ECLI:NL:RBARN:2009:BH6794

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
20 maart 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
05/507831-08, 05/508312-08, 05/509566-08, 05/509770-08, 05/507825-08, 05/510112-08, 05/504912-08
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor meerdere diefstallen en drugsbezit met bijzondere voorwaarden

In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 20 maart 2009 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van een reeks (gekwalificeerde) diefstallen, gepleegd samen met zijn toenmalige vriendin, die ook als medeverdachte werd aangemerkt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op verschillende data, waaronder 19 april en 28 mei 2008, betrokken was bij diefstallen van goederen, waaronder velgen, banden en autoradio's, en dat hij ook harddrugs, specifiek amfetamine, in zijn bezit had. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast is de verdachte verplicht om 80 uren werkstraf te verrichten, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien deze niet naar behoren wordt uitgevoerd. De rechtbank heeft ook een bijzondere voorwaarde opgelegd dat de verdachte zich moet houden aan de aanwijzingen van de Reclassering Nederland, inclusief het volgen van een ambulante behandeling indien nodig.

De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij, M. [slachtoffer1], toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot betaling van € 70,00, te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere strafbare feiten, waaronder diefstal door twee of meer verenigde personen en opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De beslissing is gebaseerd op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, en de rechtbank heeft rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn justitiële documentatie en een voorlichtingsrapport van de Reclassering.

Uitspraak

RECHTBANK ARNHEM
Sector strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummer: 05/507831-08, 05/508312-08, 05/509566-08, 05/509770-08, 05/507825-08, 05/510112-08, 05/504912-08 en 05/518623-07 (TUL)
Datum zitting: 6 maart 2009
Datum uitspraak : 20 maart 2009
Tegenspraak
In de zaak van
de officier van justitie in het arrondissement Arnhem
tegen:
naam : [verdachte],
geboren op : [geboortedatum] te [geboorteplaats],
adres : [adres],
plaats : [woonplaats].
Raadsman : mr. O.N.J. Maatje, advocaat te Zaltbommel.
1. De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
parketnummer 05/507831-08:
1.
hij op of omstreeks 19 april 2008 te Tiel tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een tweetal velgen en/of banden, in elk geval
enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan M. [slachtoffer1], in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s);
(incident 1)
parketnummer 05/508312-08:
1.
zij op of omstreeks 10 mei 2008 te Wageningen,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een personenauto
(Suzuki Alto), geparkeerd staande aan de Gravinnestraat aldaar, heeft
weggenomen een autoradio (merk Bomann AR557CD CB), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan G. van [slachtoffer2], in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s), waarbij verdachte en/of
haar mededader(s) de/het weg te nemen goed(eren) onder haar/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking
(verbreken/forceren van de radio-omlijsting in dashbord);
2.
zij op of omstreeks 10 mei 2008 te Wageningen,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
in/uit een pesonenauto (Seat Inca), geparkeerd staande aan de Brinkerweg
aldaar, een autoradio (merk Clarion), in elk geval enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan R.A. [slachtoffer3], in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte en/of haar mededader(s);
3.
hij op of omstreeks 10 mei 2008 te Wageningen,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
aanwezig heeft gehad ongeveer 1,1 gram, in elk geval een hoeveelheid van een
materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in
de bij de Opiumwet behorende lijst I;
parketnummer 05/509566-08:
1.
A. [medeverdachte] op op of omstreeks 12 mei 2008 te Tiel,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een (bedrijfs)auto
(Mercedes, kenteken [nummer]) (onder meer) heeft weggenomen een autoradio
en/of een aantal CD's en/of een telefoonhouder en/of een discman en/of een
(boodschappen)mandje (met inhoud), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan M.M. van de [slachtoffer4], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan die [medeverdachte] en/of verdachte, waarbij die [medeverdachte] die/dat weg te nemen
goed(eren) onder haar bereik heeft gebracht door braak en/of verbreking, te
weten door voornoemde radio en/of telefoonhouder met behulp van een
schroevendraaier los te breken/wrikken,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 12 mei
2008 te Tiel en/of elders in Nederland opzettelijk behulpzaam is geweest en/of
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door voornoemde
[medeverdachte] genoemde schroevendraaier te verschaffen;
parketnummer 05/509770-08:
1.
hij op of omstreeks 28 mei 2008 te Tiel,
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 5,31 gram, in elk geval een
hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een
middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen
krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(incident 5)
2.
hij in of omstreeks de maand mei 2008 te Tiel, althans in Nederland, heeft
verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen een fiets (merk
Giant, type HTX 840), terwijl hij ten tijde van het verwerven of het
voorhanden krijgen van voormeld goed wist dat dit door diefstal in elk geval
door enig misdrijf was verkregen;
(incident 8)
parketnummer 05/507825-08:
1.
hij op of omstreeks 12 mei 2008 te Opheusden, gemeente Neder-Betuwe,
opzettelijk mishandelend een persoon (te weten G.H.A. [slachtoffer5]), (meermalen)
(met een wapenstok/knuppel) heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen
en/of pijn heeft ondervonden;
parketnummer 05/510112-08:
1.
hij in of omstreeks de maand(en) augustus 2007 en/of september 2007 te
Kerk-Avezaath, gemeente Buren, in strijd met artikel 26, lid 1 van de Wet
wapens en munitie (WWM) een wapen van categorie II onder 1, als bedoeld in
artikel 2, lid 1 van de WWM, te weten een lanceerinrichting, zijnde een
onderdeel en/of een hulpstuk dat specifiek bestemd is als afvuurinrichting
voor een antitank(brisantgranaat)raket (M 72) en van wezenlijke aard is (als
bedoeld in artikel 3, lid 1 van de WWM), voorhanden heeft gehad;
2.
hij in of omstreeks de maand(en) augustus 2007 en/of september 2007 te
Kerk-Avezaath, gemeente Buren,
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 0,6 liter, in elk geval een
hoeveelheid van een materiaal bevattende 4-hydroxyboterzuur (GHB), zijnde
4-hydroxyboterzuur een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende
lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die
wet;
parketnummer 05/504912-08:
1.
hij in of omstreeks de periode van 4 april 2007 t/m 25 juni 2007 te Druten,
althans in Nederland, heeft verworven, voorhanden heeft gehad
en/of heeft overgedragen (een of meer koffers inhoudende) een
schroefboormachine en/of een moeraanzetter en/of een decoupeerzaag en/of een
schiethamer, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen
van voormeld(e) goed(eren) wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden,
dat dit/deze door diefstal in elk geval door enig misdrijf was/waren verkregen;
art 417bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
2. Het onderzoek ter terechtzitting
De zaak is op 6 maart 2009 ter terechtzitting onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. O.N.J. Maatje, advocaat te Zaltbommel.
Ter terechtzitting van 6 maart 2009 zijn de zaken van de officier van justitie in het arrondissement Arnhem, onder bovenstaande parketnummers bij afzonderlijke dagvaardingen aanhangig gemaakt, gevoegd.
Als benadeelde partijen hebben zich schriftelijk in het geding gevoegd:
- M. [slachtoffer1] (ten aanzien van het onder parketnummer 05/507831-08 tenlastegelegde)
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het hem onder 2 tenlastegelegde in de zaak met het parketnummer 05/5100112-08 zal worden vrijgesproken. Voorts heeft de officier van justitie geëist dat verdachte ten aanzien van de overige feiten zoals tenlastegelegd onder de parketnummers 05/507831-08, 05/508312-08, 05/509566-08, 05/509770-08, 05/507825-08, 05/510112-08 en 05/504912-08 zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden geheel voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en voorts tot het verrichten van 80 uren werkstraf subsidiair te vervangen door 40 dagen hechtenis met aftrek van de tijd in verzekering doorgebracht.
Ten aanzien van de vordering na voorwaardelijke veroordeling heeft de officier van justitie gevorderd de tenuitvoerlegging van 40 uren werkstraf subsidiair te vervangen door 20 dagen hechtenis die door de politierechter in dit arrondissement op 28 februari 2008 voorwaardelijk is opgelegd.
Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen heeft de officier van justitie gevorderd dat de vordering van M. [slachtoffer1] in zijn geheel, te weten tot een bedrag van € 70,00 zal worden toegewezen en dat er een schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opgelegd wordt tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 1 dag hechtenis. Voorts heeft de officier van justitie gevorderd dat dit bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente.
Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 2 in de zaak met het parketnummer 05/510112-08 is tenlastegelegd. De rechtbank acht eveneens niet bewezen het aan verdachte in de zaak met parketnummer 05/504912-08 tenlastegelegde. De rechtbank zal verdachte hier van vrijspreken.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de feiten zoals tenlastegelegd in de zaak met parketnummer 05/507831-08, 05/508312-08 (feit 1,2,3), 05/509566-08, 05/509770-08 (feit 1,2), 05/507825-08 en 05/510112-08 (feit 1) heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
parketnummer 05/507831-08:
1.
hij op 19 april 2008 te Tiel tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een tweetal velgen en banden, geheel toebehorende aan M. [slachtoffer1];
parketnummer 05/508312-08:
1.
hij op 10 mei 2008 te Wageningen, tezamen en in vereniging met een ander, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening uit een personenauto (Suzuki Alto), geparkeerd staande aan de Gravinnestraat aldaar, heeft weggenomen een autoradio (merk Bomann AR557CD CB), geheel toebehorende aan G. van [slachtoffer2]; waarbij zijn mededader het weg te nemen goed onder haar bereik heeft gebracht door middel van verbreking (verbreken/forceren van de radio-omlijsting in dashbord);
2.
hij op 10 mei 2008 te Wageningen, tezamen en in vereniging met een ander met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
uit een personenauto (Seat Inca), geparkeerd staande aan de Brinkerweg
aldaar, een autoradio (merk Clarion), geheel toebehorende aan R.A. [slachtoffer3];
3.
hij op 10 mei 2008 te Wageningen, tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk
aanwezig heeft gehad ongeveer 1,1 gram, van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
parketnummer 05/509566-08:
1.
A. [medeverdachte] op 12 mei 2008 te Tiel, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een (bedrijfs)auto (Mercedes, kenteken [nummer]) (onder meer) heeft weggenomen een autoradio
en een aantal CD's en een telefoonhouder en een discman en een (boodschappen)mandje (met inhoud), geheel toebehorende aan M.M. van de [slachtoffer4], waarbij die [medeverdachte] die weg te nemen
goederen onder haar bereik heeft gebracht door verbreking, te weten door voornoemde radio en telefoonhouder met behulp van een schroevendraaier los te breken/wrikken,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op 12 mei 2008 te Tiel, middelen heeft verschaft door voornoemde [medeverdachte] genoemde schroevendraaier te verschaffen;
parketnummer 05/509770-08:
1.
hij op 28 mei 2008 te Tiel, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 5,31 gram, van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.
hij in de maand mei 2008 te Tiel, voorhanden heeft gehad een fiets (merk
Giant, type HTX 840), terwijl hij ten tijde van het
voorhanden krijgen van voormeld goed wist dat dit door diefstal was verkregen;
parketnummer 05/507825-08:
1.
hij op 12 mei 2008 te Opheusden, gemeente Neder-Betuwe, opzettelijk mishandelend een persoon (te weten G.H.A. [slachtoffer5]), (meermalen) heeft geslagen, waardoor deze pijn heeft ondervonden;
parketnummer 05/510112-08:
1.
hij in de maand september 2007 te Kerk-Avezaath, gemeente Buren, in strijd met artikel 26, lid 1 van de Wet wapens en munitie (WWM) een wapen van categorie II onder 1, als bedoeld in
artikel 2, lid 1 van de WWM, te weten een lanceerinrichting, zijnde een
onderdeel en/of een hulpstuk dat specifiek bestemd is als afvuurinrichting
voor een antitank(brisantgranaat)raket (M 72) en van wezenlijke aard is (als
bedoeld in artikel 3, lid 1 van de WWM), voorhanden heeft gehad.
Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor de feiten waarop deze betrekking hebben. De bewijsmiddelen zullen worden uitgewerkt in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist en zullen dan in een aan dit vonnis te hechten bijlage worden opgenomen.
4a. De kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
parketnummer 05/507831-08:
t.a.v. feit 1:
Diefstal door twee of meer verenigde personen.
parketnummer 05/508312-08:
t.a.v. feit 1:
Diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder haar bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
t.a.v. feit 2:
Diefstal door twee of meer verenigde personen.
t.a.v. feit 3:
Medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod.
parketnummer 05/509566-08:
Medeplichtigheid aan diefstal met braak.
parketnummer 05/509770-08:
t.a.v. feit 1:
Opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod.
t.a.v. feit 2:
Opzetheling.
parketnummer 05/507825-08:
t.a.v. feit 1:
Mishandeling.
parketnummer 05/510112-08:
t.a.v. feit 1:
Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid van de Wet wapens en munitie.
4b. De strafbaarheid van de feiten
De feiten zijn strafbaar.
5. De strafbaarheid van verdachte
Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel of gedeeltelijk uitsluiten met name ook niet uit na te noemen deskundigenrapportage.
6. De motivering van de sanctie(s)
Bij de beslissing over de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan en voorts de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op de justitiële documentatie betreffende verdachte, gedateerd 28 januari 2009 en een voorlichtingsrapport van de Reclassering Nederland, gedateerd 17 juni 2008, betreffende verdachte.
De rechtbank heeft bij de straftoemeting mede gelet op de navolgende door de officier van justitie - onder toezegging van afzonderlijke strafvervolging terzake te zullen afzien - ad informandum gevoegde zaken welke door verdachte zijn erkend, voorzien van parketnummer 05/507831-08, te weten:
- 18/19 april 2008, Kesteren, Gem. Neder-Betuwe, diefstal (dmv braak/verbreking) van (glasvezel) kabel (incident 2).
- 19 april 2008, Tiel, Gem. Tiel, diefstal van 2 vuilknijpers/papierprikkers (incident 3).
Voorts heeft de rechtbank rekening gehouden met de ad informandum gevoegde zaken welke door verdachte zijn erkend, parketnummer 05/509770-08, te weten:
- 28 mei 2008, Tiel, Gem. Tiel, het dragen van een voorwerp van de categorie IV onder 7º van de WWM.
De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een groot aantal strafbare feiten waaronder het aanwezig hebben van harddrugs en een reeks van (gekwalificeerde) diefstallen, al dan niet gepleegd met zijn medeverdachte [medeverdachte]. Voorts heeft verdachte naar aanleiding van een discussie [slachtoffer5] mishandeld voor zijn woning en gedurende een periode een zogenaamde bazooka in zijn huis aanwezig gehad.
Dergelijke (vermogens)criminaliteit pleegt hinder, schade en ergernis te veroorzaken voor benadeelden daarvan. Ook de samenleving keurt gedrag als dat van verdachte ernstig af. De verdachte heeft door zijn handelen blijk gegeven weinig respect te hebben voor de eigendomsrechten en lichamelijke integriteit van een ander.
De rechtbank heeft bij het bepalen van het soort straf en de hoogte daarvan acht geslagen op de eis van de officier van justitie. Deze heeft ter terechtzitting geëist dat verdachte ter zake van het hem onder 2 tenlastegelegde in de zaak met het parketnummer 05/5100112-08 zal worden vrijgesproken. Voorts heeft de officier van justitie geëist dat verdachte ten aanzien van de overige feiten zoals tenlastegelegd onder de parketnummers 05/507831-08, 05/508312-08, 05/509566-08, 05/509770-08, 05/507825-08, 05/510112-08 en 05/504912-08 zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden geheel voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en voorts tot het verrichten van 80 uren werkstraf subsidiair te vervangen door 40 dagen hechtenis met aftrek van de tijd in verzekering doorgebracht.
De rechtbank acht een straf conform de eis van de officier van justitie gepast en geboden. Daarnaast ziet de rechtbank, gelet op verdachtes persoonlijke omstandigheden, aanleiding aan de voorwaardelijke gevangenisstraf de bijzondere voorwaarde te verbinden dat verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen van de reclassering,
6a. De beoordeling van de vordering na voorwaardelijke veroordeling
Op grond van het verhandelde ter terechtzitting acht de rechtbank de feitelijke grondslag van de vordering van de officier van justitie juist.
De rechtbank zal derhalve de tenuitvoerlegging gelasten van de voorwaardelijke werkstraf die aan verdachte is opgelegd bij vonnis van de politierechter te Arnhem d.d. 28 februari 2008 onder parketnummer 05/518623-07.
6b. De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij M. [slachtoffer1] heeft overeenkomstig het bepaalde in artikel 51b van het Wetboek van Strafvordering opgave gedaan van de inhoud van de vordering, strekkende tot vergoeding van door hem geleden schade tot een bedrag van € 70,00.
Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partij heeft de officier van justitie gevorderd dat de vordering van M. [slachtoffer1] in zijn geheel, te weten tot een bedrag van € 70 zal worden toegewezen en dat er een schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht wordt tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 1 dag hechtenis. Voorts heeft de officier van justitie gevorderd dat dit bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente.
De raadsman van verdachte heeft zich met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partij aangesloten bij het standpunt van de officier van justitie.
De vordering van M. [slachtoffer1] is niet betwist door verdachte en komt de rechtbank gegrond voor. De rechtbank zal de vordering dan ook in haar geheel toewijzen. Voor de toegewezen vordering geldt tevens dat de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel ex art. 36f van het Wetboek van Strafrecht zal toepassen en dus verdachte de verplichting zal opleggen het toegewezen bedrag aan de Staat te betalen ten behoeve van de benadeelde partij te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 19 april 2008. De verdachte is niet meer tot vergoeding gehouden indien en voor zover het gevorderde door zijn mededader is of wordt voldaan.
7. De toegepaste wettelijke bepalingen
De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 14g, 14h, 14i, 14j, 22c, 22d, 27, 47, 48, 57, 63, 91, 300, 310, 311, 416 van het Wetboek van Strafrecht en voorts de artikelen 2, 10, 13 van de Opiumwet en voorts de artikelen 26, 55, 56 van de Wet wapens en munitie.
8. De beslissing
De rechtbank, rechtdoende:
Spreekt verdachte vrij van feit 2 in de zaak met parketnummer 05/510112-08 en van het hem tenlastegelegde in de zaak met parketnummer 05/504912-08.
Verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
Een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden.
Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 (twee) jaren heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit dan wel navolgende bijzondere voorwaarde niet is nagekomen:
Veroordeelde dient zich gedurende de proeftijd te gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die hem door of namens de (stichting) Reclassering Nederland zullen worden gegeven, ook indien dit zal inhouden het volgen van een ambulante behandeling bij Kairos of een andere vergelijkbare instelling, voor zover en voor zolang dat door genoemde instelling nodig wordt geacht.
Geeft opdracht aan de (stichting) Reclassering Nederland om aan veroordeelde bij de naleving van voornoemde voorwaarde hulp en steun te verlenen.
En voorts tot
het verrichten van een werkstraf gedurende 80 (tachtig) uren.
Bepaalt dat deze werkstraf binnen één (1) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden voltooid.
De termijn binnen welke de werkstraf moet worden verricht, wordt verlengd met de tijd dat de veroordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen alsmede met de tijd dat hij ongeoorloofd afwezig is.
Beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast.
Stelt deze vervangende hechtenis vast op 40 (veertig) dagen.
Beveelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht geheel in mindering wordt gebracht, te weten 6 (zes) uren, zijnde 3 (drie) dagen hechtenis.
De beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling
Gelast de tenuitvoerlegging van werkstraf gedurende 40 (veertig) uren, subsidiair te vervangen door 20 (twintig) dagen hechtenis, voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter, d.d. 28 februari 2008, onder parketnummer 05/518623-07.
Bepaalt dat, deze werkstraf binnen één (1) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden voltooid.
Bepaalt voorts dat de termijn binnen welke de werkstraf moet worden verricht, wordt verlengd met de tijd dat de veroordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen alsmede met de tijd dat hij ongeoorloofd afwezig is.
Ten aanzien van onder parketnummer 05/507831-08 tenlastegelegde:
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij M. [slachtoffer1]
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe.
- Veroordeelt de veroordeelde - met dien verstande dat indien en voorzover A. [medeverdachte] betaalt ook veroordeelde daardoor tegenover M. [slachtoffer1] zal zijn gekweten - tegen kwijting aan M. [slachtoffer1], wonende te [adres], te betalen € 70,- (zegge zeventig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 19 april 2008 tot de dag der voldoening.
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
Maatregel van schadevergoeding ad € 70,-, subsidiair 1 (één) dag hechtenis.
- Legt op aan veroordeelde de verplichting aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer M. [slachtoffer1], wonende te [adres], te betalen € 70,-, (zegge zeventig euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
- Bepaalt daarbij dat voldoening van de ene betalingsverplichting de andere doet vervallen.
Aldus gewezen door:
mr. A.M. van Gorp, rechter als voorzitter,
mr. B.F.M. Klappe, rechter,
mr. L.M. Moerings, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. A.F. Hof, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 20 maart 2009.
Zijnde mr. L.M. Moerings buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.