ECLI:NL:RBARN:2012:BV9115
Rechtbank Arnhem
- Wraking
- H.P.M. Kester-Bik
- M.C.G.J. van Well
- G.A. van der Straaten
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een wrakingsverzoek wegens objectief gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Arnhem op 15 maart 2012 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van een rechter. Verzoeker, die zich in een bestuursrechtelijke procedure bevond, diende op 25 januari 2012 een wrakingsverzoek in. Hij stelde dat de behandelend rechter vooringenomen was, omdat deze al vóór de inhoudelijke toelichting van het beroepschrift had aangegeven dat er geen sprake was van 'wegbestemmen'. Dit was voor verzoeker een cruciaal punt in zijn zaak, en hij had hier nog niet op kunnen reageren. De wrakingskamer oordeelde dat de vrees van verzoeker voor vooringenomenheid objectief gerechtvaardigd was, omdat de rechter zijn oordeel al had geveld voordat verzoeker zijn standpunt had kunnen toelichten.
De wrakingskamer benadrukte dat wraking van een rechter alleen mogelijk is op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De rechtbank stelde vast dat verzoeker concrete feiten had aangedragen die de vrees voor vooringenomenheid onderbouwden. De reactie van de rechter, waarin hij aangaf dat hij de term 'onzin' had gebruikt, droeg bij aan de objectieve vrees van verzoeker. De wrakingskamer concludeerde dat de overige gronden van verzoeker geen verdere bespreking behoefden, en dat het verzoek tot wraking daarom werd toegewezen.
De rechtbank wees ook verzoeken van verzoeker om de behandeling voort te laten zetten door een meervoudige kamer en om vergoeding van proceskosten af, omdat de relevante bepalingen in de Algemene wet bestuursrecht dit niet toestaan. De beslissing van de wrakingskamer is openbaar uitgesproken, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.