ECLI:NL:RBARN:2009:BH2959
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Geluidshinder door vrachtwagens en wasstraat nabij woning van eisers
In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem werd behandeld, hebben eisers, huurders van een woning op een industrieterrein, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, een transportbedrijf dat naast hun woning is gevestigd. Eisers klagen over geluidsoverlast veroorzaakt door vrachtwagens van gedaagde, die met draaiende motoren en koeling in de nabijheid van hun woning worden geparkeerd, en door een wasstraat die door gedaagde is gerealiseerd. De eisers vorderen dat gedaagde de onrechtmatige geluidshinder met onmiddellijke ingang staakt en geluidsbeperkende maatregelen treft. De rechtbank heeft de procedure in gang gezet op basis van de dagvaarding en de bijbehorende producties, evenals de mondelinge behandeling die op 4 december 2008 heeft plaatsgevonden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er op 19 juli 2008 een geluidsmeting heeft plaatsgevonden, waaruit bleek dat de geluidsnormen voor de nachtelijke periode werden overschreden. Gedaagde heeft echter betwist dat er sprake is van onrechtmatige hinder en heeft bewijs geleverd dat de geluidsnormen inmiddels niet meer worden overschreden. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de gevorderde voorzieningen onvoldoende onderbouwd zijn en dat eisers niet in hun vorderingen kunnen worden ontvangen. De rechtbank heeft geoordeeld dat eisers, als huurders, ook recht hebben op bescherming tegen onrechtmatige hinder, maar dat in dit geval niet is komen vast te staan dat gedaagde onrechtmatige geluidshinder veroorzaakt.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de vorderingen van eisers afgewezen en hen in de kosten van het kort geding verwezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. F.J. de Vries op 3 februari 2009, in aanwezigheid van de griffier E.J. Wouters.