ECLI:NL:RBARN:2012:BV1576
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.J.H. van Laethem
- A.M. van Gorp
- J.M.J.M. Doon
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie inzake herroeping voorwaardelijke invrijheidstelling
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 18 januari 2012 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in een vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling van een veroordeelde. De veroordeelde was op 4 augustus 2010 veroordeeld tot een gevangenisstraf van twintig maanden, waarvan hij op 13 februari 2011 voorwaardelijk in vrijheid was gesteld. De proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidstelling was vastgesteld op 157 dagen, met een proeftijd die inging op de datum van invrijheidstelling. De officier van justitie diende op 29 november 2011 een schriftelijke vordering in om de voorwaardelijke invrijheidstelling te herroepen, omdat de veroordeelde zich niet aan de bijzondere voorwaarden had gehouden.
Tijdens de zittingen op 16 december 2011 en 18 januari 2012 werd de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie ter discussie gesteld. De rechtbank oordeelde dat de term 'onverwijld', zoals bedoeld in artikel 15i van het Wetboek van Strafrecht, niet was nageleefd. De rechtbank merkte op dat het Openbaar Ministerie diverse mogelijkheden had om de veroordeelde in het gareel te krijgen, maar deze kansen niet had benut. De rechtbank concludeerde dat de vordering niet tijdig was ingediend, waardoor het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk werd verklaard in de vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling.
De rechtbank benadrukte dat het doel van de herroeping is om bij constatering van het niet naleven van de voorwaarden, een waarschuwing te geven en vervolgens de voorwaardelijke invrijheidstelling te herroepen. In dit geval was de vordering pas zes maanden na de eerste melding van overtreding ingediend, wat niet voldeed aan de vereiste van onverwijldheid. De rechtbank heeft de relevante wetsartikelen in acht genomen en heeft de beslissing genomen om het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk te verklaren.