ECLI:NL:RBARN:2010:BR4697
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van ontslag en eindafrekening in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 7 december 2010 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure met registratienummer AWB 09/5111. Eiser, wonende te [woonplaats], had verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar, verzocht om een eindafrekening na zijn ontslag. Eiser was van mening dat de eindafrekening onjuist was, omdat verweerder zich had gebaseerd op artikel 6:2:3 van de Zevenaarse arbeidsvoorwaardenregeling (ZAR) en daarbij niet alle verlofuren had meegenomen die hij had opgebouwd tijdens zijn ziekte. Eiser stelde dat hij ook over de periode van 25 juli 2006 tot 13 februari 2008 verlof had opgebouwd, wat nog niet was uitbetaald.
De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard en het bestreden besluit van verweerder vernietigd. De rechtbank oordeelde dat het besluit van 29 mei 2009, waarin verweerder aan eiser een bedrag voor openstaande verlofuren had toegekend, niet in stand kon blijven. Dit kwam voort uit de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarin het door verweerder verleende ontslag van eiser was vernietigd. De rechtbank heeft vervolgens het primaire besluit herroepen en bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit.
De rechtbank heeft ook geoordeeld dat er geen proceskosten zijn gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen, en dat de reiskosten van eiser al waren toegekend in een eerdere uitspraak. De uitspraak is gedaan door mr. E.M. Vermeulen, rechter, en mr. P.A.C. Modderman, griffier, en is openbaar uitgesproken op 7 december 2010. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden binnen zes weken hoger beroep open bij de Centrale Raad van Beroep.