ECLI:NL:RBARN:2011:BU4922
Rechtbank Arnhem
- Raadkamer
- M.G.J. Post
- C. van Linschoten
- L.M. Moerings
- Rechtspraak.nl
Voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging van een terbeschikkinggestelde met bijzondere voorwaarden
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 18 november 2011 uitspraak gedaan over de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging van een terbeschikkinggestelde, hierna te noemen betrokkene. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de dwangverpleging niet voorwaardelijk te beëindigen, afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging niet veel wijziging zal brengen in de feitelijke situatie van betrokkene, die al sinds oktober 2009 transmuraal verlof geniet bij Trajectum Hanzeborg. De rechtbank heeft daarbij het proportionaliteitsbeginsel in acht genomen en de deskundigen gehoord die aangaven dat betrokkene baat heeft bij een geleidelijke overgang naar nieuwe structuren en begeleiders.
De rechtbank heeft overwogen dat betrokkene zich aan de voorwaarden zal houden en dat de reclassering betrokken blijft bij zijn begeleiding. De rechtbank heeft de beslissing genomen om de verpleging voorwaardelijk te beëindigen, met de opdracht aan Reclassering Nederland om betrokkene te ondersteunen bij de naleving van de voorwaarden. De rechtbank heeft daarbij bijzondere voorwaarden gesteld, waaronder het niet maken van strafbare feiten, het accepteren van begeleiding en het meewerken aan controles op middelengebruik.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de huidige situatie van betrokkene, waarin hij al geruime tijd goed functioneert binnen de begeleide setting, geen noodzaak biedt voor een verdere verlenging van de dwangverpleging. De rechtbank heeft de beslissing genomen met inachtneming van de lange duur van de terbeschikkingstelling en de aard van het indexdelict, en heeft de voorwaarden geformuleerd die betrokkene moet naleven om zijn resocialisatie te bevorderen.