ECLI:NL:RBARN:2012:BY7746

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
28 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
229260
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot verklaring voor recht dat overeenkomst is ontbonden en betaling van geldbedragen

In deze zaak vorderde de eiseres, Look Up SPRL, een verklaring voor recht dat een koop- en leenovereenkomst van 18 september 2008 ontbonden was wegens wanprestatie. Subsidiair vorderde zij ontbinding van de overeenkomst en hoofdelijke veroordeling van de gedaagden tot betaling van bedragen variërend van € 31.000 tot € 200.000, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank oordeelde dat Look Up niet-ontvankelijk was in haar vordering, omdat niet was aangetoond dat zij een vorderingsrecht had op basis van de door haar aangevoerde gronden. De rechtbank stelde vast dat Look Up niet als partij was genoemd in de overeenkomst en dat er onvoldoende bewijs was dat zij betrokken was bij de ondertekening van de akte. De rechtbank concludeerde dat de betalingen die Look Up had verricht niet voldoende waren om een vordering te rechtvaardigen, aangezien er geen rechtsplicht bestond tegenover de gedaagden. De rechtbank wees de vorderingen van Look Up af en veroordeelde haar in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagden waren begroot op € 7.621,00. Het vonnis werd uitgesproken op 28 november 2012 door mr. J.D.A. den Tonkelaar.

Uitspraak

Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 229260 / HA ZA 12-305
Vonnis van 28 november 2012
in de zaak van
de rechtspersoon naar Belgisch recht
LOOK UP SPRL,
gevestigd te Brussel,
eiseres,
advocaat mr. Ch.M. van Beuningen te ‘s-Gravenhage,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FLEETPOINT [woonplaats]
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde]
3. [gedaagde]
gedaagden,
advocaat mr. J.B. Smits te Breda.
Partijen zullen hierna Look Up, Fleetpoint, Beheer en [gedaagde sub 3] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 1 augustus 2012
- de akte wijziging eis van Look Up
- het proces-verbaal van comparitie van 17 oktober 2012.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [ .]. L[bestuurder 1] en [.]. [bestuurder 2] zijn bestuurders van Look Up. Zij worden hierna L[bestuurder 1] en [bestuurder 2] genoemd.
2.2. Op 18 september 2008 vindt overleg plaats tussen L[bestuurder 1], [bestuurder 2], [gedaagde sub 3], [.] [betrokkene 1] en [betrokkene 2] (laatstgenoemden hierna: [betrokkene 1] en [betrokkene 2]).
2.3. Van deze bespreking wordt een gedagtekend verslag opgemaakt dat door L[bestuurder 1], [betrokkene 1], [bestuurder 2] en [gedaagde sub 3] wordt ondertekend.
2.4. In dit verslag worden L[bestuurder 1] en [bestuurder 2] aangeduid als rechtsgeldig vertegenwoordigers krachtens volmacht van ‘Investeerdersgroep België’, [gedaagde sub 3] als bestuurder van Beheer en [betrokkene 1] als vertegenwoordiger van Majo Beheer B.V. [gedaagde sub 3], [betrokkene 1] en [betrokkene 2] worden als ‘de Nederlandse aandeelhouders’ aangeduid.
2.5. Doel van de bespreking van 18 september 2008 is blijkens het verslag ‘een vorm van participatie’ met Fleetpoint Nederland B.V., KvK nummer 17194492. Dit KvK nummer is gelijk aan dat van partij Fleetpoint.
2.6. Volgens het verslag zijn de intenties van de deelnemers als volgt (‘de intentieverklaring’).
Investeerders zullen de aandelen in Fleetpoint overnemen van [betrokkene 3] en [X] Beheer B.V. voor een bedrag van maximum 18.000 Euros;
Een bedrag gelijk aan 200.000 Euros verminderd met de prijs van de aandelen (…) zal als 10-jarige lening aan Fleetpoint worden verstrekt ter financiering van de overname van activa van [betrokkene 3] en [X] Beheer B.V. (…).
Investeerders dienen hun juridische structuur hiertoe te herzien middels de oprichting van een kapitaalvennootschap (…).
2.7. Look Up betaalt [gedaagde sub 3] op 27 oktober 2008 € 31.000,00 met de omschrijving ‘koop aandelen Fleetpoint Nederland’.
2.8. Op 31 oktober 2008 maakt Look Up € 169.000,00 over aan Fleetpoint Nederland B.V. onder vermelding ‘prêt selon convention’.
3. Het geschil
3.1. Look Up vordert na wijziging van de eis – samengevat – primair een verklaring voor recht dat de koop- tevens leenovereenkomst die vastligt in het verslag van de bijeenkomst van 18 september 2008 wegens wanprestatie is ontbonden, subsidiair ontbinding van de koop- tevens leenovereenkomst en voorts hoofdelijke veroordeling van gedaagden tot betaling van € 200.000, althans € 31.000,00 en € 69.000,00, vermeerderd met rente en kosten, waaronder beslagkosten en nakosten.
3.2. Gedaagden voeren verweer. Op de stellingen van partijen gaat de rechtbank hierna, voor zover van belang, nader in.
4. De beoordeling
4.1. Het eerste verweer houdt in dat Look Up niet ontvankelijk is in haar vordering omdat zij geen partij is bij de overeenkomst van 18 september 2008.
4.2. De voornaamste reden waarom Look Up de voorliggende vordering heeft ingesteld, betoogt zij, is dat [bestuurder 2] en L[bestuurder 1], optredend voor de Investeerdersgroep België tevens de twee bestuurders van Look Up zijn. Daaruit volgt de betrokkenheid van Look Up bij de overeenkomst.
4.3. Deze redenering van Look Up is naar het oordeel van de rechtbank onjuist. Zij wordt in de onder 2.3 bedoelde akte niet als partij genoemd en evenmin blijkt dat zij als zodanig aanwezig was op de bijeenkomst waar de akte getekend is. L[bestuurder 1] en [bestuurder 2] waren er aanwezig, maar hebben blijkens de akte als Investeerdersgroep België gesproken en ondertekend. Wat de identiteit van deze Investeerdersgroep België ook is – kennelijk is het een krachtens volmacht te vertegenwoordigen entiteit –, gesteld noch gebleken is dat zij dezelfde rechtspersoon is als Look Up. Als de Investeerdersgroep België bestaat uit de personen die aandeelhouder van Look Up zijn, is dat niet anders.
4.4. Het voorgaande brengt de rechtbank tot het oordeel dat Look Up niet bij de bespreking en het ondertekenen van de akte van 18 september 2008 aanwezig was en dat er onvoldoende is gesteld om de conclusie te kunnen dragen dat hetzij L[bestuurder 1] en [bestuurder 2] hetzij Investeerdersgroep België met haar te vereenzelvigen is.
4.5. In de tweede plaats wordt als grond voor het instellen van de vordering door Look Up genoemd dat zij degene is die op 27 oktober 2008 en 31 oktober 2008 de betalingen aan respectievelijk [gedaagde sub 3] en Fleetpoint heeft verricht. Ook dit is onvoldoende. Vast staat slechts dat van de rekening van Look Up deze betalingen zijn gedaan. Gesteld noch gebleken is dat er enige rechtsplicht van Look Up tegenover een of meer van de gedaagden bestond om deze betaling te verrichten. Dat er wel een overeenkomst met een of meer anderen ten grondslag aan het betalen van Look Ups rekening bestaan moet hebben, is hierbij niet van belang.
4.6. Bij brief van 10 februari 2011 zou Look Up zich er tegenover ‘Fleet Point B.V.’ te [woonplaats] over hebben beklaagd dat zij tegenover de lening van € 200.000,00 niet het toegezegde derde deel – het pakket van [betrokkene 3] en [X] Beheer B.V. – in het aandelenkapitaal heeft ontvangen. Zij zou in deze brief het geleende bedrag met rente teruggevorderd hebben. Bij mail van 16 augustus 2011 heeft [gedaagde sub 3] de betaling van € 200.000,00 aan L[bestuurder 1] en [bestuurder 2] toegezegd met daarbij de mededeling dat deze betaling niet rechtstreeks van de rekening van Fleetpoint zou kunnen komen.
4.7. Anders dan Look Up kennelijk wil betogen duiden de onder 4.6 bedoelde omstandigheden er op zichzelf niet op dat Look Up in dezen een vordering toekomt. Daargelaten dat ontvangst van de brief van 10 februari 2011 door Fleetpoint ontkend wordt, is de brief immers niet aan haar gericht, maar aan een bijna gelijknamige vennootschap en is de toezegging door [gedaagde sub 3] aan L[bestuurder 1] en [bestuurder 2], niet aan Look Up gedaan.
4.8. Look Up heeft geen andere reden dan de hierboven bedoelde naar voren gebracht om de vordering in te stellen. De conclusie is dan ook dat zij niet ontvankelijk dient te worden verklaard in haar vordering.
4.9. Zij zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van gedaagden worden begroot op:
- griffierecht € 3.621,00
- salaris advocaat 4.000,00 (2,0 punten × tarief € 2.000,00)
Totaal € 7.621,00
5. De beslissing
De rechtbank
5.1. wijst de vorderingen af,
5.2. veroordeelt Look Up in de proceskosten, aan de zijde van gedaagden tot op heden begroot op € 7.621,00,
5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.D.A. den Tonkelaar en in het openbaar uitgesproken op 28 november 2012.