ECLI:NL:RBARN:2009:BK1093

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
30 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
170542
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewijslevering in geschil over betaling voor klimaatmachine tussen DME en Funghi

In deze civiele zaak, uitgesproken door de Rechtbank Arnhem op 30 september 2009, staat de vraag centraal of de gedaagde, Ditta Individuale Azienda Agricola Funghi d'Abruzzo, kan bewijzen dat zij een bedrag van EUR 10.000,00 heeft betaald aan de eiseres, Dutch Mushroom Equipment B.V., voor de aankoop van een klimaatmachine. De rechtbank heeft eerder een tussenvonnis uitgesproken op 25 maart 2009, waarin de gedaagde werd opgedragen om bewijsstukken over te leggen. Funghi heeft een verklaring van haar bank, Carispaq, en een verklaring van KBC Bank overgelegd, maar deze zijn in het Italiaans opgesteld. De eiseres, DME, betwist de authenticiteit van deze documenten en stelt dat de stukken niet in het Nederlands zijn vertaald, waardoor ze niet als bewijs kunnen dienen. De rechtbank oordeelt dat bewijs door alle middelen kan worden geleverd, ook door niet-vertaalde documenten, en gaat voorlopig uit van de authenticiteit van de overgelegde stukken. Echter, de rechtbank kan niet vaststellen dat het bedrag van EUR 10.000,00 daadwerkelijk aan DME is betaald, omdat de naam van DME niet in de verklaringen voorkomt. De rechtbank draagt Funghi op om verder bewijs te leveren dat zij het bedrag aan DME heeft betaald of aan iemand die namens DME handelde. De zaak wordt aangehouden voor nadere bewijslevering en getuigenverhoren zijn gepland voor 5 januari 2010.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 170542 / HA ZA 08-909
Vonnis van 30 september 2009
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DUTCH MUSHROOM EQUIPMENT B.V.,
gevestigd te Broekhuizenvorst, gemeente Horst aan de Maas,
eiseres,
advocaat mr. W.A.J. Hagen te Arnhem,
tegen
de vennootschap naar Italiaans recht
DITTA INDIVIDUALE AZIENDA AGRICOLA FUNGHI D'ABRUZZO,
gevestigd te Canistro, Italië,
gedaagde,
advocaat mr. M. Harte te Terneuzen.
Partijen zullen hierna DME en Funghi genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 25 maart 2009 (hierna te noemen: het tussenvonnis)
- de akte na tussenvonnis van Funghi
- de akte overlegging productie van Funghi
- de antwoordakte na tussenvonnis tevens houdende antwoordakte na overlegging productie van DME.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De verdere beoordeling
2.1. In het tussenvonnis is de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een akte door Funghi over hetgeen was vermeld in r.o. 4.10 van dat tussenvonnis. Aldus werd aan Funghi gelegenheid geboden om de door haar genoemde verklaring van de bank inhoudende dat een cheque van EUR 10.000,00 daadwerkelijk was uitgekeerd aan [directeur van DME], de directeur van DME, in het geding te brengen.
De rechtbank blijft bij hetgeen zij in dit tussenvonnis heeft overwogen.
2.2. Funghi heeft bij akte een verklaring overgelegd van haar bank (Carispaq) met als bijlage, zoals zij stelt, een orderbevestiging van de betaling. Beide stukken zijn evenwel opgesteld in het Italiaans.
Daarnaast heeft Funghi een verklaring overgelegd van KBC Bank van 7 juli 2009 met de volgende inhoud:
Wij bevestigen u dat de cheque 1003954130 t.b.v. 10.000,00 EUR aangeboden werd door de heer [directeur van DME] [voornaam], dit als volmachtdrager (§zaakvoerder) van de vennootschap H.P.M. Handel in Prefab-Materialen.
2.3. Bij antwoordakte heeft DME met betrekking tot de overgelegde stukken in de eerste plaats gesteld dat partijen in het Nederlands dienen te procederen en dat de vordering anders als onweersproken dient te worden toegewezen. Volgens haar kan de overgelegde verklaring van Carispaq, nu die niet is vertaald, niet bijdragen tot bewijs.
In de tweede plaats heeft DME de authenticiteit van de overgelegde stukken betwist.
Tenslotte heeft zij opgemerkt dat, voor zover de rechtbank de stukken wel als authentiek aanmerkt, de inhoud ervan onvoldoende is om Funghi in haar bewijsopdracht te laten slagen. Meer in het bijzonder heeft zij in dit verband naar voren gebracht dat uit de verklaring van KBC Bank volgt dat de cheque niet door of namens DME is geïncasseerd.
2.4. Hieromtrent geldt het volgende.
Voorop staat dat er geen sprake is van een verweer dat niet in de Nederlandse taal is geformuleerd. Tussen partijen is in het Nederlands geprocedeerd. De door DME geciteerde jurisprudentie is daarom reeds niet relevant. In het onderhavige geval gaat het om bewijsmiddelen die in het Italiaans zijn opgesteld. Bewijs kan door alle middelen worden geleverd, derhalve ook door schriftelijke stukken die niet in het Nederlands zijn vertaald. De rechter is vrij in de waardering daarvan.
Vooralsnog gaat de rechtbank uit van de authenticiteit van de overgelegde stukken. Funghi heeft aangegeven dat het origineel in het bezit is van haar raadsman. De rechtbank heeft geen reden om daar aan te twijfelen.
Uit de in het Italiaans opgestelde stukken kan ook zonder vertaling worden afgeleid dat Carispaq een verklaring heeft afgelegd over een bedrag van EUR 10.000,00 en over [directeur van DME]. De naam van DME komt echter in deze verklaring niet voor. DME komt evenmin voor in de verklaring van KBC Bank. Uit deze verklaring blijkt met zoveel woorden juist dat de cheque ten bedrage van EUR 10.000,00 is aangeboden door de heer [directeur van DME] als volmachtgever of zaakvoerder van een andere vennootschap, te weten H.P.M. Handel in Prefab-Materialen. Niet duidelijk is wat de relatie is tussen H.P.M. Handel in Prefab-Materialen en DME.
Op basis van de overgelegde stukken kan dan ook nog niet als vaststaand worden aangenomen dat Funghi ter zake van de aankoop van de klimaatinstallatie een bedrag van EUR 10.000,00 per cheque aan DME heeft betaald.
2.5. Ten overvloede wordt opgemerkt dat uit de stukken ook niet zonder meer kan worden afgeleid, zoals DME lijkt te veronderstellen, dat Funghi geen bedrag van EUR 10.000,00 aan DME ter zake van de koop van de klimaatinstallatie heeft betaald. Uit de stukken blijkt in elk geval dat er een bedrag van EUR 10.000,00 is betaald aan [directeur van DME]. Zoals hiervoor al is overwogen is niet duidelijk gemaakt wat de relatie is tussen DME en H.P.M. Handel in Prefab-Materialen, hetgeen op de weg van DME lag. [directeur van DME] is immers haar bestuurder en [directeur van DME] treedt blijkbaar op als de zaakwaarnemer van beide vennootschappen. DME heeft ook nagelaten om een schriftelijk stuk over te leggen, bijvoorbeeld een overzicht van betalingen op haar bankrekening in de desbetreffende periode, waaruit blijkt dat het bedrag van EUR 10.000,00 niet aan haar ten goede is gekomen. In het tussenvonnis is daar wel om verzocht. Aldus kan niet worden uitgesloten dat het bedrag van EUR 10.000,00 dat aan [directeur van DME] is uitgekeerd, aan DME is (door)betaald.
2.6. Nadere bewijslevering door Funghi is nodig. Aan Funghi zal worden opgedragen te bewijzen dat zij ter zake van de koop van de klimaatmachine een bedrag van EUR 10.000,00 per cheque heeft betaald aan DME dan wel aan een persoon van wie zij redelijkerwijs mocht aannemen dat deze handelde namens DME.
2.7. In het tussenvonnis is al aangegeven hoe verder zal worden beslist indien al dan niet komt vast te staan dat er een betaling van EUR 10.000,00 door Funghi aan DME heeft plaatsgevonden.
2.8. Bij het oproepen van de getuigen moet er rekening mee worden gehouden dat het verhoor van een getuige gemiddeld 60 minuten duurt. De namen en woonplaatsen van de getuigen en de tijdstippen waartegen zij zijn opgeroepen, dienen ten minste een week voor het verhoor aan de wederpartij en aan de griffier van de rechtbank te worden opgegeven.
2.9. Partijen moeten er op voorbereid zijn dat de rechtbank op een zitting bepaald voor de getuigenverhoren een mondeling tussenvonnis kan wijzen waarbij een verschijning van partijen op diezelfde zitting wordt bevolen om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Zij moeten daarom in persoon op de getuigenverhoren verschijnen. Een rechtspersoon moet ter zitting vertegenwoordigd zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en bevoegd is tot vertegenwoordiging.
2.10. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
3. De beslissing
De rechtbank
3.1. draagt Funghi op te bewijzen dat zij ter zake van de koop van de klimaatmachine een bedrag van EUR 10.000,00 per cheque heeft betaald aan DME dan wel aan een persoon van wie zij redelijkerwijs mocht aannemen dat deze handelde namens DME,
3.2. bepaalt dat, indien Funghi het bewijs door middel van getuigen wil leveren, het getuigenverhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van mr. D.T. Boks in het paleis van justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4 op 5 januari 2010 van 13:00 tot 17:00 uur,
3.3. bepaalt dat Funghi binnen twee weken na de datum van dit vonnis schriftelijk aan de rechtbank -ter attentie van de enquêtegriffie van de sector civiel (e-mail: rc.civiel.rb.arnhem@rechtspraak.nl)- en aan de wederpartij moet berichten of hij bewijs door getuigen wil leveren en zo ja, onder opgave van het aantal en de namen van de te horen getuigen.
3.4. bepaalt dat de partij die op genoemd tijdstip niet kan verschijnen, binnen twee weken na de datum van dit vonnis schriftelijk en gemotiveerd aan de rechtbank -ter attentie van de enquêtegriffie van de sector civiel (e-mail: rc.civiel.rb.arnhem@rechtspraak.nl)
- om een nadere dag- en uurbepaling dient te vragen onder opgave van het aantal en de namen van de te horen getuigen en de verhinderdata van alle partijen in de drie maanden volgend op genoemde datum,
3.5. bepaalt dat alle partijen uiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor alle bewijsstukken die zij nog in het geding willen brengen aan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,
3.6. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.T. Boks en in het openbaar uitgesproken op 30 september 2009.