ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
16 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
186739
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van besluiten van de algemene vergadering van aandeelhouders van Mens & Werk Beheer B.V. wegens nietigheid van de oproeping

In deze zaak vorderde eiseres, aandeelhouder van Mens & Werk Beheer B.V., de vernietiging van besluiten die op de algemene vergadering van aandeelhouders op 21 augustus 2008 waren genomen, waaronder het verlenen van décharge aan het bestuur en de vaststelling van de jaarrekening 2006. Eiseres stelde dat de oproeping voor deze vergadering nietig was, omdat deze niet door het bestuur, maar door een onbevoegde externe accountant was gedaan. De rechtbank oordeelde dat de statuten van Mens & Werk Beheer B.V. bepaalden dat de oproeping voor de algemene vergadering door het bestuur diende te geschieden. Aangezien de oproeping niet door het bestuur was gedaan, was deze nietig, wat leidde tot de vernietigbaarheid van de genomen besluiten.

De rechtbank concludeerde dat de nietigheid van de oproeping in beginsel leidde tot de vernietiging van de besluiten die op de vergadering waren genomen. De vordering van eiseres werd toegewezen, en de rechtbank gebiedde Mens & Werk Beheer om de vernietiging van de besluiten te registreren in het handelsregister. Tevens werd een dwangsom opgelegd voor het geval Mens & Werk Beheer hieraan niet zou voldoen. De proceskosten werden aan de zijde van eiseres begroot op € 1.703,98, en Mens & Werk Beheer werd veroordeeld in deze kosten. Het vonnis werd uitgesproken op 16 februari 2011 door mr. J.D.A. den Tonkelaar.

Uitspraak

Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 186739 / HA ZA 09-1197
Vonnis van 16 februari 2011
in de zaak van
[eiseres]
wonende te [woonplaats]
eiseres,
advocaat mr. E.C.N. Amory te Nijmegen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MENS & WERK BEHEER B.V.,
gevestigd te Nijmegen,
gedaagde,
advocaat mr. C.W. Reintjes te Duiven,
en
[gevoegde partij],
wonende te Boxmeer,
gevoegde partij,
advocaat mr. C.W. Reintjes te Duiven.
Partijen zullen hierna [eiseres], Mens & Werk Beheer en [gevoegde partij] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 13 oktober 2010
- het proces-verbaal van comparitie van 2 februari 2011.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [eiseres] en [gevoegde partij] zijn in 2008 ieder voor 50% aandeelhouder van Mens & Werk Beheer en tevens zijn zij de bestuurders van haar. De statuten van Mens & Werk Beheer bepalen dat de oproeping voor algemene vergaderingen van aandeelhouders geschiedt door het bestuur.
2.2. Bij verzoekschrift van 27 juni 2008 verzoekt [eiseres] de Ondernemingskamer van het Hof te Amsterdam een onderzoek te bevelen naar het door [gevoegde partij] bij Mens & Werk Beheer gevoerde beleid en naar de gang van zaken bij Mens & Werk Beheer in de periode vanaf 2003.
2.3. Bij op 1 augustus 2008 gedateerde, door [betrokkene1] ondertekende uitnodiging worden [eiseres] en [gevoegde partij] uitgenodigd voor het houden van een algemene vergadering van aandeelhouders van Mens & Werk Beheer op 21 augustus 2008 om 10.30 uur te Nijmegen. [betrokkene1] is de externe accountant van Mens & Werk Beheer. In de uitnodiging is de agenda opgenomen, die onder meer vaststelling van de jaarrekening 2006 en het verlenen van décharge aan het bestuur voor het gevoerde beleid in 2006 bevat.
2.4. Bij brief van 18 augustus 2008 laat de advocaat van [eiseres] aan [betrokkene1] weten dat de door haar op 9 augustus 2008 ontvangen uitnodiging voor de algemene vergadering van aandeelhouders op 21 augustus 2008 niet gezien wordt als een geldige uitnodiging voor een algemene vergadering. Er kunnen dan ook, zo wordt meegedeeld, op de vergadering geen geldige besluiten worden genomen. Dit bericht wordt herhaald bij fax van 19 augustus 2008. Er komt geen reactie.
2.5. Bij beschikking van 19 november 2008 beveelt de Ondernemingskamer het onderzoek waarom verzocht is. Gelijktijdig schorst zij [eiseres] en [gevoegde partij] als bestuurders en op 5 december 2008 benoemt zij mr O.J.H.M. van Eijndhoven tot bestuurder voor de duur van het geding en mr H.C. den Hollander tot enquêteur.
2.6. [eiseres] hoort van Van Eijndhoven dat op 21 augustus 2008 een algemene vergadering is gehouden.
3. Het geschil
3.1. [eiseres] vordert – samengevat – vernietiging van alle op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Mens & Werk Beheer op 21 augustus 2008 genomen besluiten, waaronder de besluiten tot het verlenen van décharge aan het bestuur voor 2006 en tot het vaststellen van de jaarrekening 2006, met gebod aan Mens & Werk Beheer om de vernietiging te laten registreren in de registers van de Kamer van Koophandel, een en ander op verbeurte van een dwangsom en vermeerderd met rente en kosten.
3.2. Zij stelt dat de oproeping van 1 augustus 2008 (2.3) niet overeenkomstig art. 2:109 Burgerlijk Wetboek (BW) door het bestuur, maar door de externe accountant van Mens & Werk Beheer, heeft plaatsgevonden. Nietigheid van de oproep leidt tot vernietigbaarheid van de ter vergadering genomen besluiten, stelt zij.
3.3. Mens & Werk Beheer voert verweer en [gevoegde partij] heeft zich daarbij gevoegd. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. De statuten van Mens & Werk Beheer zwijgen over de bevoegdheid tot het bijeenroepen van de algemene vergadering van aandeelhouders zoals bedoeld in art. 22.2 van haar statuten, de vergadering waar onder meer de jaarrekening en décharge van het bestuur aan de orde zijn. Andere algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, zo vermeldt art. 22.4 van de statuten. Dit betekent dat voor de vergadering bedoeld in art. 22.2 van de statuten de wettelijke hoofdregel geldt (art. 2:109 Burgerlijk Wetboek), dat de bijeenroeping geschiedt door het bestuur of de raad van commissarissen.
4.2. De agenda voor de vergadering van 21 augustus 2008 (2.3 hierboven) bevat punten die art. 22.2 van de statuten noemen en verwijst expliciet naar dit artikel.
4.3. Uit het voorgaande volgt dat de oproeping voor de algemene vergadering van 21 augustus 2008 diende te geschieden door het bestuur.
4.4. Volgens [eiseres] is de oproeping niet door het bestuur geschied, maar door de daartoe onbevoegde [betrokkene1], zodat de oproeping nietig is. De conclusie dat bij oproeping door een onbevoegde de oproeping nietig is, is juist. Onder de vernietigbaarheid bedoeld in art. 2:15 lid 1 sub a BW, valt immers niet het onbevoegd nemen van besluiten. Dit leidt tot nietigheid van het besluit (MvT, II, 17 725, nrs 1-3, p. 60,61).
4.5. Volgens Mens & Werk Beheer en [gevoegde partij] echter is er geen sprake van oproeping door een onbevoegde. Zij wijzen op art. 17 van de statuten. Dit legt de vertegenwoordigingsbevoegdheid bij het bestuur en bij iedere bestuurder met de tittel algemeen directeur, die door de algemene vergadering van aandeelhouders aan een bestuurder kan worden toegekend (art. 16.3 van de statuten). Zij stellen dat [gevoegde partij] ten tijde van de oproeping algemeen directeur was en als zodanig naast het bestuur zelfstandig bevoegd tot vertegenwoordiging. Hij kon dus via zijn gevolmachtigde [betrokkene1], een algemene vergadering bijeen roepen.
4.6. Dit standpunt verwerpt de rechtbank. Bij het bijeenroepen van een algemene vergadering is er sprake van een intern werkende rechtshandeling en niet van vertegenwoordiging van de rechtspersoon. Daargelaten dus of [gevoegde partij] algemeen directeur was, strandt dit betoog van Mens & Werk Beheer en [gevoegde partij] op het gegeven dat het niet om vertegenwoordiging van de rechtspersoon gaat.
4.7. Ook de stelling dat als [gevoegde partij] al niet zelfstandig tot vertegenwoordiging bevoegd was, de bevoegdheid hem door [eiseres] was gedelegeerd, wordt op de hiervoor vermelde grond – het gaat niet om vertegenwoordiging – verworpen.
4.8. Van verder gaande strekking is het verweer dat [eiseres] en [gevoegde partij] eertijds samen mondeling plachten te besluiten tot het houden van een algemene vergadering en deze gewoonte later hebben omgezet in instemming met een door [betrokkene1] ondertekende, schriftelijke oproep.
4.9. Ook door deze feitelijke gang van zaken echter is, naar het oordeel van de rechtbank, geen bevoegdheid tot oproeping bij [gevoegde partij] of een door hem gevolmachtigde komen te liggen. Daargelaten dat het nog maar de vraag is of de oproepingsbevoegdheid door het bestuur kan worden overgelaten aan een derde, is er immers bij die eerdere gewoonten geen sprake van delegatie aan [gevoegde partij]. In wezen ging het om afspraken tussen de bestuurders-aandeelhouders om te gaan vergaderen. Deze vergaderingen werden kennelijk soms op zeer korte termijn door het bestuur, Jola en [gevoegde partij], belegd. Daarmee zou de afspraak vernietigbaar zijn in verband met de statutaire termijn voor oproeping. Deze vernietigbaarheid werd echter gedekt door de instemming van beide aandeelhouders, Jola en [gevoegde partij], met de vergadering, die stilzwijgende bekrachtiging van de oproep meebracht. In alle onder 4.8 bedoelde situaties ging het initiatief om een algemene vergadering te houden, van het bestuur uit, niet van [gevoegde partij] alleen.
4.10. De slotsom is dat de oproeping bij brief voor een vergadering op 21 augustus 2008 nietig was. De vraag of ze op tijd kwam, behoeft gelet op het voorgaande, geen behandeling.
4.11. Mens & Werk Beheer en [gevoegde partij] stellen dat het doel van [eiseres] bij de weigering aan de vergadering deel te nemen was het houden van algemene vergaderingen van aandeelhouders te frustreren met het oog op haar enquêteverzoek aan de Ondernemingskamer. Dit mag zo zijn of niet, het doet niet af aan de hierboven vastgestelde nietigheid van de oproep.
4.12. In het verlengde hiervan werpen Mens & Werk Beheer en [gevoegde partij] op dat [eiseres] geen belang bij de onderhavige vordering tot vernietiging heeft. Dit betoog verwerpt de rechtbank omdat het, mede gelet op het onderzoek door de Ondernemingskamer, van belang is dat komt vast te staan of de algemene vergadering van aandeelhouders de jaarrekening 2006 heeft vastgesteld en décharge heeft verleend voor het in 2006 door het bestuur gevoerde beleid.
4.13. De nietigheid van de oproeping leidt in beginsel tot vernietigbaarheid van de op 21 augustus 2008 genomen besluiten wegens strijd met de wettelijke en statutaire bepalingen die het tot stand komen van besluiten regelen (art. 2:15 lid 1 BW).
4.14. [eiseres] vordert vernietiging van alle op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Mens & Werk Beheer op 21 augustus 2008 genomen besluiten. De rechtbank kan niet meer besluiten vernietigen dan die haar ter kennis zijn gebracht. Dit zijn, blijkens de dagvaarding de besluiten tot het verlenen van décharge aan het bestuur voor 2006 en tot het vaststellen van de jaarrekening 2006.
4.15. De vordering die is gericht op een gebod aan Mens & Werk Beheer om de vernietiging te laten registreren in de registers van de Kamer van Koophandel, is gelet op het feit dat erkend is dat de jaarrekening 2006 van Mens & Werk Beheer ongeclausuleerd is neergelegd bij het handelsregister, toewijsbaar.
4.16. De rechtbank zal zoals gevorderd aan de verplichting tot nakoming van dit gebod een dwangsom verbinden, tot het hierna te noemen maximum.
4.17. Mens & Werk Beheer zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres] worden met inbegrip van die van het vrijwaringsincident begroot op:
- dagvaarding € 85,98
- vast recht 262,00
- salaris advocaat 1.356,00 (3,0 punten, tarief € 452,00)
Totaal € 1.703,98
5. De beslissing
De rechtbank
5.1. vernietigt de hierboven onder 2.3 en 2.8 bedoelde, op 21 augustus 2008 genomen besluiten tot vaststelling van de jaarrekening 2006 van Mens & Werk Beheer en het verlenen van décharge aan het bestuur van Mens & Werk Beheer voor het gevoerde beleid in 2006,
5.2. gebiedt Mens & Werk Beheer de onder 5.1 uitgesproken vernietiging te laten registreren in het handelsregister binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis,
5.3. bepaalt dat Mens & Werk Beheer voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij in strijd handelt met het onder 5.2 bepaalde, aan [eiseres] een dwangsom verbeurt van € 500,00, tot een maximum van € 10.000,00,
5.4. veroordeelt Mens & Werk Beheer in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] tot op heden begroot op € 1.703,98,
5.5. verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.1, 5.2, 5.3 en 5.4 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad,
5.6. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.D.A. den Tonkelaar en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2011.