ECLI:NL:RBARN:2009:BI6704
Rechtbank Arnhem
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot ontruiming van huurwoning wegens geluidsoverlast
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 29 april 2009 uitspraak gedaan in een kort geding waarin de verhuurder, Stichting Woonstede, een vordering heeft ingesteld tot ontruiming van een flatwoning door de huurster, [gedaagde partij], vanwege geluidsoverlast. De huurster, een moeder van twee jonge kinderen, was gedwongen verhuisd naar de huidige flat vanwege de voorgenomen sloop van haar vorige woning. De verhuurder stelde dat de huurster zich niet aan de verplichtingen uit de huurovereenkomst hield, die onder andere inhielden dat er geen overlast voor omwonenden mocht zijn. De omwonenden hadden herhaaldelijk geklaagd over geluidsoverlast, waaronder schreeuwen, rennen en ruzies, wat leidde tot een verslechtering van hun woongenot.
De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de verhuurder onvoldoende rekening heeft gehouden met de omstandigheden van de huurster en haar kinderen. De rechter benadrukte dat de huurster in een moeilijke situatie verkeerde en dat de klachten van de omwonenden niet voldoende ernstig waren om een ontruiming te rechtvaardigen. De rechter concludeerde dat de verhuurder verantwoordelijk was voor het creëren van een situatie waarin de huurster, die al gedwongen was te verhuizen, nu in een ongeschikte woonomgeving was beland. De vordering tot ontruiming werd afgewezen, en de verhuurder werd veroordeeld in de proceskosten van de huurster.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van de belangen van zowel huurders als verhuurders, vooral in situaties waarin gezinnen met kinderen betrokken zijn. De rechter heeft de verhuurder opgedragen om te zoeken naar een structurele oplossing voor de overlast, waarbij de huurster haar medewerking moet verlenen. Dit vonnis onderstreept de bescherming die de wet biedt aan huurders en de noodzaak voor verhuurders om hun verantwoordelijkheden serieus te nemen.