ECLI:NL:RBARN:2011:BU9419

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
22 december 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB 10/2346
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Einduitspraak na tussenuitspraak inzake verstrekking digitale versie gedragscode

Op 22 december 2011 heeft de Rechtbank Arnhem uitspraak gedaan in de zaak met registratienummer AWB 10/2346. Eiser, wonende te [woonplaats], had beroep ingesteld tegen een besluit van het Dagelijks bestuur Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden, dat op 15 juni 2010 was genomen. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en bepaald dat verweerder het door eiser betaalde griffierecht van € 150 aan hem vergoedt.

De procedure begon met een rechtstreeks beroep van eiser, dat op 24 augustus 2011 ter zitting werd behandeld. Eiser was aanwezig, terwijl verweerder werd vertegenwoordigd door A. Diependaal en P. van Leeuwen. Op 31 augustus 2011 wees de rechtbank een tussenuitspraak, waarin werd vastgesteld dat verweerder ten onrechte geen digitale versie van de gedragscode 2006 aan eiser had verstrekt. Verweerder heeft vervolgens op 26 september 2011 besloten om deze digitale versie alsnog aan eiser te verstrekken.

Eiser heeft in een brief van 30 oktober 2011 aangegeven dat verweerder op correcte wijze aan de tussenuitspraak heeft voldaan en dat hij zich kan vinden in de tussenuitspraak. De rechtbank concludeert dat met het besluit van 26 september 2011 het gebrek in het bestreden besluit is hersteld. De rechtbank heeft de overige gronden van eiser in de tussenuitspraak overwogen en komt tot de conclusie dat het beroep ongegrond is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, aangezien er geen kosten zijn gemaakt. De uitspraak is gedaan door mr. J.A. van Schagen, rechter, in tegenwoordigheid van mr. L.A. Kjellevold - Hoegee, griffier, en is openbaar uitgesproken op 22 december 2011.

Uitspraak

RECHTBANK ARNHEM
Sector bestuursrecht
registratienummer: AWB 10/2346
uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
van 22 december 2011
inzake
[naam], eiser,
wonende te [woonplaats],
tegen
het Dagelijks bestuur Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden, verweerder.
1. Aanduiding bestreden besluit
Besluit van verweerder van 15 juni 2010.
2. Procesverloop
Eiser heeft met instemming van verweerder rechtstreeks beroep ingesteld tegen het in rubriek 1 genoemde besluit.
Het beroep is behandeld ter zitting van de rechtbank van 24 augustus 2011. Eiser is aldaar verschenen. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door A. Diependaal en P. van Leeuwen.
De rechtbank heeft op 31 augustus 2011 een tussenuitspraak gewezen.
Verweerder heeft op 26 september besloten een digitale versie van de gedragscode 2006 aan eiser te verstrekken.
De rechtbank heeft het onderzoek op 4 november 2011 gesloten.
3. Overwegingen
Bij zijn tussenuitspraak van 31 augustus heeft de rechtbank overwogen dat verweerder ten onrechte geen digitale versie van de gedragscode 2006 aan eiser heeft verstrekt. Verweerder heeft dit vervolgens bij besluit van 26 september 2011 alsnog gedaan. Eiser heeft bij brief van 30 oktober 2011 aangegeven dat verweerder op correcte wijze aan de tussenuitspraak heeft voldaan en ook dat hij zich volledig in de tussenuitspraak kan vinden.
Naar het oordeel van de rechtbank is met het besluit van 26 september 2011 het gebrek in het bestreden besluit hersteld. Onder verwijzing naar hetgeen ten aanzien van de overige door eiser aangevoerde gronden in de tussenuitspraak van 31 augustus 2011 is overwogen, zal de rechtbank het beroep daarom ongegrond verklaren.
Er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling als bedoeld in artikel 8:75 van de Awb nu niet is gebleken van gemaakte kosten. De rechtbank zal wel bepalen dat verweerder het griffierecht aan eiser vergoedt.
4. Beslissing
De rechtbank
verklaart het beroep ongegrond;
bepaalt dat verweerder het door eiser betaalde griffierecht van € 150 aan hem vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.A. van Schagen, rechter, in tegenwoordigheid van mr. L.A. Kjellevold - Hoegee, griffier.
De griffier, De rechter,
Uitgesproken in het openbaar op 22 december 2011.
Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden, behoudens het bepaalde in artikel 6:24 juncto 6:13 van de Awb, binnen 6 weken na de dag van verzending hiervan, hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage.
Verzonden op: 22 december 2011