Parketnummer : 05/900959-11
Datum zitting : 27 maart 2012
Datum uitspraak : 10 april 2012
de officier van justitie in het arrondissement Arnhem
naam : [verdachte],
geboren op : [geboortedatum en -plaats],
adres : [adres],
plaats : [woonplaats],
thans gedetineerd in : PI Arnhem - De Berg, Arnhem Noord, Wilhelminastraat 16
Arnhem.
Raadsman : mr. R.D.A. van Boom, advocaat te Utrecht.
Officier van justitie : mr. A. van Veen.
1. De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 3 juni 2011 tot
en met 15 juni 2011 te Rabac in Kroatie, in elk geval in Kroatie, tezamen en
in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fototoestel en/of een
mobiele telefoon en/of een aantal sleutels ((waaronder o.a. huissleutels van
een woning [adres] Oss (en/of afkomstig uit de hand/reisbagage)), in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer1], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s);(zaaksdossier 1)
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
hij in of omstreeks de periode van 3 juni 2011 tot en met 16 december 2011 te
Rabac in Kroatie, in elk geval in Kroatie en/of te Arnhem en/of elders in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen een
fototoestel en/of een mobiele telefoon en/of een aantal sleutels (waaronder
o.a. huissleutels van een woning [adres] Oss)((afkomstig (uit de
reis/handbagage) van dhr. [slachtoffer1])), terwijl hij/zij ten tijde van het
verwerven of het voorhanden krijgen van voormelde goed(eren) wist(en), althans
redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat dit/deze door diefstal in elk
geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
2.
hij in of omstreeks de periode van 15 juni 2011 tot en met 16 juni 2011 te
Oss, in elk geval in de gemeente Oss, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeeigening in/uit een woning/pand ([adres]) heeft
weggenomen een laptop/notebook (merk asus) en/of een laptoptas (met
gebruiksaanwijzing merk asus) en/of autosleutels en/of kentekenbewijzen van
een auto (mitsubishi kenteken [nummer]) en/of een groene kaart en/of een
keuringsbewijs (RDW) en/of verzekeringspapieren en/of een rijbewijs (ten name
van [slachtoffer1]) en/of een hoeveelheid bankbescheiden en/of een hoeveelheid
autopapieren en/of een hoeveelheid sieraden en/of een aantal geldbedragen
(o.a. een verzameling guldens en/of een geldbedrag van 100 euro) en/of een
aantal staatsloten en/of een aantal cadeaubonnen en/of een tomtom en/of een
aantal kluissleutels en/of een dekbedovertrek en/of een trouwboekje en/of een
CD en/of een hoeveelheid andere goederen, althans enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan [slachtoffer1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of verdachtes mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachte
mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel ((te weten met een
gestolen/wederrechtelijk verkregen sleutel voormelde woning/voormeld pand
heeft/hebben geopend en/of (vervolgens) naar binnen is/zijn gegaan));
(zaaksdossier 1)
althans, indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand juni
2011 tot en met 16 december 2011 te Arnhem, in elk geval in de gemeente
Arnhem en/of elders in Nederland, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, heeft verworven,
voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen een laptop/notebook (merk
Asus) en/of een laptoptas (met gebruiksaanwijzing asus) en/of autosleutels
en/of kentekenbewijzen van een auto (mitsubishi kenteken [nummer]) en/of een
groene kaart en/of een keuringsbewijs (RDW) en/of verzekeringspapieren en/of
een hoeveelheid autopapieren en/of een rijbewijs (ten name van [slachtoffer1])
en/of een hoeveelheid bankbescheiden en/of een hoeveelheid sieraden en/of een
aantal geldbedragen (o.a. een verzameling guldens en/of een geldbedrag van 100
euro) en/of een aantal staatsloten en/of een aantal cadeaubonnen en/of een
tomtom en/of een aantal kluissleutels en/of een dekbedovertrek en/of een
trouwboekje en/of een CD en/of een hoeveelheid andere voorwerpen (afkomstig
van en/of uit de woning van dhr. [slachtoffer1])
terwijl hij/zij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van
voormeld(d) goederen wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moet(en)
vermoeden dat deze door diefstal in elk geval door enig misdrijf waren/was
verkregen;
3.
hij in of omstreeks de periode van 15 juni 2011 tot en met 16 juni 2011 te
Oss, in elk geval in de gemeente Oss, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een auto (mitsubishi/[nummer]),
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer1], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel ((te
weten met een gestolen/wederrechtelijk verkregen autosleutel voormelde auto
heeft/hebben geopend en/of (vervolgens) gestart en/of (vervolgens) met die
auto is/zijn weggereden))(zaaksdossier 1)
althans, indien het vorenstaande onder 3 niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 15 juni 2011 tot
en met 15 oktober 2011 te Oss, in elk geval in de gemeente Oss en/of te
Arnhem, in elk geval in de gemeente Arnhem en/of elders in Nederland, althans
in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, heeft verworven, voorhanden heeft gehad en / of heeft overgedragen een
auto (mitsubishi/[nummer]) (afkomstig/eigendom van [slachtoffer1]), terwijl hij/zij
ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voormeld(e)
goed(eren) wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat
dit/deze door diefstal in elk geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2011
tot en met 20 september 2011 te Vorden en/of te Arnhem en/of elders in
Nederland, althans in Nederland, met het oogmerk om zich of een ander
wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een
valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel
van verdichtsels, [slachtoffer2] en/of ING bank heeft
bewogen tot afgifte van een geldbedrag van 42,95 euro ((, middels afschrijving
van een bankrekening ten name van [slachtoffer2] (nr. [nummer])),
in elk geval van enig goed, hierin bestaande dat verdachte met voren
omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of
listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
zich heeft uitgegeven als rechtmatig gebruiker/eigenaar van een bankrekening
en/of het geld staande op een rekening met nummer [nummer] van de ING bank op
naam van [slachtoffer2]
- door via internet als ware hij,[slachtoffer2]] een eenmalige machtiging af te geven aan Relatieplanet
Nederland BV om een een geldbedrag van 42,95 euro af te schrijven van
voormeld rekeningnummer op naam van [slachtoffer2] ter betaling
aan Relatieplanet Nederland BV ((van een zogenaamd full
membership/ordernummer [nummer] en/of aangevraagd via internet/via
emailadres [naam])) ter betaling van een door verdachte
(zelf) aan Relatieplanet Nederland BV verschuldigd geldbedrag en/of waarna
voormeld geldbedrag van voormelde ING rekening ten name van [slachtoffer2] rekeningnummer [nummer] werd geind/afgeschreven en/of
- door (via internet), als ware hij,[slachtoffer2]] voormeld rekeningnummer op te geven (aan Relatieplanet
Nederland BV) als zijnde de rekening waarvan het door verdachte verschuldigde
bedrag aan Relatieplanet Nederland BV van 42,95 euro mocht worden
afgeschreven en/of op die wijze onrechtmatig opdracht/machtiging heeft gegeven
en/of onrechtmatig toestemming heeft gegeven een geldbedrag van 42,95 euro
over te schrijven van voormelde bankrekening ten name van [slachtoffer2] naar een rekening van Relatieplanet Nederland BV ter betaling
van een zogenaamd full membership/ordernummer [nummer] (verschuldigd
door verdachte zelf en/of aangevraagd via internet/per email
[naam]) waarna voormeld bedrag ( door Relatieplanet
Nederland bv) werd geind/afgeschreven van voormelde (ING)bankrekening ten name
van [slachtoffer2], waardoor [slachtoffer2] en/of ING bank werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
(zaaksdossier 2)
5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand juli
2011 tot en met de maand december 2011 te Vorden, gemeente Bronckhorst, in
elk geval in de gemeente Bronckhorst en/of elders in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een zogenaamde groene kaart
(ten name van mevrouw [slachtoffer2]/betreffende een auto
[nummer]) en/of een bankafschrift ten name van mevrouw [slachtoffer2] (rekeningnummer [nummer]/gedateerd 18/7/2011), in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer2], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s);((zaaksdossier 2 en aanvullend proces-verbaal(I))
althans, indien het vorenstaande onder 5 niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand juli
2011 tot en met de maand december 2011 te Vorden, gemeente Bronckhorst, in
elk geval in de gemeente Bronckhorst en/of in de gemeente Arnhem, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
heeft verworven, voorhanden heeft gehad en / of heeft overgedragen een
zogenaamde groene kaart (ten name van mevrouw [slachtoffer2]/betreffende een auto [nummer]) en/of een bankafschrift ten name
van mevrouw [slachtoffer2] (rekeningnummer [nummer]), terwijl
hij/zij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voormeld(e)
goed(eren) wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat
dit/deze door diefstal in elk geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand juli
2011 tot en met de maand december 2011 te Vorden, gemeente Bronckhorst, in
elk geval in de gemeente Bronckhorst en/of in de gemeente Arnhem en/of elders
in Nederland, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, opzettelijk een zogenaamde groene kaart (ten name van
mevrouw [slachtoffer2]/betreffende een auto [nummer]) en/of een
bankafschrift ten name van mevrouw [slachtoffer2]
(rekeningnummer [nummer]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan mevrouw [slachtoffer2], in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk(e) goed(eren)
verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan door misdrijf, te weten door
vinding, onder zich had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
6.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 juni 2011 tot
en met 22 juli 2011 te Arnhem en/of elders in Nederland, althans in Nederland,
met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het
aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige
kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer3] en/of
ING bank heeft bewogen tot afgifte van een geldbedrag van 17,50 euro ((,
middels afschrijving van een bankrekening ten name van [slachtoffer3] (nr.
[nummer])), in elk geval van enig goed, hierin bestaande dat verdachte met
voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of
listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
zich heeft uitgegeven als rechtmatig gebruiker/eigenaar van een bankrekening
en/of het zich daarop bevindende geld met nummer [nummer] van de ING bank op
naam van [slachtoffer3]
- door, via internet, als ware hij, verdachte die [slachtoffer3], een eenmalige
machtiging af te geven aan Matchmedia BV Rotterdam om een geldbedrag van 17,50
euro te innen/af te schrijven van voormeld rekeningnummer op naam van [slachtoffer3] ter betaling van een inschrijving /lidmaatschap bij Match4me.nl
(aangevraagd via internet/mailadres [naam]), welk bedrag was
verschuldigd door verdachte zelf en/of waarna voormeld bedrag van de (ING)
rekening op naam van [slachtoffer3] met voormeld rekeningnummer werd
afgeschreven/geind en/of
- door, via internet, als ware hij, verdachte die [slachtoffer3], voormeld
rekeningnummer op te geven als zijnde de rekening waarvan het door verdachte
verschuldigde bedrag van 17,50 euro aan Matchmedia BV mocht worden
afgeschreven en/of op die wijze onrechtmatig opdracht/machtiging heeft gegeven
en/of onrechtmatig toestemming heeft gegeven een geldbedrag van 17,50 euro
over te schrijven van voormelde bankrekening op naam van [slachtoffer3] naar
een rekening van Matchmedia BV Rotterdam ter betaling van een inschrijving
lidmaatschap (aangemeld via internet met emailadres [naam])
waarna voormeld bedrag werd afgeschreven/geind van voormelde
(ING)bankrekening, waardoor [slachtoffer3] en/of ING bank werd(en) bewogen tot
bovenomschreven afgifte;
(zaaksdossier 3)
7.
hij op een tijdstip in of omstreeks de maand mei 2007, in elk geval op een
tijstip in of omstreeks de periode van de maand mei 2007 tot en met de maand
december 2011 te Arnhem en/of te Oss, in elk geval in in Nederland, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een salarisstrook ten name van
[slachtoffer4] (over de maand mei 2007), in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan [slachtoffer4], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);((zaaksdossier 2 en/of
aanvullend procesverbaal (II))
althans, indien het vorenstaande onder 7 niet tot een veroordeling leidt:
hij in of omstreeks de periode van de maand mei 2007 tot en met de maand
december 2011 te Arnhem en/of te Oss, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, heeft verworven,
voorhanden heeft gehad en / of heeft overgedragen een salarisstrook ten name
van [slachtoffer4] (over de maand mei 2007), terwijl hij/zij ten tijde
van het verwerven of het voorhanden krijgen van voormeld(e) goed(eren)
wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat dit/deze door
diefstal in elk geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
hij in of omstreeks de periode van de maand mei 2007 tot en met de maand
december 2011 te Arnhem en/of te Oss, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
een salarisstrook ten name van drs [slachtoffer4] (over de maand mei 2007),
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welk(e) goed(eren) verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan
door misdrijf, te weten als vinder en/of als ontvanger van door verzender
abusievelijk aan verdachte en/of diens mededader(s) toegezonden post, onder
zich had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
8.
hij in of omstreeks de periode van de maand juni 2011 tot en met de maand
december 2011 te Arnhem, in elk geval in de gemeente Arnhem, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
-een autosleutel (skoda/behorende bij een auto, skoda [nummer]), in elk geval
enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer5] en/of Adelphi Car
lease, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) en/of
-4, althans een aantal sleutels (waaronder o.a. sleutels van de woning
[adres] Arnhem), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s);((zaaksdossier 2 en/of aanvullend pv (II))
althans, indien het vorenstaande onder 8 niet tot een veroordeling leidt:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand juni
2011 tot en met de maand december 2011 te Arnhem, in elk geval in de
gemeente Arnhem, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen, heeft verworven, voorhanden heeft gehad en / of
heeft overgedragen
-een autosleutel (skoda/behorende bij een auto, skoda [nummer])(afkomstig
van [slachtoffer5]) en/of
-4, althans een aantal sleutels (waaronder o.a. sleutels van de woning
[adres] Arnhem/afkomstig van [slachtoffer5]), terwijl hij/zij ten tijde van
het verwerven of het voorhanden krijgen van voormeld(e) goed(eren) wist(en),
althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat dit/deze door diefstal in
elk geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
hij in of omstreeks de periode van de maand juni 2011 tot en met de maand
december 2011 te Arnhem, in elk geval in de gemeente Arnhem, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk
-een autosleutel (skoda/behorende bij een auto, skoda [nummer]), in elk geval
enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer5] en/of Adelphi Car Lease,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) en/of
-4, althans een aantal sleutels (waaronder o.a. sleutels van de woning
[adres] Arnhem/afkomstig van [slachtoffer5]), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer5], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk(e) goed(eren)
verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan door misdrijf, te weten door
vinding, onder zich had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
2. Het onderzoek ter terechtzitting
De zaak is op 27 maart 2012 ter terechtzitting onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. R.D.A. van Boom, advocaat te Utrecht.
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder 5 primair en subsidiair, 7 primair en subsidiair en 8 primair en subsidiair tenlastegelegde zal worden vrijgesproken en ter zake van het onder 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4, 5 meer subsidiair, 6, 7 meer subsidiair en 8 meer subsidiair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.
Voorts heeft de officier van justitie gevorderd dat ten aanzien van de hierna te noemen onder verdachte inbeslaggenomen voorwerpen het volgende wordt beslist:
- laptoptas Asus: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer1]
- ING-bankafschrift en groene kaart: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer2]
- map met allerlei stukken: teruggave aan rechthebbende (niet zijnde verdachte)
- legitimatiebewijs t.n.v. [naam]: teruggave aan rechthebbende [naam]
- briefje en boek: teruggave aan verdachte
- salarisstrook [slachtoffer4]: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer4]
- Skoda autosleutel: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer5]
Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs
3.1. Rechtmatigheid van de doorzoeking
3.1.1. Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft primair bepleit dat de doorzoeking van de woning van verdachte op 12 oktober 2011 onrechtmatig was, omdat er op het moment van de doorzoeking geen sprake was van een redelijke verdenking. Aangever [slachtoffer6] heeft weliswaar in zijn eerste verklaring op 13 juli 2011 de naam van verdachte genoemd, maar ten tijde van het afleggen van deze verklaring was [slachtoffer6] verward en gedrogeerd met medicijnen. In zijn op 17 augustus 2011 afgelegde verklaring heeft [slachtoffer6], inmiddels hersteld van zijn verwondingen, verklaard dat de overvaller zeker niet verdachte is geweest. De overige in de aanvraag doorzoeking opgenomen feiten en omstandigheden zijn voorts niet van dien aard dat hierop een redelijke verdenking kan worden gebaseerd. Het als gevolg van deze doorzoeking verkregen bewijsmateriaal dient derhalve te worden uitgesloten van het bewijs.
Subsidiair heeft de verdediging het voorwaardelijke verzoek gedaan een deskundige te benoemen ter beoordeling van de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer6], in het geval de rechtbank van oordeel mocht zijn dat alle verklaringen door [slachtoffer6] afgelegd hebben bijgedragen aan de totstandkoming van de redelijke verdenking en de vraag dient te worden beantwoord of het oordeel van de rechter-commissaris hieromtrent destijds redelijk was.
3.1.2. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het op het standpunt gesteld dat de doorzoeking wel rechtmatig is geweest. De optelsom van de feiten en omstandigheden op dat moment waren voldoende om te spreken van een redelijke verdenking, ook als alle door aangever [slachtoffer6] afgelegde verklaringen buiten beschouwing worden gelaten.
3.1.3. De beoordeling door de rechtbank
Op 12 oktober 2011 heeft een doorzoeking van de woning van verdachte en zijn ouders plaatsgevonden aan de [adres] te Arnhem. Deze doorzoeking vond plaats in het kader van het onderzoek [naam] naar de poging moord c.q. doodslag op [slachtoffer6] in de nacht van 11 op 12 juli 2011, waarbij [slachtoffer6] in zijn woning werd overvallen en in de buik geschoten. Op vordering van de officier van justitie heeft de rechter-commissaris op 7 oktober 2011 een machtiging afgegeven ex artikel 110 Wetboek van Strafvordering voor deze doorzoeking.
De rechtbank stelt voorop dat het in eerste instantie ter beoordeling van de officier van justitie is of er sprake is van een verdenking als bedoeld in artikel 110 Wetboek van Strafvordering en of het onderzoek dringend vordert dat een doorzoeking van de woning van verdachte plaatsvindt. De rechter-commissaris dient vervolgens bij de vraag of een machtiging kan worden verstrekt, te toetsen of aan de wettelijke voorwaarden is voldaan. Aan de rechtbank staat ten slotte de rechtmatigheid van de toepassing van de bevoegdheid ter beoordeling. Die beoordeling houdt een beantwoording in van de vraag of de rechter-commissaris in redelijkheid tot het oordeel omtrent die machtiging heeft kunnen komen. De basis voor die toetsing vormt de informatie waarover de rechter-commissaris bij het afgeven van de machtiging beschikte.
In het proces-verbaal aanvraag doorzoeking ter inbeslagneming van 5 oktober 2011 (vergezeld van de onderliggende stukken) is het volgende - zakelijk en samengevat weergegeven - opgenomen:
- in zijn aangifte d.d. 13 juli 2011 omschrijft [slachtoffer6] de overvaller als een groot persoon van 1.90 à 1.95 m lang, breed postuur, geheel in zwart gekleed. [slachtoffer6] noemde de kleding van zijn aanvaller “commandokleding”;
- hij verklaart dat zijn aanvaller gezien het postuur verdachte kan zijn;
- in een aanvullende verklaring op 17 augustus 2011 verklaart [slachtoffer6] dat hij de muts van zijn aanvaller eraf had getrokken en zijn aanvaller duidelijk heeft kunnen bekijken. Hij geeft een uitvoerige beschrijving van diens gezicht, zegt dat de aanvaller niet groter was dan 1.80 meter, dat de aanvaller hem niet bekend voorkwam, maar dat hij zou hem wel kunnen herkennen. [verdachte] heeft hij voor het laatst op 3 juni 2011 gezien. Deze verklaring roept echter vragen op ten aanzien van de betrouwbaarheid, aangezien [slachtoffer6] allerlei details noemt die in zijn eerste verklaringen ontbreken;
- verdachte heeft een dubbel motief: 1) hij zou boos zijn naar aanleiding van de medewerking van aangever [slachtoffer6] aan het programma van Peter R. de Vries. 2) [slachtoffer6] is in het onderzoek Chopin (rechtbank: onderzoek naar de vermissing van [naam]) een zeer belangrijke getuige geweest en heeft een belastende verklaring ten aanzien van verdachte afgelegd;
- [slachtoffer6] is twee jaar geleden kort nadat hij was vrijgelaten door de politie in de Chopin-zaak zijn sleutelbos kwijtgeraakt, waaraan de sleutel van de toegangsdeur van het portiek en de sleutel van de woning zaten. In het onderzoek Chopin is gebleken dat verdachte in het bezit is/was van huissleutels van vrienden en bekenden van hem zonder dat dezen het wisten;
- getuige [getuige1] heeft verklaard dat hij van [slachtoffer6] wist dat verdachte rondom het vermissen van de bos met sleutels in de woning van [slachtoffer6] is geweest;
- tijdens een doorzoeking in het kader van het Chopin-onderzoek van een garagebox waartoe verdachte toegang had, is een bord gevonden met sleutels. Op de daarvan gemaakte foto is een zogeheten "pensleutel" te zien, soortgelijk aan de pensleutel voor het slot van de toegangsdeur van de woning van [slachtoffer6];
- het door getuige [getuige2] opgegeven signalement van de vermoedelijke overvaller kan met betrekking tot de lengte en het postuur passen op verdachte. Daarbij valt ook het "aparte loopje" op. [getuige2] geeft aan dat de vluchtende man houterig liep;
- [slachtoffer6] verklaarde: “het loopje van [verdachte] is onmiskenbaar, hij sjokt een beetje en loopt voorovergebogen. Hij heeft een aparte loop”. Getuige [getuige3] verklaarde over het lopen van verdachte dat hij een balansprobleem heeft. “Als hij fietst, dan fietst hij waggelend. Als hij loopt lijkt het net alsof hij telkens zijn evenwicht kwijtraakt”.
- camerabeelden van de vermoedelijke dader tonen een achterkant waarin verdachte, ook qua haardracht, het postuur en de lengte goed kan passen;
- verdachte was in de avond van 11 juli 2011 blijkens internet- en telecomgegevens in Arnhem;
- verdachte heeft geweigerd een alibi te verstrekken aan de politie;
- op 15 juli 2011 is bij verdachte een blauwe plek geconstateerd welke zou kunnen passen bij een worsteling met [slachtoffer6];
- uit als betrouwbaar aangemerkte CIE-informatie blijkt dat verdachte voor 11 juli 2011 op zoek is geweest naar een vuurwapen ;
- volgens de getuige [getuige3] heeft verdachte op haar computer kort na 11 juli 2011 gezocht naar het wapen 7,65 mm, Zastava Toekarev (fon) pocketpistool, een Joegoslavisch pistool en heeft hij You Tube films bekeken over de werking en het schoonmaken van het pistool. Ook zou verdachte gezocht hebben op ‘[slachtoffer6]’.
- volgens de getuige [getuige3] heeft verdachte tegen haar gelogen over een alibi;
- volgens de getuige [getuige3] heeft verdachte tegen haar “daderwetenschap” verteld, namelijk dat er 3 keer geschoten was op [slachtoffer6]. Dat er drie keer geschoten is, was niet bekend gemaakt in de pers;
- volgens de getuige [getuige3] had verdachte in de periode na 11 juli 2011 veel interesse in de politieberichten en Omroep Gelderland;
- volgens de getuige [getuige4] had verdachte, die in de loop van 12 juli 2011 bij haar was, in de nacht van 11 op 12 juli 2011 niet veel geslapen en had hij op 12 juli 2011 zwarte kleding bij zich die hij per se op 60 graden gewassen wilde hebben;
Naar het oordeel van de rechtbank kon de rechter-commissaris op basis van deze in het 'proces-verbaal aanvraag doorzoeking ter inbeslagneming' genoemde feiten en omstandigheden in redelijkheid komen tot het verstrekken van een machtiging tot doorzoeking van de woning van verdachte. De rechtbank verwerpt het verweer van de verdediging, acht de doorzoeking rechtmatig en zal de als gevolg van deze doorzoeking verkregen bewijsmiddelen bezigen tot het bewijs.
De rechtbank wijst voorts het subsidiair gedane voorwaardelijke verzoek van de verdediging tot de benoeming van een deskundige af. Welke van de genoemde feiten en omstandigheden de rechter-commissaris uiteindelijk heeft doen besluiten een machtiging doorzoeking af te geven kan immers door de rechtbank niet worden vastgesteld. Naar het oordeel van de rechtbank zou de rechter-commissaris echter reeds op basis van de andere vermelde feiten en omstandigheden, dus buiten de verklaringen van [slachtoffer6] om, in redelijkheid tot een machtiging hebben kunnen komen. De noodzaak van een deskundigenonderzoek is daarom niet gebleken.
3.2. Ten aanzien van de ten laste gelegde feiten
Aangezien de verdediging alleen verweer heeft gevoerd op de rechtmatigheid van de doorzoeking en verdachte zich voor het overige op zijn zwijgrecht heeft beroepen, zal de rechtbank bij de feiten volstaan met de beoordeling van het standpunt van de officier van justitie en de verdachte als een ontkennende verdachte aanmerken.
3.2.1. Ten aanzien van feit 1, 2 en 3
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat vastgesteld.
In de periode van 3 juni tot 12 juni 2011 is verdachte met een reisgezelschap op vakantie in Kroatië. Eén van de leden van het reisgezelschap is [slachtoffer1]. Tijdens de vakantie (op 11 juni 2011) wordt [slachtoffer1] ziek en wordt hij opgenomen in het ziekenhuis. Hier verblijft hij tot 20 juni 2011. Op enig moment worden zijn huissleutels, fotocamera en mobiele telefoon ontvreemd. Deze goederen zaten in zijn handbagage.
Tussen 15 juni 2011 om 16.30 uur en 16 juni 2011 om 10.00 uur worden uit de woning van voornoemde [slachtoffer1] aan de [adres] in Oss goederen ontvreemd, alsmede de auto van [slachtoffer1], een Mitshubishi Colt met kenteken [nummer], die stond geparkeerd op de parkeerplaats tegenover de woning van [slachtoffer1]. De hele woning was afgesloten en er zijn geen sporen van braak aangetroffen. De uit de woning ontvreemde goederen betreffen :
- een laptop, merk Asus, en een laptoptas met gebruiksaanwijzing merk Asus
- een navigatiemiddel, merk Tomtom
- post op naam van [slachtoffer1]
- een dekbed met overtrek
- een kussen met sloop
- een kentekenbewijs, deel I en II, van een Mitsubishi met kenteken [nummer]
- een autosleutel
- sieraden
- een trouwboekje
- een groene kaart en de verzekeringspolis
- twee staatsloten
- cadeaubonnen
- een oplader van een mobiele telefoon
- een verlengkabel
- twee kluissleutels
- 100 euro
- een verzameling van de gulden
- map van de SNS bank
- map van de Reaal bank
- een CD
- een keuringsbewijs (RDW)
- een rijbewijs op naam van verdachte
3.2.1.2. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3, telkens primair, ten laste gelegde feiten gelet op de bewijsmiddelen in het dossier.
3.2.1.3. De beoordeling door de rechtbank
Gelet op het hierna volgende, in onderling verband en samenhang bezien, en hetgeen onder de feiten reeds is vastgesteld, acht de rechtbank de onder 1 primair, 2 primair en 3 primair ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat verdachte zal worden vrijgesproken van het bestanddeel ‘tezamen en in vereniging met een ander of anderen’, nu er naar het oordeel van de rechtbank hiervoor te weinig aanknopingspunten zijn in het dossier.
In Kroatië
De getuige [getuige6], buschauffeur tijdens de vakantie in Kroatië, heeft verklaard dat hij op 11 juni 2011 aangever [slachtoffer1] op het bed in zijn hotelkamer heeft gevonden. Hij had schuim op de mond, de ogen draaiden in de oogkassen en hij mompelde iets onverstaanbaars. [getuige6] heeft toen een man en een vrouw gevraagd mee te gaan naar de hotelkamer van [slachtoffer1] om de koffer en handbagage van [slachtoffer1] in te pakken. Toen [getuige6] de reservesleutel wilde halen bij de balie vertelde de man dat dit niet hoefde, omdat hij had afgesproken dat die man iedere avond zijn kamerdeur op een kier moest laten staan. [getuige6] constateert dat de hotelkamerdeur inderdaad op een kier stond. Toen [getuige6] terug kwam op de hotelkamer zag hij dat er een koffer en een donkerblauwe sporttas klaar stonden. [slachtoffer1] is vervolgens per ambulance overgebracht naar het ziekenhuis. [getuige6] herkent de man die geholpen heeft van een foto die de politie hem toont. Dit betreft een foto van verdachte.
Getuige [getuige7] heeft verklaard dat op 10 juni 2011 aangever [slachtoffer1] ‘laveloos’ op bed werd aangetroffen door [getuige6], een medereiziger die zij ‘de man uit de Randstad’ noemt en haarzelf. Ze hebben [slachtoffer1] uit bed gehaald en gewassen. Ook hebben ze toen besloten om de tas van [slachtoffer1] alvast in te pakken voor de volgende dag. Het betrof een koffer en een weekend/sporttas. De koffer en weekendtas zijn op de kamer van [slachtoffer1] gebleven. Ze hebben toen bewust de hotelkamer van [slachtoffer1] niet afgesloten, omdat ze bij [slachtoffer1] wilden kunnen komen, mocht dat nodig zijn. De volgende ochtend, 11 juni 2011, vertelde de buschauffeur dat [slachtoffer1] er niet goed bij lag. [getuige7] is toen samen met de chauffeur weer naar [slachtoffer1] gegaan. Er is later een ambulance gebeld. De koffer en de tas lagen toen nog net zo in de kamer als de dag ervoor. Op enig moment kwam de ‘man uit de Randstad’ er ook bij. Toen [slachtoffer1] naar de ambulance werd gebracht is [getuige7] naar het restaurant gegaan om te eten. [getuige7] herkent ‘de man uit de Randstad’ van een foto die de politie haar toont. Dit betreft een foto van verdachte.
Verdachte heeft verklaard op verzoek van de buschauffeur te hebben geholpen toen er tijdens de reis in Kroatië een man onwel op zijn hotelkamer werd aangetroffen.
Volgens de opgevraagde historische verkeersgegevens van telecommunicatie van het telefoonnummer [nummer] behorende bij de in Kroatië ontvreemde mobiele telefoon van aangever [slachtoffer1], is er met dit nummer op 12 juni 2011 om 16:03:17 uur gebeld naar het nummer [nummer] op naam van [naam]. Tijdens dit gesprek is er een zendmast in Venlo aangestraald.
Deze [naam] is gehoord als getuige en heeft verklaard dat dit telefoonnummer inderdaad van hem is. Het nummer [nummer] zegt hem echter niets en hij kent ook niemand met de naam [slachtoffer1]. Wel is de moeder van [naam],[naam], in de zomer van 2011 op vakantie geweest naar Kroatië. Zij heeft hem op de laatste dag van deze vakantie gebeld vanuit de bus. Zijn moeder heeft zelf geen mobiele telefoon.
Deze [naam] is vervolgens ook als getuige gehoord en heeft verklaard dat zij op 12 juni 2011 inderdaad vanuit de bus heeft gebeld naar haar zoon. Een van de mannelijke medereizigers had zijn mobiele telefoon aan haar uitgeleend. Dat was in de buurt van Venlo. [naam] herkent deze man van een foto die de politie haar toont. Dit betreft een foto van verdachte.
In Nederland
Uit een bankafschrift van de betaalrekening van verdachte blijkt dat op 16 juni 2011 om 05:59 uur een bedrag van € 7,30 is afgeschreven van de rekening onder de vermelding ‘NS-Arnhem Velp’. Een enkele treinreis 2e klas vol tarief vanaf station Arnhem-Velperpoort naar station Oss kost volgens de NS reisplanner € 7,30.
Verbalisanten hebben gegevens bekeken die zijn ontvangen van Slimprijzen naar aanleiding van de vraag van de politie of het voertuig met kenteken [nummer] op bepaalde data een camera van Slimprijzen was gepasseerd. Volgens de gegevens die door Slimprijzen zijn toegezonden rijdt voornoemd voertuig op:
- 16 juni 2011 te 07.29.56 uur over de Graafsebaan te Eindhoven komende uit de richting Julianasingel gaande in de richting Vorsterdonk te Eindhoven;
- 16 juni 2011 te 07.32.53 uur over de Graafsebaan te Eindhoven gelegen tussen de A50 en A59 in de richting van de Vorsterdonk;
- 16 juni 2011 te 07.50.34 over de A15 tussen de Tielstraat en Griftweg in de richting van knooppunt Ressen;
- 16 juni 2011 te 08.03.01 over de Batavierenweg te Arnhem komende uit de richting Nijmeegseplein gaande in de richting Eldenseweg;
- 16 juni 2011 te 08.06.10 uur (rechtbank: in het proces-verbaal van bevindingen staat 09.06.10, maar gelet op de bij dit proces-verbaal gevoegde bijlagen van Slimprijzen dient hier 08.06.10 te worden gelezen) over het Roermondplein te Arnhem komende vanaf de Nelson Mandelabrug te Arnhem gaande in de richting Centrum Arnhem.
Volgens gegevens van het RDW is op 20 juni 2011 geprobeerd om bij het postkantoor aan het Waterlooplein te Amsterdam een kentekenbewijs van de [nummer] over te schrijven door een persoon die zich heeft gelegitimeerd als [naam].
Deze [getuige8] is als getuige gehoord en heeft verklaard dat hij is aangesproken door een man die mensen zocht met een legitimatiebewijs die voor hem een auto op naam konden zetten. Toen ze in een café zaten vroeg de man naar zijn paspoort. Van [getuige8] gaf hem zijn paspoort en toen hij even later van het toilet terug kwam was de man verdwenen met zijn paspoort. Deze man was op de fiets. [getuige8] heeft voorts nog verklaard dat hij zelf nooit op een postkantoor is geweest om een kenteken voor deze man op zijn naam te zetten. [getuige8] herkent de man van een foto die de politie hem toont. Dit betreft een foto van verdachte.
Op een tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte in beslag genomen computer is een word document aangetroffen, ondertekend door verdachte, betreffende een bezwaar tegen een strafbeschikking die verdachte op 20 juni 2011 heeft gekregen voor het fietsen op een trambaan in de omgeving van het Centraal Station in Amsterdam.
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte op 12 oktober 2011 zijn de kentekenpapieren aangetroffen van een voertuig met kenteken [nummer]. Ook is tijdens de doorzoeking een sleutelbord in beslag genomen met diverse sleutels, waaronder een sleutel die past op de Mitsubishi met kenteken [nummer] (na de sleutel in het contactslot te hebben gestoken werd er contact gemaakt en lichtte de dashboardverlichting op) , alsmede drie sleutels die passen op de (inmiddels vervangen) cilindersloten van de tuindeur en achterdeur van de woning van aangever [slachtoffer1] en de voordeur van het pand.
Verbalisanten hebben tijdens de observatie van verdachte op 13 oktober (rechtbank: een dag na de doorzoeking van zijn woning) om 10.34 uur waargenomen dat verdachte net voor de Thorbeckestraat de struiken tegen de scholengemeenschap in liep en er met een zwarte tas in zijn handen uit kwam lopen. Om 10.51 uur zagen verbalisanten dat verdachte met de zwarte tas in zijn hand voor de ondergrondse afvalcontainers aan de Boulevard Heuvelink stond, een blauw/rood gekleurd kledingstuk uit de tas pakte, deze in de afvalcontainer gooide en vervolgens ook de zwarte tas zelf in dezelfde afvalcontainer gooide.
Naar aanleiding van voornoemde observatie hebben verbalisanten op 13 oktober 2011 het huisvuil van de containers op de Boulevard Heuvelink onderzocht en hebben onder andere de volgende goederen aangetroffen:
- een kapot gescheurde zwarte boodschappentas met hengsels
- een blauwe sleepkabel
- een geel veiligheidshesje met de tekst ‘IBN groep’ erop
Als aan aangever [slachtoffer1] foto’s worden getoond met voornoemde goederen herkent hij deze goederen als zijnde zijn eigendom.
Getuige [getuige9] heeft verklaard dat verdachte in het voorjaar/zomer van 2011 een keer bij haar langs is geweest met een personenauto Mitsubishi Colt met kenteken [nummer].
Tijdens de doorzoeking in de woning van verdachte op 12 oktober 2011 is ook een laptop, merk Asus, in beslag genomen. Uit bestudering van de inhoud van deze laptop kwam naar voren dat de gebruikersnaam ‘[slachtoffer1]’ was. De account dat automatisch inlogde was genaamd ‘[namen]’ (de namen van de dochters van verdachte ). De laptop was volgens nadere bestudering van de data niet gebruikt in de periode 6 juni 2011-16 juni 2011. Er werd voor het eerst computeractiviteit gezien op 16 juni 2011 om 11.20 uur. Op 19 juni 2011 om 12.07 uur werd er ingelogd op relatieplanet.nl met als ID: [nummer]. Deze ID werd door verdachte gebruikt als hij op diverse andere computers inlogde op zijn account bij relatieplanet.nl. Op 25 juni 2011 om 14.03 uur werd er ingelogd op hotmail.nl met inlognaam: [naam].
Uit de verklaringen van [naam] en [naam] in combinatie met de historische verkeersgegevens van de telefoon van [slachtoffer1], kan worden afgeleid dat verdachte op de terugreis uit Kroatië over die gestolen telefoon beschikte; hij heeft deze immers uitgeleend aan [naam]. De rechtbank merkt op dat diverse spullen die aan [slachtoffer1] toebehoren en die zijn ontvreemd bij de inbraak in diens woning, zijn teruggevonden in de woning van verdachte: de huissleutels van [slachtoffer1], diens autopapieren, spullen die in de Mitsubishi lagen, de laptop die sporen van gebruik door verdachte bevat. Uit de verklaring van [getuige9] blijkt dat verdachte over de gestolen Mitsubishi van [slachtoffer1] heeft beschikt. Verdachte heeft geen verklaring willen geven voor deze opmerkelijke, voor hem belastende bevindingen.
Uit het gegeven dat verdachte op een moment in de periode dat de inbraak bij [slachtoffer1] heeft plaatsgevonden, een treinkaartje heeft gekocht dat hem naar [slachtoffer1]' woonplaats, Oss, heeft kunnen brengen en dat even later de gestolen auto van [slachtoffer1] wordt gesignaleerd op de route van Oss naar Arnhem, kan worden afgeleid dat verdachte met de trein naar Oss is gereisd, daar met de in Kroatië van [slachtoffer1] gestolen sleutel het huis is binnengegaan en aldaar diverse goederen heeft gestolen.
Nu deze vastgestelde feiten op zichzelf de conclusie kunnen dragen dat verdachte in Kroatië de onwel geworden [slachtoffer1] heeft beroofd van onder meer zijn telefoon en huissleutels en vervolgens in Oss [slachtoffer1]' woning is binnengedrongen met behulp van die sleutels en aldaar diverse spullen heeft gestolen en een alternatieve 'onschuldige' verklaring van verdachte is uitgebleven, komt de rechtbank tot de conclusie dat verdachte inderdaad deze feiten heeft gepleegd.
3.2.2. Ten aanzien van feit 4 en 5
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat vastgesteld.
Op 20 september 2011 is er een geldbedrag van € 42,95 van de ING-bankrekening [nummer] van [slachtoffer2], wonende te Vorden, gemeente Bronckhorst, afgeschreven ten gunste van de rekening van Relatieplanet Nederland B.V onder vermelding van het kenmerk [nummer]. Het betreft een eenmalige machtiging. [slachtoffer2] heeft deze machtiging niet verleend.
3.2.2.2. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van de onder 4 en 5 meer subsidiair ten laste gelegde feiten gelet op de bewijsmiddelen in het dossier.
3.2.2.3. De beoordeling door de rechtbank
Gelet op het hierna volgende, in onderling verband en samenhang bezien, en hetgeen onder de feiten reeds is vastgesteld, acht de rechtbank de onder 4 en 5 primair ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen.
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte in Arnhem op 12 oktober 2011 is een laptop, merk Acer, in beslag genomen. Uit bestudering van het internetgebruik op deze laptop kwam naar voren dat op 16 september 2011 is ingelogd op de internetsite www.relatieplanet.nl. Het ID waaronder werd ingelogd betrof: [nummer]. Op 16 september 2011 om 19:48 uur is er een HTTPS verbinding opgezet naar de site secure.relatieplanet.nl. Na decodering van het bewuste bestand kwam naar voren dat er een betaling had plaatsgevonden van € 42,95 voor een lidmaatschap van drie maanden.
Op 16 september 2011 om 19:47:59 uur is er via de internettap van het IP-adres [nummer] van verdachte een bericht binnengekomen van Relatieplanet Datingcommunity aan ‘[naam]’ met als onderwerp: bevestiging Relatieplanet – Full Membership. De inhoud van het bericht luidt onder meer:
Ordernummer : [nummer]_[nummer]
Betaling d.m.v. : eenmalige machtiging
Bedrag : € 42,95
Achternaam : [slachtoffer2]
Woonplaats : Vorden
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte in Arnhem op 16 december 2011 zijn de volgende goederen in beslag genomen:
- een boek van Vrienden op de fiets 2011 met adressen van personen die hun woning beschikbaar stellen voor een overnachting. Op bladzijde 81 van het boek is met pen omringd het adres van [naam en adres];
- een origineel afschrift betaalrekening [nummer] van de ING ten name van [slachtoffer2], d.d. 18 juli 2011;
- een originele groene kaart ten name van [slachtoffer2]t betreffende een auto met kenteken [nummer], geldig tot 31 augustus 2012.
Aangeefster [slachtoffer2] heeft verklaard dat ze de in de woning van verdachte aangetroffen groene kaart en bankafschrift nooit in haar bezit heeft gehad. Haar brievenbus staat aan de weg en is niet afgesloten. De laatste groene kaart die zij had ontvangen, was geldig tot 31 augustus 2011
Getuige [getuige10], wonende te Vorden, heeft verklaard lid te zijn van Vrienden op de fiets. Op 21 juli 2011 werd zij gebeld door een persoon genaamd [verdachte] met de vraag of hij kon blijven slapen. Hij is diezelfde dag nog gekomen met de trein. Op zijn donateurskaart stond: [verdachte], [adres] te Arnhem. Hij heeft die dag twee keer de fiets van [getuige10] geleend. [getuige10] herkent de man van een foto die de politie haar toont. Dit betreft een foto van verdachte.
Voor het aantreffen van een origineel bankafschrift en een originele groene kaart van mevrouw [slacht[slachtoffer2]] in zijn woning, heeft verdachte geen verklaring kunnen geven. Met in het achterhoofd
- dat verdachte op 21 juli 2011 in Vorden is geweest,
- dat het rekeningafschrift is gedateerd 18 juli 2011,
- dat de groene kaart geldig was vanaf 31 augustus 2011 en enige tijd daarvóór zal zijn toegezonden aan de verzekerde,
- dat aangeefster [slachtoffer2] deze bescheiden nooit in bezit heeft gehad, en
- dat haar postbus aan de weg staat en niet is afgesloten,
acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte deze bescheiden heeft gestolen.
Gegeven het feit dat op verdachtes computer een betalingsopdracht ten gunste van relatieplanet is aangetroffen met de betalingsgegevens van aangeefster [slachtoffer2], acht de rechtbank, wederom nu een aannemelijke alternatieve verklaring van verdachte is uitgebleven, bewezen dat hij de betalingsopdracht ten laste van de rekening van [slachtoffer2] heeft gegeven.
3.2.3. Ten aanzien van feit 6
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat vastgesteld.
Op 20 juni 2011 is er een geldbedrag van € 17,50 van de ING-bankrekening [nummer] van [slachtoffer3] afgeschreven naar rekening [nummer] ten name van partnerbemiddelingsbureau Match4Me, Matchmedia B.V. Rotterdam onder vermelding van "1 maand lidmaatschap match4me [naam]". [slachtoffer3] heeft zich zelf niet ingeschreven bij Match4me en heeft ook geen toestemming gegeven voor deze afschrijving.
3.2.3.2. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het onder 6 ten laste gelegde feit gelet op de bewijsmiddelen in het dossier.
3.2.3.3. De beoordeling door de rechtbank
Gelet op het hierna volgende, in onderling verband en samenhang bezien, en hetgeen onder de feiten reeds is vastgesteld, acht de rechtbank het onder 6 ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen.
Aangever [slachtoffer3] heeft verklaard dat hij een paar weken nadat hij het afgeschreven bedrag terug had laten storten een herinneringsbrief ontving van Match4Me waarin hij werd aangemaand € 17,50 over te maken. In de brief stond vermeld dat hij al twee maal eerder per e-mail op naam van [naam]en nog iets er achter, was aangemaand om dit bedrag over te maken. [slachtoffer3] kent verdachte. Verdachte heeft ook een keer gebruik gemaakt van zijn woning, terwijl hij er zelf niet was. Omdat hij vermoedde dat verdachte er misschien iets mee te maken had, is [slachtoffer3] met de brief naar verdachte gegaan en heeft hij uitleg gevraagd. Verdachte zei dat hij het wel zou uitzoeken.
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte in Arnhem op 12 oktober 2011 is een brief aangetroffen van Match4Me, gedateerd Rotterdam, 30 augustus 2011 en geadressee[adres]htoffer3], [adres], betreffende een laatste betalingsherinnering. In de brief staat dat [slachtoffer3] op 13 juni 2011 een eenmalige machtiging van € 17,50 heeft aangevraagd voor een volledig lidmaatschap bij Match4me.nl en dat ze al twee betalingsherinneringen hebben gestuurd naar het e-mailadres [naam]. Het verzoek is om de betaling over te maken naar rekening [nummer] t.n.v.Matchmedia BV in Rotterdam onder vermelding van nickname [naam].
Bij Match4Me staat het e-mailadres ‘[naam]’ gekoppeld aan ‘[slachtoffer3], [adres], [nummer] (rechtbank: IP-adres), [naam]’. Het IP-adres [nummer] hoort bij perceel [adres] te Arnhem, zijnde het woonadres van verdachte.
Tijdens de doorzoeking in de woning van verdachte in Arnhem op 12 oktober 2011 is een laptop, merk Acer, in beslag genomen. Bij bestudering van deze computer is in de directory ‘Documents and Settings| [verdachte]|Local Settings|Application Data|Microsoft|Internet Explorer|Recovery|Active’ een gecomprimeerd bestand aangetroffen, waarbij zich op entry 42 de navolgende data bevonden: ‘http://www.match4me.nl/lidmaatschap/lidmaatschap(naam en adres)’. Tevens is in de data de profielnaam ‘[naam]’ gevonden en bij nadere zoekvragen op de computer kwam de naam [naam] diverse malen voor als profielnaam die was gebruikt bij het inloggen op de internetsite www.match4me.nl.
Ook hier geldt weer dat voor allerlei belastende omstandigheden, verdachte geen aannemelijke verklaring heeft gegeven. Op verdachtes computer zijn gegevens aangetroffen met betrekking tot een lidmaatschap van [slachtoffer3], terwijl [slachtoffer3] zelf van niets weet. Bij het bemiddelingsbureau zijn adresgegevens en de naam van [slachtoffer3], heel opmerkelijk, gekoppeld aan het IP-adres van de woning van verdachte. Op grond van het voorgaande acht de rechtbank bewezen dat verdachte zonder diens toestemming een bedrag heeft laten afschrijven van de rekening van [slachtoffer3].
3.2.4. Ten aanzien van feit 7
3.2.4.1. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het onder 7 meer subsidiair ten laste gelegde feit gelet op de bewijsmiddelen in het dossier.
3.2.4.2. De beoordeling door de rechtbank
Tijdens de doorzoeking in de woning van verdachte in Arnhem op 16 december 2011 zijn diverse administratieve bescheiden aangetroffen, waaronder een salarisstrook van mei 2007 ten name van [slachtoffer4], afkomstig van de gemeente Arnhem.
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de onder 7 primair en subsidiair ten laste gelegde feiten nu het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om tot een bewezenverklaring te kunnen komen van de diefstal, dan wel heling van deze salarisstrook.
De rechtbank is voorts van oordeel dat verdachte ook dient te worden vrijgesproken van het onder 7 meer subsidiair tenlastegelegde. Het enkele feit dat deze salarisstrook in de woning van verdachte lag, is onvoldoende om te kunnen spreken van verduistering van deze salarisstrook. Verdachte is op de een of andere manier in het bezit gekomen van deze salarisstrook. Niet uit te sluiten valt dat hij deze kan hebben gevonden, of dat de salarisstrook abusievelijk naar het verkeerde adres is gezonden. Dat deze salarisstrook vervolgens in de woning is blijven ‘rondslingeren’, is onvoldoende om te kunnen spreken van wederrechtelijke toeëigening. .
3.2.5. Ten aanzien van feit 8
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat vastgesteld.
Tijdens de doorzoeking in de woning van verdachte in Arnhem op 16 december 2011 is een Skoda autosleutel (AA [nummer]) in beslag genomen. De autosleutel is gekoppeld aan een Skoda met kenteken [nummer]. Tijdens de doorzoeking op 12 oktober 2011 is een bord met daarop diverse sleutels in beslag genomen (A.(nummer)).
3.2.5.2. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het onder 8 meer subsidiair ten laste gelegde feit gelet op de bewijsmiddelen in het dossier.
3.2.5.3. De beoordeling door de rechtbank
[slachtoffer5] heeft verklaard dat hij op 19 juni 2011 per ongeluk zijn sleutelbos aan de buitenkant van de voordeur van zijn woning had laten zitten. Later waren de sleutels verdwenen. Aan de sleutelbos zat ook de autosleutel bevestigd. De auto betrof een leaseauto. [slachtoffer5] had deze geleased van Adelphi Car Lease.
Tijdens het verhoor van [slachtoffer5] is hem het in beslag genomen sleutelbord getoond. [slachtoffer5] herkende daarvan een sleutelbos als zijn eigendom. Twee van de vier sleutels passen op de (inmiddels vervangen) cilindersloten van de woning van [slachtoffer5] aan de [adres] te Arnhem.
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de onder 8 primair en subsidiair ten laste gelegde feiten nu het dossier onvoldoende aanknopingspunten bevat om tot een bewezenverklaring te kunnen komen van de diefstal, dan wel heling van deze sleutelbos.
Gelet op de verklaring van verdachte dat hij de sleutelbos op straat heeft gevonden in samenhang met de overige bewijsmiddelen, acht de rechtbank het onder 8 meer subsidiair ten laste gelegde feit wel wettig en overtuigend bewezen. Dat sleutels, in zijn algemeenheid, voor de eigenaar als waardevol dienen te worden aangemerkt spreekt naar het oordeel van de rechtbank voor zich. Wanneer men op straat een sleutelbos vindt met daaraan sleutels van een woning en een auto, bestaat er naar het oordeel van de rechtbank dan ook een ongeschreven rechtsplicht dat de vinder gehouden is deze sleutelbos aan de politie af te geven om de kans te vergroten dat de rechtmatige eigenaar weer in het bezit kan worden gesteld daarvan. Verdachte heeft deze rechtsplicht geschonden. Door na te laten de sleutels af te geven bij de politie, maar deze onder zich te houden en op zijn sleutelbord te hangen bij ‘zijn’ verzameling andere sleutels, is verdachte naar de uiterlijke verschijningsvorm als heer en meester over de sleutels gaan beschikken en heeft hij zich de sleutels derhalve wederrechtelijk, in strijd met de ongeschreven norm, toegeëigend.
De rechtbank zal verdachte overigens vrijspreken van het bestanddeel ‘tezamen en in vereniging met een ander of anderen’, nu er naar het oordeel van de rechtbank hiervoor te weinig aanknopingspunten zijn in het dossier.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4, 5 primair, 6 en 8 meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 3 juni 2011 tot en met 15 juni 2011 in Kroatie, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fototoestel en een
mobiele telefoon en een aantal sleutels ((waaronder o.a. huissleutels van
een woning [adres] Oss ( afkomstig uit de hand/reisbagage)), toebehorende aan [slachtoffer1],
2.
hij in de periode van 15 juni 2011 tot en met 16 juni 2011 te Oss, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeeigening in/uit een woning ([adres]) heeft weggenomen een
laptop/notebook (merk Asus) en een laptoptas (met gebruiksaanwijzing merk asus) en autosleutel en kentekenbewijzen van een auto (Mitsubishi kenteken [nummer]) en/of een groene kaart en een keuringsbewijs (RDW) en verzekeringspapieren en een rijbewijs (ten name van [slachtoffer1]) en een hoeveelheid bankbescheiden en een hoeveelheid autopapieren en een hoeveelheid
sieraden en een aantal geldbedragen (o.a. een verzameling guldens en/of een geldbedrag van 100 euro) en een aantal staatsloten en een aantal cadeaubonnen en een Tomtom en een
aantal kluissleutels en een dekbedovertrek en een trouwboekje en een CD en een hoeveelheid andere goederen, toebehorende aan [slachtoffer1], waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft door middel van een valse sleutel ((te weten met een gestolen
sleutel voormelde woning heeft geopend en (vervolgens) naar binnen is gegaan));
3.
hij in de periode van 15 juni 2011 tot en met 16 juni 2011 te Oss, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een auto (Mitsubishi [nummer]),
toebehorende aan [slachtoffer1], het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door
middel van een valse sleutel (te weten met een gestolen autosleutel voormelde auto heeft
geopend en (vervolgens) gestart en (vervolgens) met die auto is weggereden;
4.
hij in de periode van 1 september 2011 tot en met 20 september 2011 te Vorden en/of te
Arnhem, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen [slachtoffer2] en/of ING bank heeft bewogen tot afgifte van een geldbedrag van 42,95 euro (middels afschrijving van een bankrekening ten name van [slachtoffer2] (nr. [nummer])),
hierin bestaande dat verdachte met voren omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven –
opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid zich heeft uitgegeven als rechtmatig gebruiker/eigenaar van een bankrekening en het geld staande op een rekening met nummer [nummer] van de ING bank op naam van [slachtoffer2] - door via internet als ware hij, verdachte, die [slachtoffer2], een eenmalige machtiging af te geven aan Relatieplanet Nederland BV om een geldbedrag van 42,95 euro af te schrijven van voormeld rekeningnummer op naam van [slachtoffer2] ter
betaling aan Relatieplanet Nederland BV (van een zogenaamd full membership/ordernummer [nummer] en aangevraagd via internet/via emailadres
[naam]) ter betaling van een door verdachte (zelf) aan Relatieplanet Nederland BV verschuldigd geldbedrag en waarna voormeld geldbedrag van voormelde ING rekening ten name van [slachtoffer2] rekeningnummer [nummer] werd geïnd/afgeschreven en
- door (via internet), als ware hij,[slachtoffer2]] voormeld rekeningnummer op te geven (aan Relatieplanet
Nederland BV) als zijnde de rekening waarvan het door verdachte verschuldigde
bedrag aan Relatieplanet Nederland BV van 42,95 euro mocht worden
afgeschreven en op die wijze onrechtmatig opdracht/machtiging heeft gegeven
en onrechtmatig toestemming heeft gegeven een geldbedrag van 42,95 euro
over te schrijven van voormelde bankrekening ten name van [slachtoffer2] naar een rekening van Relatieplanet Nederland BV ter betaling
van een zogenaamd full membership/ordernummer [nummer] (verschuldigd
door verdachte zelf en/of aangevraagd via internet/per email
[naam]) waarna voormeld bedrag (door Relatieplanet
Nederland bv) werd geïnd/afgeschreven van voormelde (ING)bankrekening ten name
van [slachtoffer2], waardoor [slachtoffer2] en/of ING bank werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
5.
hij in de periode van de maand juli 2011 tot en met de maand december 2011 te Vorden,
gemeente Bronckhorst, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een zogenaamde groene kaart (ten name van mevrouw [slachtoffer2]/betreffende een auto [nummer]) en een bankafschrift ten name van mevrouw
[slachtoffer2] (rekeningnummer [nummer]/gedateerd 18/7/2011), van [slachtoffer2],
6.
hij in de periode van 1 juni 2011 tot en met 22 juli 2011 te Arnhem,
met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen, [slachtoffer3] en/of
ING bank heeft bewogen tot afgifte van een geldbedrag van 17,50 euro ( middels
afschrijving van een bankrekening ten name van [slachtoffer3] (nr.
[nummer])), hierin bestaande dat verdachte met voren omschreven oogmerk – zakelijk
weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de
waarheid zich heeft uitgegeven als rechtmatig gebruiker/eigenaar van een bankrekening
en het zich daarop bevindende geld met nummer [nummer] van de ING bank op
naam van [slachtoffer3]
- door, via internet, als ware hij, verdachte die [slachtoffer3], een eenmalige
machtiging af te geven aan Matchmedia BV Rotterdam om een geldbedrag van 17,50
euro te innen/af te schrijven van voormeld rekeningnummer op naam van [slachtoffer3] ter betaling van een inschrijving /lidmaatschap bij Match4me.nl
(aangevraagd via internet/mailadres [naam]), welk bedrag was
verschuldigd door verdachte zelf en waarna voormeld bedrag van de (ING)
rekening op naam van [slachtoffer3] met voormeld rekeningnummer werd
afgeschreven/geïnd en
- door, via internet, als ware hij, verdachte die [slachtoffer3], voormeld
rekeningnummer op te geven als zijnde de rekening waarvan het door verdachte
verschuldigde bedrag van 17,50 euro aan Matchmedia BV mocht worden
afgeschreven en op die wijze onrechtmatig opdracht/machtiging heeft gegeven
en onrechtmatig toestemming heeft gegeven een geldbedrag van 17,50 euro
over te schrijven van voormelde bankrekening op naam van [slachtoffer3] naar
een rekening van Matchmedia BV Rotterdam ter betaling van een inschrijving
lidmaatschap (aangemeld via internet met emailadres [naam])
waarna voormeld bedrag werd afgeschreven/geïnd van voormelde
(ING)bankrekening, waardoor [slachtoffer3] en/of ING bank werd(en) bewogen tot
bovenomschreven afgifte;
8.
hij in de periode van de maand juni 2011 tot en met de maand december 2011 te Arnhem,
opzettelijk
-een autosleutel (Skoda, behorende bij een auto, Skoda [nummer]), geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer5] en/of Adelphi Car Lease, en
-4, sleutels (waaronder o.a. sleutels van de woning [adres] Arnhem, afkomstig van [slachtoffer5]), toebehorende aan [slachtoffer5], welke goederen verdachte anders dan door misdrijf, te weten door vinding, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
Hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.
4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1 primair en 5 primair, telkens:
Ten aanzien van feit 2 primair:
Diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels.
Ten aanzien van feit 3 primair:
Diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
Ten aanzien van feit 4 en 6, telkens:
Ten aanzien van feit 8 meer subsidiair:
De feiten zijn strafbaar.
5. De strafbaarheid van verdachte
Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten. Verdachte is derhalve strafbaar.
6. De motivering van de sanctie(s)
Bij de beslissing over de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met:
- de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan;
- de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op de justitiële documentatie betreffende verdachte, gedateerd 2 maart 2012.
De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een zevental vermogensdelicten, te weten vier diefstallen, waarvan één uit een woning, oplichting en verduistering. Dit zijn ernstige feiten. Niet alleen heeft verdachte de slachtoffers van deze feiten financiële schade toegebracht, hij heeft ook het vertrouwen geschaad. Verdachte heeft een vergaande inbreuk gemaakt op het privéleven van zijn slachtoffers, waarbij hij misbruik heeft gemaakt van de omstandigheden die zich voordeden. Met name de omstandigheden waaronder verdachte tijdens een reis in Kroatië onder meer de huissleutels van zijn reisgenoot [slachtoffer1] heeft weggenomen en vervolgens na terugkomst in Nederland goederen uit de woning van [slachtoffer1] en diens auto heeft weggenomen, terwijl [slachtoffer1] in Kroatië in het ziekenhuis was opgenomen, rekent de rechtbank verdachte zwaar aan.
Gelet op de ernst van de feiten en de afdoening in soortgelijke zaken zal de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden opleggen, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De voorwaardelijke straf dient als stok achter de deur om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst wederom strafbare feiten te plegen.
Beslag
Ten aanzien van het beslag zal de rechtbank beslissen overeenkomstig de vordering van de officier van justitie en de teruggave gelasten van de voorwerpen aan de desbetreffende rechthebbenden.
7. De toegepaste wettelijke bepalingen
De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 27, 57, 310, 311, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank, rechtdoende:
Spreekt verdachte vrij van de onder 7 primair, subsidiair en meer subsidiair en 8 primair en subsidiair ten laste gelegde feiten.
Verklaart bewezen dat verdachte de overige ten laste gelegde feiten, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
Een gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden.
Bepaalt dat van deze gevangenisstraf 3 (drie) maanden niet ten uitvoer zullen worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 (twee) jaren heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit.
Beveelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde voor de tenuitvoer¬legging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, geheel in mindering zal worden gebracht.
Beveelt de teruggave van de hierna te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen aan de hierna te noemen rechthebbenden:
- laptoptas Asus: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer1]
- ING-bankafschrift en groene kaart: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer2]
- legitimatiebewijs t.n.v. [naam]: teruggave aan rechthebbende [naam]
- briefje en boek: teruggave aan verdachte
- salarisstrook [slachtoffer4]: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer4]
- Skoda autosleutel: teruggave aan rechthebbende [slachtoffer5]
Gelast de bewaring van de inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven map met allerlei stukken ten behoeve van de rechthebbende(n).
mrs. F.J.H. Hovens (voorzitter), M.F. Gielissen en M. van der Linde,
in tegenwoordigheid van mrs. M.B. Wichman en J.H.J. Baarsma-Reuchlin, griffiers,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 april 2012.