ECLI:NL:RBARN:2011:BQ3203
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.P.M. Kester-Bik
- L. van Gijn
- J.J. Catsburg
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter mr. P.C. Quak in strafzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 18 april 2011 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoeker, wonende te Zeist, tegen de rechter mr. P.C. Quak. Het wrakingsverzoek was ingediend in het kader van een strafzaak met parketnummer 16/440712-10, waarin de verzoeker als verdachte was aangemerkt. De verzoeker stelde dat mr. Quak partijdig was omdat hij weigerde de zaak te verwijzen naar de meervoudige kamer, wat de verzoeker als een schending van zijn recht op een eerlijke rechtsgang beschouwde.
De rechtbank heeft het wrakingsverzoek afgewezen, omdat de afwijzing van het verzoek tot verwijzing naar de meervoudige kamer een inhoudelijke beslissing van mr. Quak betreft. De rechtbank oordeelde dat de juistheid van deze beslissing niet ter beoordeling aan de wrakingskamer voorligt. De rechtbank benadrukte dat wraking van een rechter alleen mogelijk is op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. De verzoeker had geen concrete feiten of omstandigheden aangevoerd die objectief gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid zouden kunnen onderbouwen.
De rechtbank concludeerde dat het enkele feit dat mr. Quak afwijzend op het verzoek van de verzoeker had beslist, niet voldoende was om te concluderen dat er sprake was van vooringenomenheid. De officier van justitie, mr. J.G. Kolkman, was aanwezig bij de mondelinge behandeling, maar de verzoeker zelf was niet verschenen. De rechtbank heeft de beschikking op schrift gesteld op 27 april 2011 en uitgesproken in het openbaar. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.