewijs om te kunnen spreken van medeplegen van diefstal met geweld dan wel afpersing.
De rechtbank onderschrijft hetgeen de raadsman heeft aangevoerd. De betrokkenheid van verdachte bij de overval op [naam slachtoffer] op 7 november 2006 blijkt onvoldoende uit het dossier.
Aangever [naam aangever/slachtoffer] spreekt in zijn aangifte steeds over drie personen die hem overvielen die dag. [naam aangever/slachtoffer] beschrijft wat de personen 1, 2 en 3 steeds deden.
Ook getuige [naam getuige] verklaart op pagina 187 van het dossier dat hij drie personen achter [naam slachtoffer] de woning zag binnenkomen.
Medeverdachte [naam medeverdachte] is de enige persoon die verklaart dat verdachte met hem en de twee anderen in de woning van [naam slachtoffer] is geweest.
Voorts merkt de rechtbank op dat aangever en getuige [naam getuige] niet met verdachte en zijn mededader zijn geconfronteerd.
De rechtbank komt tot het oordeel dat niet bewezen kan worden dat verdachte bij de overval betrokken is geweest op een wijze dat gesproken kan worden van medeplegen. Voor het tweede ten laste gelegde feit geldt dat het technisch proces-verbaal van het onderzoek van de aangetroffen wapens in het dossier ontbreekt. Daardoor kan niet worden vastgesteld dat het in deze gaat om een wapen, verboden op grond van de Wet wapens en munitie. Om die reden moet verdachte van dit feit worden vrijgesproken.
De verdachte dient dan ook van het 1 primair en subsidiair en 2 tenlastegelegde te worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit niet wettig en overtuigend bewezen acht.
BESLISSING VAN DE RECHTBANK
De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte is tenlastegelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij.
De rechtbank heft op het bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.E. Münzebrock, voorzitter en mr. H. de Wit en mr. A.M.E. van der Sluijs, rechters in tegenwoordigheid van D. Witvoet, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de rechtbank op 27 februari 2007, zijnde mr. Van der Sluijs buiten staat dit vonnis binnen de door de wet gestelde termijn mede te ondertekenen.