ECLI:NL:RBASS:2006:AY9322

Rechtbank Assen

Datum uitspraak
3 oktober 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
19/830019-06
Instantie
Rechtbank Assen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van het onderzoek naar mishandeling en verkrachting na nieuwe verklaring slachtoffer

Op 3 oktober 2006 heeft de Rechtbank Assen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mishandeling en verkrachting. De zaak kwam aan het licht na een verklaring van het slachtoffer op 25 september 2006, waarin zij aangaf dat zij de verkrachting had verzonnen. Deze verklaring werd afgelegd na de sluiting van het onderzoek ter terechtzitting, wat de rechtbank noopte tot heropening van de zaak. De verdachte, bijgestaan door advocaat mr. V.L. van Wieringen, was aanwezig tijdens de zitting op 19 september 2006, waar de tenlastelegging werd besproken. De rechtbank oordeelde dat het noodzakelijk was om zowel de verdachte als de officier van justitie de gelegenheid te geven zich uit te laten over de nieuwe verklaring van het slachtoffer. De rechtbank besloot daarom het onderzoek te heropenen op een nader te bepalen tijdstip en terechtzitting. Dit vonnis werd uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en werd in het openbaar gedaan. De zaak betreft ernstige beschuldigingen van geweld en seksuele misdrijven, waarbij de verdachte wordt beschuldigd van het toebrengen van letsel aan het slachtoffer en het dreigen met geweld. De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat de nieuwe verklaring van het slachtoffer van groot belang is voor de verdere behandeling van de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK ASSEN
STRAFVONNIS van de meervoudige kamer in de zaak van het openbaar ministerie tegen:
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats verdachte] (China) op [geboortedatum verdachte] 1960,
wonende te [adres verdachte].
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaats gehad op 19 september 2006.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. V.L. van Wieringen, advocaat te Groningen.
TENLASTELEGGING
De verdachte is bij dagvaarding tenlastegelegd, dat
1.
hij op of omstreeks 14 januari 2006, te Meppel, althans in de gemeente Meppel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [naam slachtoffer] te dwingen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [naam slachtoffer],
- die [naam slachtoffer] bij de arm(en) en/of het haar heeft vastgegrepen en/of
- de kleding van die [naam slachtoffer] heeft stukgescheurd en/of van het lichaam van die [naam slachtoffer] getrokken en/of
- die [naam slachtoffer] dreigend heeft toegevoegd de woorden:"Ga maar naar je collega.
Probeer het maar als je durft. Als je het doet ga ik je vermoorden" en/of
- zijn, verdachte's penis/onderlichaam tegen de vagina/onderlichaam van die [naam slachtoffer] heeft gedrukt en (daarbij) stotende bewegingen heeft gemaakt en/of heeft
getracht zijn, verdachte's penis in de vagina van die [naam slachtoffer]te
duwen/brengen en/of
- die [naam slachtoffer] (met een riem) heeft geslagen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen,
terzake dat
hij op of omstreeks 14 januari 2006, te Meppel, althans in de gemeente Meppel, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [naam slachtoffer] heeft gedwongen tot het dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het uittrekken van de onderbroek van die [naam slachtoffer] en/of het betasten van de vagina, althans de schaamstreek van die [naam slachtoffer] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
- die [naam slachtoffer] bij de arm(en) en/of het haar heeft vastgegrepen en/of
- de kleding van die [naam slachtoffer] heeft stukgescheurd en/of van het lichaam van die [naam slachtoffer] getrokken en/of
- die [naam slachtoffer] dreigend heeft toegevoegd de woorden:"Ga maar naar je collega.
Probeer het maar als je durft. Als je het doet ga ik je vermoorden" en/of
- zijn, verdachte's penis/onderlichaam tegen de vagina/onderlichaam van die [naam slachtoffer] heeft gedrukt en (daarbij) stotende bewegingen heeft gemaakt en/of
- die [naam slachtoffer] (met een riem) heeft geslagen;
2.
hij op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, in of omstreeks de periode van 1 juli 2005 tot en met 14 januari 2006, althans op of omstreeks 14 januari 2006, te Meppel, althans in de gemeente Meppel, opzettelijk mishandelend [naam slachtoffer] (telkens) heeft geslagen en/of gestompt en/of aan het haar getrokken, waardoor die [naam slachtoffer] (telkens) letsel heeft bekomen en/of (telkens) pijn heeft ondervonden;
MOTIVERING
Onder de beraadslaging is de rechtbank gebleken, dat het onderzoek niet volledig is geweest.
[naam slachtoffer] heeft op 25 september 2006, en dus na sluiting van het onderzoek ter terechtzitting, tegenover de brigadier van politie Drenthe, district Zuidwest, A. Lensen, verklaard dat zij op 14 januari 2006 weliswaar door verdachte is mishandeld maar dat zij de verkrachting verzonnen heeft. Verdachte heeft haar die nacht niet verkracht, aldus [naam slachtoffer] in haar verklaring.
De hoofdofficier van justitie heeft dit proces-verbaal, dat overigens noch door de verdachte, noch door de verbalisant is ondertekend, bij brief van 26 september aan de voorzitter toegezonden.
Onder deze omstandigheden komt het de rechtbank wenselijk voor dat zowel de verdachte als de officier van justitie in de gelegenheid worden gesteld zich nader uit te laten omtrent de verklaring van [naam slachtoffer].
De rechtbank zal daarom bepalen dat het onderzoek op een nog nader te bepalen terechtzitting en tijdstip zal worden heropend.
BESLISSING
De rechtbank:
beveelt, dat het onderzoek in deze zaak zal worden heropend op een nader te bepalen terechtzitting en tijdstip.
Beveelt de oproeping van de verdachte tegen dit, nog nader te bepalen, tijdstip.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.A.M. van Veen, voorzitter, en mr. H. de Wit en mr. M.C.M. Beaumont, rechters, in tegenwoordigheid van R.C. Sprong, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de rechtbank op 3 oktober 2006, zijnde mr. Beaumont buiten staat dit vonnis binnen de door de wet gestelde termijn mede te ondertekenen.-