ECLI:NL:RBARN:2012:BV8307
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- T.P.E.E. van Groeningen
- J.M.J.M. Doon
- F.N.J. Jansen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van verkrachting en ontucht met stiefzusje
In de zaak voor de Rechtbank Arnhem, behandeld door de militaire kamer, is een 21-jarige man vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten van verkrachting en ontucht met zijn stiefzusje. De zitting vond plaats op 13 februari 2012, waarbij de verdachte aanwezig was en werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. B.A. van Mens. De officier van justitie, mr. S.Z. Wiarda, heeft geëist dat de verdachte vrijgesproken zou worden van de aanklachten, en verzocht om de benadeelde partij, aangeduid als C. [slachtoffer], niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering.
De militaire kamer heeft vastgesteld dat er seksuele handelingen hebben plaatsgevonden tussen de verdachte en de aangeefster, maar dat er geen bewijs was dat de verdachte opzettelijk de aangeefster tot deze handelingen heeft gedwongen. De aangeefster had op verschillende momenten aangegeven geen seksuele handelingen meer te willen, maar de militaire kamer kon niet vaststellen dat de verdachte zich hiervan bewust was. De verklaring van de verdachte dat hij de seksuele contacten stil wilde houden, omdat hij een afspraak met de ouders van de aangeefster had geschonden, werd niet als onaannemelijk verworpen.
De militaire kamer concludeerde dat er geen wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte opzettelijk de aangeefster tegen haar wil heeft gedwongen tot seksuele handelingen. Daarom werd de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Tevens werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, aangezien de verdachte was vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak vond plaats op 27 februari 2012.