ECLI:NL:RBASS:2003:AF8237
Rechtbank Assen
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.J. Schoemaker
- J.D. den Hartog
- P.L.M.J. Rooijakkers
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schadevergoeding ten laste van de Staat na onterecht ondergane inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft verzoeker schadevergoeding gevorderd van de Staat voor de schade die hij heeft geleden als gevolg van een onterecht ondergane inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis. Verzoeker heeft 128 dagen in voorarrest doorgebracht van 24 april 2002 tot 30 augustus 2002. Hij werd verdacht van moord en poging tot doodslag, maar is uiteindelijk vrijgesproken van de moord en veroordeeld voor mishandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker aanzienlijke immateriële schade heeft geleden door de ernstige verdenking en de publiciteit rondom de zaak. De rechtbank heeft geoordeeld dat de gebruikelijke schadevergoeding voor immateriële schade niet recht doet aan de situatie van verzoeker, gezien de ernst van de beschuldigingen en de gevolgen daarvan voor zijn leven. De rechtbank heeft daarom de hoogte van de schadevergoeding voor immateriële schade vastgesteld op 285 euro per dag voor de eerste 41 dagen en 210 euro per dag voor de resterende 87 dagen, wat resulteert in een totaal van 29.955 euro voor immateriële schade.
Daarnaast heeft de rechtbank ook de materiële schade beoordeeld. De verzoeker heeft gederfd inkomen en andere kosten als gevolg van de detentie opgevoerd, waaronder de kosten voor een cursus en schade door de verkoop van zijn huis. De rechtbank heeft geoordeeld dat de schade door gederfd inkomen voldoende onderbouwd is en heeft dit bedrag toegewezen. Echter, de schade als gevolg van de verkoop van het huis is niet voldoende komen vast te staan, omdat niet is aangetoond dat er een noodzaak was voor een snelle verkoop en de waarde van het huis niet exact kon worden vastgesteld. Uiteindelijk heeft de rechtbank de verzoeker een schadevergoeding van 38.033,69 euro toegekend, als vergoeding voor de schade die hij heeft geleden door de onterecht ondergane inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis.