In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem werd behandeld, betreft het een deelgeschil over medische aansprakelijkheid na een operatie aan de rechtervoet van verzoekster, uitgevoerd door orthopedisch chirurg [verweerder sub 1] op 9 november 2001. Tijdens de operatie, die werd uitgevoerd in de kliniek van de stichting Sint Maartenskliniek, is per ongeluk de vaatzenuwstreng doorgenomen, wat heeft geleid tot aanzienlijke pijn en beperkingen voor verzoekster. Verzoekster houdt zowel [verweerder sub 1] als de stichting aansprakelijk voor de letselschade die zij lijdt als gevolg van deze complicatie. De rechtbank heeft de procedure gestart op verzoek van verzoekster, die bijgestaan werd door haar advocaat, mr. I.P.C. Sindram.
De rechtbank heeft de feiten en het verloop van de procedure in detail onderzocht, inclusief de deskundigenrapporten die door verzoekster zijn ingediend. De deskundigen, dr. F.C. Öner en prof. dr. J.A.N. Verhaar, hebben beide gerapporteerd over de operatie en de complicaties, maar hun rapporten zijn later ingetrokken of geblokkeerd door verzoekster. Dit heeft geleid tot een situatie waarin de rechtbank niet over voldoende bewijs beschikte om te oordelen over de aansprakelijkheid van [verweerder sub 1]. De rechtbank concludeert dat er onvoldoende aanknopingspunten zijn om te stellen dat [verweerder sub 1] niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend orthopedisch chirurg verwacht mag worden.
De rechtbank heeft ook overwogen dat de kosten van de procedure aan de zijde van verzoekster moeten worden begroot, maar dat de kosten van het voorlopig getuigenverhoor niet in aanmerking komen voor begroting. Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek van verzoekster afgewezen en de kosten van de behandeling van het verzoek begroot op € 2.402,00. Deze beschikking is gegeven door mr. A.E.B. ter Heide en openbaar uitgesproken op 10 februari 2012.