ECLI:NL:RBARN:2008:BL7602
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering aftrek ziektekosten voor gehandicapte zoon
Op 11 september 2008 heeft de Rechtbank Arnhem uitspraak gedaan in een belastingzaak betreffende de inkomstenbelasting van eiser, die een aanslag had ontvangen voor het jaar 2004. De inspecteur van de Belastingdienst had de aanslag berekend op een belastbaar inkomen van € 40.379, maar na bezwaar was dit verlaagd naar € 39.292. Eiser, die de vader is van een gehandicapte zoon, had in zijn aangifte een aftrek van € 6579 aan ziektekosten voor zijn zoon opgevoerd. De zoon, geboren op 11 november 1987, woont met de ex-echtgenote van eiser in Engeland. Eiser had een overeenkomst waarin hij maandelijks een bedrag voor het levensonderhoud van zijn zoon moest betalen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser geen bewijs heeft geleverd voor de door hem opgevoerde ziektekosten. Ondanks dat hij bankafschriften overlegde waaruit bleek dat hij betalingen aan zijn ex-echtgenote deed, kon hij niet aantonen dat deze betalingen betrekking hadden op ziektekosten in 2004. De rechtbank oordeelde dat eiser niet in zijn bewijsvoering was geslaagd en dat de inspecteur terecht de aftrek van € 6579 had geweigerd. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld op basis van de Algemene wet bestuursrecht en concludeerde dat er geen plaats was voor de gevraagde aftrek, behalve voor het door de inspecteur geaccepteerde bedrag van € 4000.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te Arnhem, waar partijen binnen zes weken na de verzenddatum van de uitspraak beroep kunnen instellen.