ECLI:NL:RBARN:2011:BQ4679

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
13 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
207543
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewijsopdracht inzake hypothecaire lasten en eigendomsrechten van gezamenlijke woning

In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem is behandeld, hebben eisers in conventie, [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.], een vordering ingesteld tegen gedaagde in conventie, [ged.conv./eis.reconv.], met betrekking tot de betaling van hypothecaire lasten en andere kosten die verband houden met een gezamenlijk eigendom, een woning. De partijen zijn gezamenlijk eigenaar van de woning, die op 27 juni 2008 aan hen is geleverd. Gedurende de periode van gezamenlijk bewonen hebben de partijen afspraken gemaakt over de betaling van hypothecaire lasten en andere vaste lasten. Eisers stellen dat deze lasten voor de helft door hen en de andere helft door gedaagde betaald zouden worden, terwijl gedaagde dit betwist.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewijslast voor de door eisers gestelde overeenkomst bij hen ligt, conform artikel 150 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De rechtbank heeft eisers opgedragen bewijs te leveren van hun stellingen, waaronder de betaling van specifieke bedragen ten behoeve van gedaagde in privé. In reconventie heeft gedaagde een vordering ingesteld tot afgifte van zijn eigendommen die zich nog in de woning zouden bevinden. Ook hier heeft de rechtbank gedaagde opgedragen bewijs te leveren van zijn eigendom van de gevorderde zaken.

De rechtbank heeft in haar vonnis op 13 april 2011 bepaald dat de zaak opnieuw op de rol zal komen voor bewijslevering. De partijen zijn verzocht om getuigen te horen en bewijsstukken in te dienen. De rechtbank heeft verder aangegeven dat de zaak op 27 april 2011 weer op de rol zal komen voor uitlating door de partijen over de bewijslevering.

Uitspraak

Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 207543 / HA ZA 10-2171
Vonnis van 13 april 2011
in de zaak van
1. [eis.1conv/verw.1reconv.],
wonende te [woonplaats],
2. [eis.2 conv/verw.2reconv.],
wonende te [woonplaats],
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat mr. E.C.P.M. Kok te Nijmegen,
tegen
[ged.conv./eis.reconv.],
wonende te [woonplaats]
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
advocaat mr. W.F. Seijbel te Arnhem.
Partijen zullen hierna [eis.1conv./ged.1reconv.], [eis.2conv./ged.2reconv.] en [ged.conv./eis.reconv.] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 12 januari 2011
- het proces-verbaal van comparitie van 25 februari 2011.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Partijen zijn gezamenlijk eigenaar van een woning aan het adres [adres] (hierna: de woning), [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] gezamenlijk en [ged.conv./eis.reconv.] elk voor de onverdeelde helft. De levering van de woning aan hen heeft plaatsgevonden op 27 juni 2008.
2.2. Ter financiering van de woning zijn zij gezamenlijk een hypothecaire geldlening ten bedrage van € 750.000,00 aangegaan bij de Coöperatieve Rabobank Groesbeek-Millingen aan de Rijn U.A. Partijen zijn ten aanzien van deze geldlening hoofdelijk verbonden.
2.3. Gedurende de periode van 27 juni 2008 tot 19 juni 2009 hebben [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] en hun beide kinderen alsmede [ged.conv./eis.reconv.] en diens echtgenote [betrokkene1] de woning gezamenlijk bewoond. Op 19 juni 2009 hebben [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] (naar zij stellen: tijdelijk) de woning verlaten.
Op 10 december 2009 schrijft [ged.conv./eis.reconv.] aan [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] (naar het mailadres [e-mailadres]):
Ik wilde jullie even laten weten, dat wij per 1 januari weer op de [adres] komen wonen. Mochten we geen reactie van jullie ontvangen, gaan we er vanuit dat dit geen probleem is.
Bij e-mail van 11 december 2009 antwoorden [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] aan [ged.conv./eis.reconv.]:
Om van een woonrecht gebruik te kunnen maken, moet je minimaal voldoen aan de aangegane verplichtingen,
waarna zij in die mail eerdere mails ten dele citeren. [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] zijn niet in de woning teruggekeerd.
2.4. Aan de woning zijn verbouwingswerkzaamheden verricht.
2.5. [naam bedrijf] is bij de Kamer van Koophandel als eenmanszaak van [eis.2conv./ged.2reconv.] ingeschreven. Volgens het overgelegde opgaafformulier is per 1 juli 2009 “de V.O.F. voortgezet als eenmanszaak”. Deze vennootschap onder firma, die [naam bedrijf] voordien exploiteerde, had als vennoten [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1].
3. Het geschil
in conventie
3.1. [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] vorderen – samengevat – de veroordeling van [ged.conv./eis.reconv.] tot betaling van bedragen van:
- € 37.318,70 en van € 1.797,24 per maand vanaf 1 november 2010 tot de dag dat de hypothecaire betalingsverplichting jegens de Rabobank is geëindigd,
- € 6.409,85,
- € 5.450,50 en
- € 1.190,00,
met veroordeling van [ged.conv./eis.reconv.] in de kosten van deze procedure en in de nakosten.
3.2. Aan deze vordering leggen [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] het volgende ten grondslag. Partijen hebben met elkaar de afspraak gemaakt dat de hypothecaire lasten, de overige vaste lasten betreffende de woning en de kosten van de verbouwing voor de helft door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] en voor de helft door [ged.conv./eis.reconv.] zouden worden betaald en dat uit de inkomsten van [naam bedrijf] de huishoudkosten en de kosten van de nutsvoorzieningen zouden worden betaald. Aan zijn betalingsverplichtingen heeft [ged.conv./eis.reconv.] tot heden niet voldaan. [ged.conv./eis.reconv.] is uit hoofde van de hypothecaire geldlening tot 1 november 2010, na verrekening van een door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] ontvangen voorlopige teruggave van de belastingdienst, € 37.318,70 verschuldigd en vanaf 1 november 2010 € 1.797,24 per maand. [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] hebben lokale belastingen, premie opstalverzekering en overige verzekeringen, nutsvoorzieningen en overige kosten betaald. Het bedrag van € 6.409,85 betreft het gedeelte dat voor rekening van [ged.conv./eis.reconv.] komt. Zij hebben ten behoeve van [ged.conv./eis.reconv.] in privé een bedrag betaald van in totaal € 5.450,50 ter zake van loodshuur, telefoonkosten, verzekeringen en belastingen. Ten slotte maken [eis.1conv./ged.1reconv.] en [ged.conv./eis.reconv.] aanspraak op vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 1.190,00.
3.3. [ged.conv./eis.reconv.] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.4. [ged.conv./eis.reconv.] vordert – samengevat – de veroordeling van [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] tot afgifte aan [ged.conv./eis.reconv.] van zijn eigendommen, te weten:
- het stapelbed van de kinderen van [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1]
- de dekbedden van de kinderen van [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] met de kussens
- twee lattenbodems van IKEA
- accesssoires van de WII-spelcomputer
- kussen van de hond van [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1]
- okergele antieke lamp
- bronzen stang van een druppellamp
- Hilti- en AEG-boor
- ander gereedschap van [ged.conv./eis.reconv.], waaronder een sleutelset, schroevendraaiers, hamers en beitels, spachtels, stukadoortroffels en een raapspan
- de zilveren deksel van een antieke theepot
- een IKEA-lamp
- een rechthoekige grote spiegel
- een vijfsport huishoudtrap
- Walt Disneypoppetjes van de kinderen van [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1]
- PSP-computerspellen, te weten: Silent Hill en F1
- boekhouding van de verbouwing van de woning, waaronder de map met facturen van de verbouwing
- cijfers en prognoses van de hypotheekaanvraag
- permanente make-up apparaat van MB Cosmetics, inclusief naalden en pigmenten
- dermabrasie apparaat
- koud laser apparaat met de behandelstoel met elektrische bediening en borstelapparaat inclusief loupelamp
- los glas unit (etagere waar apparatuur op wordt geplaatst)
- twee losse apparaatkasten
- behandelstoel
- tanning apparatuur van SUNFX inclusief vloeistoffen
- twee productkasten met verlichting, behorend bij Bruno Vassari producten
- meso-apparaat
- IPL-apparaat
- hotstone opwarmer met stenen, kruidenstempels, felsopwarmer en handdoekverwarmer
- elektronische kassa
- buitenlantaarn
- reclamebord
- koelkast
- verzorgings- en verkoopproducten van Guinot en Bruno Vassari
- de boekhouding van [naam bedrijf] over de periode van 22 augustus 2006 tot 15 december 2010,
een en ander op straffe van een dwangsom,
en voorts de voorwaardelijke veroordeling van [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] tot betaling van een bedrag van € 126.000,00 met rente,
met veroordeling van [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] in de kosten van deze procedure.
3.5. Aan deze vordering legt [ged.conv./eis.reconv.] het volgende ten grondslag. De zaken, waarvan [ged.conv./eis.reconv.] afgifte vordert, zijn zijn eigendom en bevinden zich, voor zover aan hem bekend, nog in de woning. Partijen zijn overeengekomen dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] de hypotheeklasten zouden voldoen en [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] de kosten van levensonderhoud en van de verbouwing. [ged.conv./eis.reconv.] vordert van [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] een bedrag van € 126.000,00 exclusief btw, onder de voorwaarde dat die door hem gestelde afspraak niet komt vast te staan. Dat bedrag bestaat uit € 9.600,00 wegens door hem betaalde dagelijkse boodschappen, een vergoeding van € 100.800,00 exclusief btw voor de door hem verrichte werkzaamheden in de woning, een vergoeding van € 2.400,00 exclusief btw voor door hem verrichte werkzaamheden in een andere woning van [eis.1conv./ged.1reconv.] en een bedrag van € 13.200,00 wegens door hem gedane betalingen ten behoeve van de verbouwing van de woning. Ingeval dat bedrag in conventie niet voor verrekening in aanmerking zou komen, vordert [ged.conv./eis.reconv.] betaling daarvan.
3.6. [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] voeren verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
in conventie
4.1. Partijen zijn het er niet over eens welke afspraak zij hebben gemaakt met betrekking tot hypothecaire lasten en de overige lasten met betrekking tot de woning. Zoals onder 3.2 is weergegeven, stellen [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] dat partijen met elkaar zijn overeengekomen dat dat de hypothecaire lasten, de overige vaste lasten betreffende de woning en de kosten van de verbouwing voor de helft door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] en voor de helft door [ged.conv./eis.reconv.] zouden worden betaald en dat uit de inkomsten van [naam bedrijf] de huishoudkosten en de kosten van de nutsvoorzieningen zouden worden betaald, hetgeen [ged.conv./eis.reconv.] betwist.
Ten aanzien van de bewijslastverdeling overweegt de rechtbank het volgende. De door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] gestelde overeenkomst is voor wat betreft de hypothecaire lasten, waarvoor partijen hoofdelijk aansprakelijk zijn jegens de Rabobank, overeenkomstig de wettelijke regel van artikel 6:10 Burgerlijk Wetboek (BW), waarvan leden 1 en 2 luiden:
1. Hoofdelijke schuldenaren zijn, ieder voor het gedeelte van de schuld die hem in hun onderlinge verhouding aangaat, verplicht overeenkomstig de volgende leden in de schuld en in de kosten bij te dragen.
2. De verplichting tot bijdragen in de schuld die ten laste van een der hoofdelijke schuldenaren wordt gedelgd voor meer dan het gedeelte dat hem aangaat, komt op iedere medeschuldenaar te rusten voor het bedrag van dit meerdere, telkens tot ten hoogste het gedeelte van de schuld dat de medeschuldenaar aangaat.
Immers, partijen zijn elk voor de onverdeelde helft eigenaar van de woning. In hun onderlinge verhouding gaat de hypothecaire schuld dan ook [eis.1conv./ged.1reconv.] en [ged.conv./eis.reconv.] voor de helft en [ged.conv./eis.reconv.] voor de helft aan. Dit heeft echter niet tot gevolg dat de bewijslast op [ged.conv./eis.reconv.] rust, reeds niet omdat de overeenkomst, die als één geheel moet worden beschouwd, ook op andere kosten betrekking heeft en waarop die wettelijke regel geen betrekking heeft. Bovendien is gesteld noch gebleken dat partijen zich ooit conform de door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] gestelde afspraak hebben gedragen. De bewijslast ten aanzien van de door hen gestelde overeenkomst rust dan ook overeenkomstig de hoofdregel van artikel 150 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.) op [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.].
Dat bewijs zal hen worden opgedragen.
4.2. Het enkele feit dat [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] op zeker moment de woning hebben verlaten, betekent niet en zeker niet zonder meer dat de hypothecaire lasten en de overige vaste lasten die betrekking hebben op de periode nadien, hen niet aangaan. [ged.conv./eis.reconv.] voert echter aan dat hem de toegang tot de woning is geweigerd. Op dit verweer zal de rechtbank oordelen na de bewijslevering.
4.3. Ten aanzien van de kosten, waarvan volgens [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] betaling ten behoeve van [ged.conv./eis.reconv.] in privé heeft plaatsgevonden (loodshuur, telefoonkosten, verzekeringen en belastingen) en [ged.conv./eis.reconv.] de verschuldigdheid heeft betwist, rust de bewijslast van de stelling dat het dergelijke kosten betrof, overeenkomstig de hoofdregel van artikel 150 Rv. eveneens op [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.]. Dat bewijs zal hen worden opgedragen.
4.4. Volgens artikel 6:136 BW kan de rechter een verbintenis ondanks een beroep van de gedaagde op verrekening toewijzen, indien de gegrondheid van dit verweer niet op eenvoudige wijze is vast te stellen en de vordering overigens voor toewijzing vatbaar is. Indien de vordering voor toewijzing vatbaar zou zijn, doet deze situatie zich voor. Het beroep op verrekening wordt dan ook verworpen.
in reconventie
4.5. Met betrekking tot de vordering tot afgifte van de zaken voeren [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] het verweer dat zij geen zaken van [ged.conv./eis.reconv.] onder zich hebben. Zij motiveren dit als volgt: [ged.conv./eis.reconv.] heeft zijn spullen, behoudens een hondenmand en twee lampen, reeds opgehaald en [naam bedrijf] is een eenmanszaak van [eis.2conv./ged.2reconv.], zodat de spullen van [naam bedrijf] van haar zijn.
4.6. De vordering tot afgifte zal voor wat betreft een hondenmand en twee lampen toewijsbaar zijn. Ten aanzien van de overige zaken waarvan hij afgifte vordert, zal [ged.conv./eis.reconv.], overeenkomstig de hoofdregel van artikel 150 Rv., dienen te bewijzen dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] die onder zich hebben en dat hij de eigenaar is van die zaken. Dat bewijs zal hem worden opgedragen.
4.7. De vordering tot betaling van € 126.000,00 stelt [ged.conv./eis.reconv.] in onder de voorwaarde dat de door hem gestelde afspraak niet komt vast te staan. De rechtbank stelt vast dat de door [ged.conv./eis.reconv.] gestelde afspraak die [ged.conv./eis.reconv.] aan zijn vordering ten grondslag legt – de afspraak dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] de hypotheeklasten zouden voldoen en [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] de kosten van levensonderhoud en van de verbouwing – nimmer tot de toewijzing van de vordering zal kunnen leiden. Die vordering betreft immers de verbouwingskosten die volgens die gestelde afspraak nu juist door [ged.conv./eis.reconv.] en [betrokkene1] gedragen zouden worden.
Gezien het vorenstaande heeft [ged.conv./eis.reconv.] er geen belang bij tot het bewijs van die stelling te worden toegelaten. De door [ged.conv./eis.reconv.] gestelde afspraak komt aldus niet vast te staan, zodat de vordering onvoorwaardelijk van karakter wordt.
4.8. Indien [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] zouden slagen in het onder 4.1 bedoelde bewijs, volgt daaruit dat de kosten van de verbouwing voor de helft door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] en voor de helft door [ged.conv./eis.reconv.] zouden worden betaald. Wat die kosten zijn, zal in dat geval nader dienen te worden vastgesteld.
Indien [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] niet zouden slagen in dat bewijs, ontbreekt een rechtsgrond voor de vordering tot betaling van € 126.000,00. Deze vordering zal in dat geval worden afgewezen.
4.9. Uit de stellingen van [ged.conv./eis.reconv.] begrijpt de rechtbank dat de werkzaamheden die volgens hem zijn verricht in een andere woning van [eis.1conv./ged.1reconv.], ook onder de afspraak vielen, zodat deze op gelijke wijze als de overige werkzaamheden en kosten dienen te worden beoordeeld.
in conventie en in reconventie
4.10. In totaal zullen dus drie bewijsopdrachten worden gegeven, twee in conventie en een in reconventie. Indien en voor zover partijen bewijs door getuigen willen leveren, ligt het in de rede dat (deels) dezelfde getuigen door partijen zullen worden voorgebracht. Om proces-economische redenen verdient het de voorkeur die getuigen ten aanzien van de verschillende bewijsopdrachten in conventie en in reconventie alsmede in enquête en in contra-enquête zo veel mogelijk op dezelfde zitting te doen horen. De rechtbank verzoekt (advocaten van) partijen hierover in overleg te treden en hierover, in overleg met de griffie van de rechtbank, afspraken te maken.
4.11. Partijen dienen er bij het oproepen van de getuigen rekening mee te houden dat het horen van getuigen die ten aanzien van alle bewijsopdrachten zullen worden gehoord, twee uur per getuige zal kunnen duren.
4.12. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
5. De beslissing
De rechtbank
in conventie
5.1. draagt [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] op te bewijzen
- dat partijen met elkaar zijn overeengekomen dat dat de hypothecaire lasten, de overige vaste lasten betreffende de woning en de kosten van de verbouwing voor de helft door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] en voor de helft door [ged.conv./eis.reconv.] zouden worden betaald en dat uit de inkomsten van [naam bedrijf] de huishoudkosten en de kosten van de nutsvoorzieningen zouden worden betaald,
- dat zij bedragen tot een totaal van € 5.450,50 hebben betaald ten behoeve van [ged.conv./eis.reconv.] in privé ter zake van loodshuur, telefoonkosten, verzekeringen en belastingen,
5.2. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 27 april 2011 voor uitlating door [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] of zij bewijs willen leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
5.3. bepaalt dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.], indien zij geen bewijs door getuigen willen leveren maar wel bewijsstukken willen overleggen, die stukken direct in het geding moeten brengen,
5.4. bepaalt dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.], indien zij getuigen willen laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten op woensdagen en donderdagen in de maanden mei tot en met juli 2011 direct moeten opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
5.5. bepaalt dat dit getuigenverhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van mr. O. Nijhuis in het paleis van justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4,
5.6. bepaalt dat alle partijen uiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor alle beschikbare bewijsstukken aan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,
in reconventie
5.7. draagt [ged.conv./eis.reconv.] op te bewijzen dat [eis.1conv./ged.1reconv.] en [eis.2conv./ged.2reconv.] de zaken waarvan hij afgifte vordert, met uitzondering van een hondenmand en twee lampen, onder zich hebben en dat hij de eigenaar is van die zaken,
5.8. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 27 april 2011 voor uitlating door [ged.conv./eis.reconv.] of hij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
5.9. bepaalt dat [ged.conv./eis.reconv.], indien hij geen bewijs door getuigen wil leveren maar wel bewijsstukken wil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
5.10. bepaalt dat [ged.conv./eis.reconv.], indien hij getuigen wil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten op woensdagen en donderdagen in de maanden mei tot en met juli 2011 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
5.11. bepaalt dat dit getuigenverhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van mr. O. Nijhuis in het paleis van justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4,
5.12. bepaalt dat alle partijen uiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor alle beschikbare bewijsstukken aan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen
in conventie en in reconventie
5.13. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en in het openbaar uitgesproken op 13 april 2011.