ECLI:NL:RBARN:2012:BX4969

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
11 juli 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
228210
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident tot verstrekking van bescheiden in civiele procedure tussen HDS Groep B.V. en COÖPERATIE UNIVÉ MIDDEN U.A.

In deze civiele procedure, die diende voor de Rechtbank Arnhem, is een incident aanhangig gemaakt door HDS Groep B.V. tegen COÖPERATIE UNIVÉ MIDDEN U.A. en een derde partij, [verweerder in het incident]. HDS Groep vordert in het incident dat [verweerder in het incident] wordt bevolen om afschriften van bepaalde bescheiden te verstrekken, die relevant zijn voor de taxatie van een woning die eerder door HDS Groep is getaxeerd. De woning van [verweerder in het incident] heeft in 2011 brand gewoed, en de schade is vastgesteld door Lengkeek Expertises voor Univé en Bureau von Roth voor [verweerder in het incident]. HDS Groep stelt dat de woning te laag is getaxeerd en heeft behoefte aan documenten die verband houden met de eerdere brand en de daaropvolgende herstelwerkzaamheden.

De rechtbank heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat HDS Groep geen specifieke stukken heeft genoemd, maar dat het voor beide partijen duidelijk is om welke bescheiden het gaat. De rechtbank heeft [verweerder in het incident] in de gelegenheid gesteld om de gevraagde stukken bij akte in het geding te brengen. De rechtbank heeft een termijn van vier weken vastgesteld voor [verweerder in het incident] om de stukken te overleggen, waarna HDS Groep de gelegenheid krijgt om hierop te reageren. De zaak is aangehouden voor verdere beslissingen, waarbij de rechtbank de rol heeft bepaald voor 22 augustus 2012.

Dit vonnis is uitgesproken door mr. J.D.A. den Tonkelaar op 11 juli 2012, en betreft een incident in een civiele procedure met zaaknummer 228210.

Uitspraak

Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 228210 / HA ZA 12-232
Vonnis in incident van 11 juli 2012
in de zaak van
[verweerder in het incident]
eiser in de hoofdzaak,
verweerder in het incident,
advocaat mr. T.J. van Veen te Ede,
tegen
1. de coöperatie
COÖPERATIE UNIVÉ MIDDEN U.A.,
gevestigd te Nijkerk,
gedaagde,
advocaat mr. T.J. Dorhout Mees te Zwolle,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HDS GROEP B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
eiseres in het incident,
advocaat mr. F.A.M. Knüppe te Arnhem.
Partijen zullen hierna ook als respectievelijk [verweerder in het incident], Univé en HDS Groep aangeduid worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de incidentele conclusie tot overlegging van afschriften ex artikel 843a Rv van HDS Groep
- de incidentele conclusie van antwoord van [verweerder in het incident].
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.
2. De beoordeling in het incident
2.1. HDS Groep vordert in het incident dat [verweerder in het incident] wordt bevolen afschriften van een aantal bescheiden te verstrekken op verbeurte van een dwangsom. [verweerder in het incident] voert verweer. Op de stellingen van partijen gaat de rechtbank hieronder, voor zover van belang, nader in.
2.2. HDS Groep is een taxatiebureau dat twee maal de woning van [verweerder in het incident] getaxeerd heeft. In die woning heeft in 2011 brand gewoed. [verweerder in het incident] en zijn brandverzekeraar, Univé, hebben de schade laten vaststellen door Lengkeek Expertises (optredend voor Univé) en Bureau von Roth (optredend voor [verweerder in het incident]).
2.3. [verweerder in het incident] verwijt in de hoofdzaak HDS Groep de woning veel te laag getaxeerd te hebben.
2.4. HDS Groep legt een e-mailbericht over van Lengkeek Expertises, opgesteld twee weken na de benoeming van de twee experts (2.2), waarin sprake is van ‘een eerdere brand en een zeer grondige verbouwing die nog volop gaande was’. Hierdoor was, zo staat in de e-mail, niet alles meer in het pand aanwezig, wat gevolgen zou hebben gehad voor de feitelijke herbouwwaarde op de schadedatum.
2.5. De stukken waarom het HDS Groep te doen is, zijn de stukken betreffende de onder 2.4 bedoelde eerdere brand en de daarop gevolgde herstelwerkzaamheden en hiertoe behoren volgens haar in ieder geval het rapport van expertise opgemaakt door (de expert van) Univé, de met betrekking tot de eerdere brand gevoerde correspondentie, de offertes en facturen ter zake van de herstelwerkzaamheden na de eerdere brand en de offertes en facturen ter zake van de onder 2.4 bedoelde verbouwing.
2.6. Juist is dat HDS Groep, zoals [verweerder in het incident] stelt, geen concrete stukken noemt. De eis van art. 843a Rv dat het om ‘bepaalde bescheiden’ moet gaan, behoeft echter naar het oordeel van de rechtbank niet strikt naar de letter genomen te worden als het beide partijen duidelijk is om welke bescheiden het gaat. Dat is hier het geval.
2.7. HDS Groep noemt als in ieder geval te verstrekken de afschriften van stukken waarvan in redelijkheid aangenomen moet worden dat zij na de eerdere brand zijn opgemaakt c.q. tot stand gekomen. Dat [verweerder in het incident] dit inziet en bovendien begrijpt om welke stukken het dan gaat, blijkt uit zijn antwoord in het incident. Ten aanzien van het rapport van expertise opgemaakt door (de expert van) Univé, de met betrekking tot de eerdere brand gevoerde correspondentie, de offertes en facturen ter zake van de herstelwerkzaamheden na de eerdere brand en de door HDS Groep bedoelde offertes en facturen – voor zover aanwezig – geeft [verweerder in het incident] aan bereid te zijn afschriften hiervan over te leggen. Hetzelfde geldt voor het volledige rapport van Lengkeek.
2.8. [verweerder in het incident] heeft, stelt hij, nog geen gelegenheid gehad deze stukken te verschaffen. Daargelaten de vraag of hij deze stukken niet terstond bij dagvaarding had moeten verschaffen, zal de rechtbank hem nu ingevolge zijn bij antwoord in het incident gedane aanbod, in de gelegenheid stellen de hier bedoelde stukken bij akte in het geding te brengen. In verband hiermee zal de rechtbank iedere verdere beslissing aanhouden.
2.9. Nu [verweerder in het incident] zich op het verschaffen van de afschriften heeft kunnen voorbereiden acht de rechtbank, ook in de zomermaanden, een periode van vier weken hiervoor voldoende.
2.10. HDS Groep zal de gelegenheid krijgen op korte termijn bij akte in het incident te reageren op de overlegging van stukken door [verweerder in het incident].
3. De beslissing
De rechtbank
in het incident
3.1. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 8 augustus 2012 om [verweerder in het incident] in de gelegenheid te stellen afschriften van de door HDS Groep bedoelde stukken in het geding te brengen,
3.2. bepaalt dat HDS Groep bij akte kan reageren op de rol van 22 augustus 2012,
3.3. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.D.A. den Tonkelaar en in het openbaar uitgesproken op 11 juli 2012.