ECLI:NL:RBARN:2012:BX0585
Rechtbank Arnhem
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Vernietiging beschikking rechter-commissaris inzake inverzekeringstelling
Op 21 juni 2012 heeft de Rechtbank Arnhem in raadkamer uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte, geboren in 1989, die in verzekering was gesteld. De rechtbank heeft kennisgenomen van het appel dat door de officier van justitie was ingesteld tegen de beschikking van de rechter-commissaris van 8 juni 2012. In deze beschikking had de rechter-commissaris de inverzekeringstelling van de verdachte rechtmatig geacht, maar de voortduring daarvan onrechtmatig verklaard, wat leidde tot de onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte.
De rechtbank overweegt dat op basis van artikel 59a van het Wetboek van Strafvordering de rechtmatigheid van de inverzekeringstelling het voorwerp van de beslissing van de rechter-commissaris dient te zijn. De rechter-commissaris heeft na het rechtmatig achten van de inverzekeringstelling geen verdere beslissingsbevoegdheid. De bevoegdheid om te beslissen over het voortduren van de inverzekeringstelling ligt bij de officier van justitie. Dit is bevestigd in de Nota naar aanleiding van het Eindverslag (Kamerstukken II 1992/1993, 21 225, nr. 13).
De rechtbank concludeert dat het beroep van de officier van justitie gegrond is. De beslissing van de rechter-commissaris wordt vernietigd, en de inverzekeringstelling zal onverwijld verder ten uitvoer worden gelegd. De rechtbank heeft de relevante wetsartikelen in acht genomen en heeft de beschikking van de rechter-commissaris vernietigd voor zover deze het voortduren van de inverzekeringstelling onrechtmatig heeft geoordeeld en de onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte heeft gelast.
Deze uitspraak is gedaan door de rechters M.F. Gielissen (voorzitter), J.J. Catsburg en A.G. Broek-de Stigter, in aanwezigheid van griffier P. Willems.