ECLI:NL:RBARN:2011:BR1334
Rechtbank Arnhem
- Wraking
- W.J. Vierveijzer
- T.P.E.E. van Groeningen
- N.K. van den Dungen-Dijkstra
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter in nalatenschapszaak
In deze wrakingszaak heeft verzoeker, die betrokken is bij een nalatenschapsprocedure, een wrakingsverzoek ingediend tegen rechter [betrokkene]. Dit verzoek is gebaseerd op een aantal klachten over de gang van zaken tijdens de zitting van 7 april 2011, waar de rechter verzoeker een peremptoire termijn van drie weken heeft gegeven om een overzicht van zijn werkzaamheden als executeur in te dienen. Verzoeker stelde dat hij niet op de hoogte was van een eerdere procedure en dat de rechter hem niet de gebruikelijke termijn van vier weken had gegeven. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat wraking alleen mogelijk is op basis van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. De rechtbank oordeelt dat de peremptoirstelling op zichzelf geen aanwijzing geeft voor partijdigheid en dat er geen objectief gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid is. De wrakingskamer heeft ook opgemerkt dat er een klachtprocedure loopt over de informatieverstrekking door de rechter, waardoor zij zich niet verder over deze klachten kon uitlaten. Uiteindelijk heeft de rechtbank het wrakingsverzoek afgewezen, met de conclusie dat er geen concrete feiten zijn aangevoerd die de vrees voor partijdigheid objectief rechtvaardigen. De beschikking is openbaar uitgesproken op 30 juni 2011 door de wrakingskamer, bestaande uit drie rechters, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.