ECLI:NL:RBARN:2012:BV3013

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
27 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
769189 CV Expl. 11-5642
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van factuur garage en schadevergoeding in verband met toerekenbare tekortkoming bij reparatie camper

In deze zaak vorderde [Bedrijf Y] betaling van een factuur van [de heer X] voor de reparatie van een camper. De reparatie werd uitgevoerd door garage [Bedrijf Z], die een totaalbedrag van € 3.140,08 in rekening bracht. [de heer X] had een voorschot van € 2.000,00 betaald, maar weigerde de resterende € 1.140,08 te betalen, omdat hij ontevreden was over de kwaliteit van de reparatie. Hij stelde dat de remmen van de camper na de reparatie nog steeds niet goed functioneerden. In reconventie vorderde [de heer X] schadevergoeding van [Bedrijf Y] op grond van wanprestatie, omdat hij meende dat de reparatie niet naar behoren was uitgevoerd. De kantonrechter oordeelde dat [Bedrijf Y] niet in verzuim was geraakt, omdat [de heer X] [Bedrijf Y] niet in de gelegenheid had gesteld om de klachten te verhelpen. De kantonrechter stelde vast dat er een richtprijs van € 1.800,00 was overeengekomen voor de reparaties, inclusief btw, en dat [de heer X] de factuur van [Bedrijf Y] voor de reparaties en de APK-keuring moest voldoen. De vordering van [de heer X] in reconventie werd afgewezen, en hij werd veroordeeld tot betaling van € 469,25 aan [Bedrijf Y], inclusief proceskosten.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ARNHEM
burgerlijk recht, sector kanton
Locatie Nijmegen
zaakgegevens 769189 \ CV EXPL 11-5642 \ MB\376\et
uitspraak van 27 januari 2012
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [Bedrijf Y]
gevestigd te [vestigingsplaats]
eisende partij in conventie
verwerende partij in reconventie
gemachtigde Tijhuis Gerechtsdeurwaarders Arnhem
tegen
[de heer X]
wonende te [woonplaats]
gedaagde partij in conventie
eisende partij in reconventie
gemachtigde DAS Rechtsbijstand
Partijen worden hierna [Bedrijf Y] en [de heer X] genoemd.
1. De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 14 oktober 2011
- de conclusie van antwoord in reconventie met een productie
- de akte van de zijde van [Bedrijf Y] met een productie
- de aantekeningen van de griffier van de comparitie van partijen van 25 november 2011
- de akte van de zijde van [de heer X].
2. De feiten
2.1. [de heer X] is in het bezit van een Mercedes camper. In of omstreeks september 2010 functioneerden de remmen van de camper niet goed. Noch [de heer X] zelf, noch garagebedrijf [Bedrijf Y] kon de problemen verhelpen. [Bedrijf Y] heeft de camper ter reparatie aangeboden aan garagebedrijf [Bedrijf Z] (hierna: ‘[Bedrijf Z]).
2.2. [Bedrijf Z] heeft [Bedrijf Y] voor de verrichte reparaties in het totaal € 3.140,08 in rekening gebracht, welk bedrag [Bedrijf Y] op haar beurt aan [de heer X] in rekening heeft gebracht.
In de factuur van 29 september 2010 heeft [Bedrijf Z] onder meer aan verricht werk vermeld:
“A.P.K. uitvoeren en afmelden
Voertuig remt niet voldoende, diagnose stellen
Wielen en naven van achteras de- en monteren
Hydraulische remcilinders van achteras zijn defect, deze vervangen
Handremmechanisme van achteras zit vast, deze gangbaar maken
Naafkeeringen van achteras zijn versleten, deze vervangen
Wiellagers van achteras invetten, monteren en afstellen
Remleidingen van voor- naar achteras zijn geoxideerd, deze vervangen
Remmen van voor- en achteras afstellen
Hoofdremcilinder demonteren, reviseren en terugmonteren
Remsysteem ontluchten en remtest uitvoeren
Koplampen controleren/afstellen
Hiervoor rechter koplamp de- en monteren i.v.m. bereik van het koplamp stelmechanisme
Bestuurders stoel vast zetten
Achterlichten de- en monteren i.v.m. reinigen van contactpunten
Schakelaar voor contact inbouwen
Spiegelglas links defect, deze vervangen
Richtingaanwijzer links is defect, deze vervangen
Achterste stuurstangkogel hoes defect, deze vervangen
Spoorstangkogel hoes rechts defect, deze vervangen
Proefrit uitvoeren
(...) KEURINGSKOSTEN A.P.K. (…) € 125,00
AFMELD KOSTEN A.P.K. € 4,20”
2.3. Bij e-mailbericht van 3 oktober 2010 heeft [de heer X] [Bedrijf Y] onder meer bericht dat hij het oneens is met de door [Bedrijf Y] aan hem gestuurde rekening. De berekende prijs is veel hoger dan partijen voorafgaand aan de reparaties zijn overeengekomen. Voorts heeft [de heer X] [Bedrijf Y] bericht dat de camper nog steeds remproblemen had toen [de heer X] er vanaf het bedrijf van [Bedrijf Z] mee terugreed naar zijn huis.
2.4. [Bedrijf Y] heeft [de heer X] bij e-mailbericht van 5 oktober 2010 onder meer bericht:
“Voor wat betreft de hoogte van de factuur, bij elke volgende reparatie heb ik met u contact opgenomen en heeft u toestemming gegeven tot reparatie.
Het zou in eerste instantie gaan om een bedrag van 1500 euro, daarna is dat na nog meer reparaties opgelopen tot 1800 euro, u heeft toen nog doorgegeven dat de camper ook APK gekeurd diende te worden, ook dit is geregeld het totale bedrag was toen opgelopen tot 2360 (ik heb u dit bedrag doorgegeven en verteld dat ik niet wist of dit in of excl. BTW was) hierna heeft u de camper opgehaald en nog werkten de remmen niet naar behoren, dit bleek na ongeveer 50 KM.
U bent daarna op donderdag 23 sept weer naar garage [Bedrijf Z] gegaan en die hebben toen geconcludeerd dat de remcilinders gereviseerd moesten worden, ook hier heeft u zelf toestemming voor gegeven. (totale kosten voor deze remcilinder revisie bedragen 278.72 excl. BTW.(…)
Wij hebben met garage [Bedrijf Z] een afspraak gemaakt om met uw camper op de rollen testbank te gaan, zodat door Garage [Bedrijf Z] de werking van uw remmen gecontroleerd kan worden. Dit moet z.s.m. gebeuren, het liefst nog deze week. Indien u hiervan afziet kunt u geen rechten claimen (…)”
2.5. Bij e-mailbericht van 11 oktober 2010 heeft [de heer X] [Bedrijf Y] onder meer bericht:
“U heeft aan [Bedrijf Z] de opdracht gegeven de camper te repareren en de apk te verrichten, hiermee bent u verantwoordelijk voor de factuur, welke dus ook op uw naam gesteld is. (…) Er is eenmaal contact geweest “tijdens de reparatie” dat de kosten hoger zouden worden, te weten zo’n Euro’s 1.800,--. Na afloop van de reparatie en apk heeft u aangegeven dat de kosten nog hoger zijn geworden, 2300 euro dit heeft u evenwel niet van te voren gemeld en hiervoor is ook geen toestemming gegeven. Er is toestemming gegeven tot Euro’s 1.800,-- voor de reparatie aan de voorremmen en de apk. (…) U vroeg mij Euro’s 2000,-- te betalen, dit heb ik gedaan.
(…)
Bovendien is mijn probleem nog niet opgelost. (…)
Op grond van de BOVAG voorwaarden heb ik 3 maanden garantie op onderdelen en reparatie. (…) In uw e-mail erkent u dat de reparatie ondeugdelijk is uitgevoerd daar na 50 KM immers bleek dat de voor remmen nog niet naar behoren werkten.(…)
Conform wet en Bovag stel ik u hierbij in de gelegenheid de reparatie alsnog naar behoren uit te (laten) voeren binnen 2 weken na heden bij gebreke waarvan ik mij vrij acht over te gaan tot het treffen van (rechts)maatregelen. Ik zal de camper dan ook morgenochtend aanbieden ter reparatie naar de door u aangegeven plaats.”
2.6. [de heer X] heeft de camper niet opnieuw ter reparatie bij [Bedrijf Z] of [Bedrijf Y] aangeboden. Wel heeft hij zijn camper op 20 januari 2010 laten keuren door [Bedrijf W], met als opdracht na te gaan of de remmen van de camper naar behoren werken en of de reparaties goed zijn uitgevoerd door [Bedrijf Z].
In het rapport van [Bedrijf W] is onder meer vermeld:
“Alvorens met het onderzoek aan te vangen (…) is gebleken dat de voorremmen na een remming niet direct vrij komen, de remmen blijven korte tijd vast staan. Tevens grijpen de remmen niet goed aan. De werking van de handrem bleek wel in orde te zijn.”
Als conclusie is vermeld:
“De revisie van de hoofdremcilinder is niet uitgevoerd. De remmen voor en achter zijn niet correct afgesteld, de remschoenen liggen veel te ver van de remtrommels af. De remwerking van het voertuig aan de voorzijde is onvoldoende, de remrevisie is niet uitgevoerd zoals deze is vermeld op de rekeningen.”
2.7. Bij brief van 10 maart 2011 [Bedrijf Y] aan (de gemachtigde van) [de heer X] onder meer bericht:
“Aangezien de remmen van de (…) camper aan het einde van de clubdag (leden ‘knutselen’ aan hun (oude) auto’s met hulp van [Bedrijf Y] – ktr.) nog niet naar behoren werkte, heeft de heer [de heer X] mij gevraagd om de remmen te repareren. Hierbij heb ik aangegeven hier niet de juiste apparatuur voor te hebben (…). Via Autobedrijf [Bedrijf Z] heb ik een voorzichtige prijsindicatie gekregen van € 1.500. Dit heb ik telefonisch aan de heer [de heer X] laten weten. Hierbij zijn géén andere reparaties of APK ter sprake gekomen.
Aangezien de reparatie van de remmen van grotere omvang was dan in eerste instantie ingeschat, heb ik met de heer [de heer X] nogmaals telefonische contact opgenomen. Hierbij heb ik aangegeven dat de reparatie van de remmen tegenviel en zeker zou oplopen naar circa € 1.800 excl. BTW. De kosten kwamen hoger uit omdat de achterste remcilinders vernieuwd moesten worden. Voor liepen de remmen niet aan, deze zijn alleen bijgesteld. Tijdens dit tweede gesprek gaf de heer [de heer X] opdracht tevens zijn camper APK te willen laten keuren, ondanks dat de kosten voor de remmen al op € 1.800 waren uitgekomen.
Op woensdag 22 september 2010 heeft de heer [de heer X] de camper opgehaald. Bij de receptie van Autobedrijf [Bedrijf Z] heb ik hem laten weten dat de rekening nog niet klaar was, maar dat deze waarschijnlijk circa € 2.300 / 2.400 zou bedragen, dus nu inclusief de APK. De heer [de heer X] heeft toen een voorschot op de rekening betaald van € 2000, met de afspraak dat de rest van de factuur betaald zou worden zodra de factuur binnen was. Hij gaf hierbij aan dat dit wel wat duur werd.
Op woensdagavond (22 september) belt de heer [de heer X] mij op en vertelde dat de remmen van de camper nog steeds blijven hangen. (…) Donderdagmorgen is de camper van de heer [de heer X] (…) bij Autobedrijf [Bedrijf Z] getest en is geconstateerd dat de remmen voor aanliepen. (‘remmentest’ –ktr.) Na onderzoek bleek dat de remolie niet retour kon aangezien de hoofdremcilinder niet naar behoren werkte en deze gereviseerd of vervangen moesten worden. Dit alles is gedaan onder toezicht van de heer [de heer X] en deze heeft ook toestemming gegeven voor het bestellen van de onderdelen en de reparatie. (…) En uiteindelijk heeft Autobedrijf [Bedrijf Z] het toch voor elkaar gekregen om de camper voor het weekend klaar te maken. (…)
We zijn de heer [de heer X] op Texel tegengekomen en hoorde toen dat de remmen nog niet helemaal goed werkten. Ik heb toen aangegeven dat ik bij Autobedrijf [Bedrijf Z] opnieuw een afspraak zou maken voor een remmentest.
Na het weekend op Texel (25 en 26 september) zou de heer [de heer X] langskomen bij Autobedrijf [Bedrijf Z] om nogmaals een remmentest te doen Deze afspraak heeft de heer [de heer X] tot twee maal toe laten afweten.
Autobedrijf [Bedrijf Z] staat voor 100% achter het gedane werk welke is uitgevoerd. Mocht blijken dat hier fouten zijn gemaakt zal Autobedrijf [Bedrijf Z] volgens BOVAG garantie de reparaties gratis en onder garantie herstellen. (…) Maar de heer [de heer X] komt tot op heden niet opdagen. Wij zien graag dat de heer [de heer X] volgens afspraak zijn factuur betaald en als hij niet tevreden is een afspraak maakt en langs komt.”
2.8. Bij brief van 13 april 2011 heeft de gemachtigde van [de heer X] [Bedrijf Y] onder meer bericht:
“Bovengenoemde herstelwerkzaamheden dienen binnen 30 dagen na heden tot genoegen van cliënt te zijn uitgevoerd. (...) Bij gebreke van tijdige dan wel deugdelijke herstelwerkzaamheden, behoudt cliënt zich het recht voor de werkzaamheden door derden te laten uitvoeren.”
2.9. Bij brief van 3 mei 2011 heeft de gemachtigde van [Bedrijf Y] [de heer X] onder meer bericht:
“Uw cliënt kan opnieuw een afspraak maken bij onze cliënte of Garage [Bedrijf Z] om de camper op de testbank te laten controleren.”
2.10. Tijdens de comparitie van partijen op 25 november 2011 heeft [Bedrijf Z] voorgesteld om samen met een deskundige van [Bedrijf W] en [de heer X] de klachten aan de camper nog eens te onderzoeken. Voorts heeft [Bedrijf Z] toegezegd dat, indien uit dat onderzoek zou volgen dat bij de reparatie door [Bedrijf Z] fouten zijn gemaakt, zij die fouten alsnog kosteloos zou herstellen. Indien van geen fouten zou blijken, diende [de heer X] in dat geval het restant van de factuur aan [Bedrijf Y] te voldoen. De procedure is met het oog op dat aanbod twee weken aangehouden.
2.11. Bij brief van 6 december 2011 heeft (de gemachtigde van) [de heer X] [Bedrijf Y] onder meer bericht: “Naar aanleiding daarvan (voorstel [Bedrijf Z] ter comparitie – ktr.) heb ik contact opgenomen met expertisebureau [Bedrijf W]. In de eerste plaats zag de behandelend expert van [Bedrijf W] het nut van een beoordeling van het remsysteem en de uitgevoerde reparatiewerkzaamheden bij de firma [Bedrijf Z] niet in. De conclusie zoals weergegeven in het rapport van [Bedrijf W] zal hierdoor namelijk niet anders worden. Daarnaast was een afspraak op (zeer) korte termijn niet mogelijk en zullen de kosten van [Bedrijf W] oplopen tot circa € 1.000,-. U zult begrijpen dat cliënt, gelet op het voorgaande, niet akkoord zal gaan met het voorstel van de firma [Bedrijf Z].”
3. De vordering en het verweer
in conventie
3.1. [Bedrijf Y] vordert dat de kantonrechter [de heer X] veroordeelt tot betaling van
€ 1.309,32 (hoofdsom, rente en kosten), te vermeerderen met de wettelijke rente over
€ 1.140,08 vanaf de datum dagvaarding tot aan de dag van volledige betaling en proceskosten.
3.2. [Bedrijf Y] legt aan zijn vordering, kort weergegeven, het volgende ten grondslag. [Bedrijf Z] heeft namens [Bedrijf Y] en in opdracht en voor rekening van [de heer X] de camper gerepareerd en APK-gekeurd. [Bedrijf Y] heeft alle aan de camper uit te voeren werkzaamheden en de daaruit naar verwachting voort vloeiende kosten met [de heer X] besproken, waarna [de heer X] toestemming voor de reparaties heeft gegeven.
3.3. De rekening van de reparatie heeft [Bedrijf Z] aan [Bedrijf Y] gestuurd, die zij op haar beurt aan [de heer X] heeft overhandigd. [de heer X] heeft van die rekening ter hoogte van € 3.140,08 slechts € 2.000,00 voldaan, zodat [Bedrijf Y] thans nog een openstaande vordering van
€ 1.140,08 op [de heer X] heeft. Door de toerekenbare tekortkoming van [de heer X] in de nakoming van de tussen partijen geldende overeenkomst lijdt [Bedrijf Y] schade. Teneinde de vordering te incasseren, heeft [Bedrijf Y] buitengerechtelijke kosten moeten maken die zij thans vordert. Daarnaast vordert [Bedrijf Y] rente over de hoofdsom.
in reconventie
3.4. [de heer X] vordert dat de kantonrechter [Bedrijf Y] veroordeelt om aan hem te betalen
€ 1.344,-, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de datum van de dagvaarding tot aan de dag van volledige betaling en proceskosten. Daarnaast vordert hij buitengerechtelijke kosten ter hoogte van € 357,-.
3.5. [de heer X] legt, kort weergegeven, het volgende aan zijn vordering ten grondslag.
Niet [de heer X], maar [Bedrijf Y] is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de onderhavige overeenkomst door de camper niet behoorlijk te (laten) repareren. Hij verwijst daarbij naar de conclusie van de deskundige van [Bedrijf W], dat de remrevisie, anders dan is vermeld op de rekeningen, niet is uitgevoerd (r.ov. 2.7.). Aangezien [Bedrijf Y] ter zake van de door haar te leveren prestatie in verzuim is geraakt, dient zij [de heer X] de door hem als gevolg van de wanprestatie geleden schade te vergoeden. Het monteren van een hoofdremcilinder kost € 1.344,- en die kosten dienen door [Bedrijf Y] te worden betaald. Ter onderbouwing van de schadevordering heeft [de heer X] een concept-nota van de firma [Bedrijf V] overgelegd.
in conventie en in reconventie
3.6. Partijen voeren over en weer verweer, waarop hierna, voor zover nodig, nader zal worden ingegaan.
4. De beoordeling van het geschil
in conventie
4.1. [de heer X] heeft erkend, althans niet uitdrukkelijk betwist, dat [Bedrijf Y] de reparaties en APK als vermeld op de factuur diende uit te (laten) voeren, hetgeen daarmee als vaststaand zal worden aangenomen. Voorts is vast komen te staan dat [de heer X] de camper niet zelf of met behulp van [Bedrijf Y] kon repareren en daarom de camper aan [Bedrijf Z] ter reparatie heeft aangeboden. De opdracht tot reparatie was afkomstig en voor rekening van [Bedrijf Y].
4.2. Van belang is vast te stellen wat partijen bij het aangaan van de overeenkomst (of ten tijde van wijziging ervan) hebben afgesproken. [Bedrijf Y] heeft in algemene zin, zonder de gang van zaken te specificeren, gesteld dat [de heer X] telkens voorafgaand aan een (extra uit te voeren) reparatie toestemming heeft verleend voor zo’n reparatie en de voorziene kosten daarvan. [de heer X] heeft dat nadrukkelijk betwist. De kantonrechter is van oordeel dat [Bedrijf Y], gelet op de betwisting van [de heer X], haar stelling ter zake onvoldoende (feitelijk) heeft onderbouwd en uiteengezet, terwijl dit wel op haar weg lag. Omdat [Bedrijf Y] niet heeft voldaan aan haar stelplicht wordt niet toegekomen aan (nadere) bewijslevering op dit vlak.
4.3. Tijdens de comparitie van partijen heeft [de heer X]s echtgenote verklaard dat zij bij het ophalen van de camper bij [Bedrijf Z] en het betalen van het voorschot op de rekening van
€ 2.000,- wel drie keer heeft gezegd dat zij niet meer dan € 2.500,- kon betalen. Deze stelling is door [Bedrijf Y] niet betwist, maar kan buiten beschouwing blijven nu deze uitlatingen zijn gedaan bij het ophalen van de camper en daarmee dus niet van belang zijn voor de vraag wat partijen hebben afgesproken.
4.4. Vast staat dat [Bedrijf Z] aan [Bedrijf Y] een aanvankelijke prijsopgave van € 1.500,- exclusief btw heeft gedaan. [Bedrijf Y] heeft met [de heer X] besproken dat de reparatie ongeveer € 1.500,- zou gaan kosten. [de heer X] is met die prijsopgave akkoord gegaan. Voorts staat vast dat op enig (later) moment door [Bedrijf Y] aan [de heer X] is bericht dat de reparatie bij nader inzien € 1.800,- zou bedragen en dat [de heer X] daarmee heeft ingestemd. Gelet hier op zal de kantonrechter ervan uitgaan dat partijen voor de reparaties aan het remsysteem van de camper een richtprijs van € 1.800,- zijn overeengekomen.
4.5. Als onvoldoende door [de heer X] betwist staat ook vast dat [de heer X] ook nog een APK-keuring náást de reparatie (die op € 1.800,- was geraamd) wilde laten uitvoeren. Niet is gesteld of gebleken dat [Bedrijf Y] een prijsopgave heeft gedaan van die APK-keuring zelf.
[de heer X] heeft overigens niet betwist dat er in het kader van die keuring reparaties zijn verricht. De kantonrechter zal daarom als vaststaand aannemen dat ten aanzien van de APK-keuring en de in dat kader uitgevoerde reparaties geen prijsafspraak tussen partijen tot stand is gekomen.
4.6. [Bedrijf Y] heeft gesteld dat zij [de heer X] heeft bericht dat zij niet zeker wist of de prijsopgave (die zij van [Bedrijf Z] had gekregen) in- of exclusief btw was, hetgeen door [de heer X] is betwist. Wat hier ook van zij, gelet op het feit dat [de heer X] een consument is, mocht hij er van uitgaan dat de prijsopgave inclusief btw was.
4.7. Het voorgaande leidt tot de kantonrechter dan tot de volgende conclusies. De onderhavige overeenkomst moet worden opgevat als een overeenkomst tot aanneming van werk in de zin van artikel 7:750 BW. Op grond van het bepaalde in artikel 7:752 lid 2 BW geldt dat, als partijen een richtprijs zijn overeengekomen, die richtprijs met niet meer dan 10% mag worden overschreden. Uitgaande van een richtprijs van € 1.800,- (inclusief btw) kan bij dat bedrag nog 10% extra worden gerekend, waarmee het totaalbedrag voor de reparaties op € 1.980,- komt. Op grond van het bepaalde in artikel 7:752 lid 1 BW geldt dat de opdrachtgever, indien bij het sluiten van de overeenkomst geen prijs is bepaald, een redelijke prijs is verschuldigd. Op de door [de heer X] overgelegde factuur van [Bedrijf Z] aan [Bedrijf Y] blijkt dat de kosten van de keuring zelf ongeveer € 130,00 bedragen. De kantonrechter merkt dit bedrag aan als een redelijke prijs. De kantonrechter leidt uit de factuur af dat er naast de reparatie aan de rem ook (onder meer) een spiegelglas (€ 34,67) en een knipperlicht (€ 67,85) op de camper zijn vervangen. Deze reparaties zijn niet betwist en de kosten daarvoor evenmin. Gelet hierop zal de kantonrechter ten aanzien van de aangebrachte materialen en werkloon een schatting maken van de gemaakte kosten ter hoogte van € 250,00 (incl. btw). Dit brengt met zich mee dat, ten aanzien van de APK-keuring met bijbehorende reparaties zal worden uitgegaan van een bedrag van in het totaal € 380,00 (incl. btw).
4.8. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [de heer X] € 2.360,- inclusief btw aan [Bedrijf Y] verschuldigd is voor de reparaties en de APK-keuring. Gelet op het feit dat [de heer X] reeds € 2.000,- inclusief btw heeft betaald, zal hij worden veroordeeld tot betaling van
€ 380,00 inclusief btw en rente.
4.9. Aannemelijk is dat [Bedrijf Y] buitengerechtelijke werkzaamheden heeft verricht dan wel heeft laten verrichten en dat hiervoor kosten zijn gemaakt. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke kosten is niet in overeenstemming met de gebruikelijke en redelijke tarieven. Op basis daarvan wijst de kantonrechter een bedrag van € 89,25 (inclusief btw) toe.
4.10. [de heer X] wordt grotendeels in het ongelijk gesteld, althans, gelet op de uitkomst in deze zaak in conventie had [Bedrijf Y] er recht en belang bij [de heer X] te dagvaarden. Daarom moet [de heer X] de proceskosten dragen. Het toe te wijzen salaris van de gemachtigde en het bedrag aan griffierecht zullen worden gebaseerd op de vordering zoals die is toegewezen. Het meerdere moet voor rekening van [Bedrijf Y] blijven.
in reconventie
4.11. [de heer X] vordert schadevergoeding op grond van een toerekenbare tekortkoming van de zijde van [Bedrijf Y]. Op grond van artikel 6:74 lid 1 BW leidt iedere toerekenbare tekortkoming in de nakoming tot de verschuldigdheid van schadevergoeding. Lid 2 van dat artikel houdt rekening met de situatie dat de nakoming van de overeenkomst niet reeds blijvend onmogelijk is. Lid 1 is in dat geval slechts van toepassing mét inachtneming van de bepalingen omtrent verzuim van de schuldenaar. Indien de nakoming nog mogelijk is, groeit de niet-nakoming pas uit tot een tekortkoming, wanneer de schuldenaar in verzuim is. Voor toewijzing van vervangende schadevergoeding (artikel 6:87 lid 1 BW) geldt, naast andere vereisten, eveneens dat de schuldenaar in verzuim dient te zijn.
4.12. De vraag die met het oog op het bepaalde in artikelen 6:74 lid 2 en 87 lid 1 BW beantwoord moet worden is of [Bedrijf Y] in verzuim is geraakt. Allereerst stelt de kantonrechter vast dat in de aard van de overeenkomst tussen [Bedrijf Y] en [de heer X] besloten ligt dat de camper (alsnog) behoorlijk werd gerepareerd. Nakoming was ten tijde van de eerste klachten van [de heer X] en zijn brieven aan [Bedrijf Y] dus nog mogelijk. Met het oog daarop diende [de heer X] [Bedrijf Y] conform het bepaalde in artikel 6:82 BW eerst (schriftelijk of per e-mail) in gebreke te stellen en haar een termijn voor nakoming te stellen. Indien [Bedrijf Y] na de ingebrekestelling niet zou nakomen, zou hij in verzuim raken.
4.13. Op grond van de stukken blijkt dat (de gemachtigde van) [de heer X] [Bedrijf Y] twee maal (schriftelijk) in gebreke heeft gesteld. In die brieven is aangekondigd dat [Bedrijf Y] in verzuim zou raken indien hij niet binnen de gestelde termijn zou zorg dragen voor deugdelijke reparatie. Niet is gesteld of gebleken dat [Bedrijf Y] de camper niet wilde controleren en indien nodig repareren. Integendeel, als onbetwist is komen vast te staan dat [Bedrijf Y] [de heer X] meermaals heeft verzocht een afspraak te maken bij [Bedrijf Y] of [Bedrijf Z] om de camper te laten nakijken, als bevestigd in de brieven van 10 maart 2011 (r.ov. 2.9.) en laatstelijk bij brief van 3 mei 2011. [de heer X] heeft ter comparitie desgevraagd verklaard dat hij de camper niet naar [Bedrijf Y]/[Bedrijf Z] wilde brengen, omdat hij geen vertrouwen meer had in deze bedrijven, hij bang was dat [Bedrijf Z] de camper in retentie zou nemen totdat de rekening was voldaan en zijn gemachtigde hem heeft geadviseerd de camper naar [Bedrijf W] te brengen in plaats van naar [Bedrijf Z]. De kantonrechter is van oordeel dat de omstandigheden onvoldoende aanleiding geven voor het ontbreken van vertrouwen en dat ook de andere argumenten geen rechtvaardiging bieden om [Bedrijf Y] niet in de gelegenheid te stellen een gebrek vast te stellen en zonodig te repareren.
4.14. Nu [de heer X] [Bedrijf Y] niet in de gelegenheid heeft gesteld de camper te (laten) repareren, kan dat niet tot gevolg hebben dat [Bedrijf Y] na ommekomst van de gestelde termijn in verzuim is geraakt. Dit brengt met zich mee dat de benodigde grondslag aan [de heer X]s vordering ontbreekt en dat de vordering tot schadevergoeding zal worden afgewezen.
4.15. [de heer X] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen.
5. De beslissing
De kantonrechter
in conventie
5.1. veroordeelt [de heer X] om aan [Bedrijf Y] te betalen € 469,25 inclusief btw (hoofdsom en buitengerechtelijke incassokosten), te vermeerderen met wettelijke rente over € 380,- vanaf de datum van verschuldigdheid tot aan de dag van volledige betaling;
5.2. veroordeelt [de heer X] in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van [Bedrijf Y] begroot op € 82,21 aan dagvaardingskosten, € 106,00 aan griffierecht en € 120,00 aan salaris voor de gemachtigde;
5.3. verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
5.4. wijst het meer of anders gevorderde af;
in reconventie
5.5. wijst de vorderingen af;
5.6. veroordeelt [de heer X] in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van [Bedrijf Y] begroot op € 150,00 aan salaris voor de gemachtigde;
5.7. verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
5.8. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. M.J. Blaisse en in het openbaar uitgesproken op 27 januari 2012.