ECLI:NL:RBARN:2008:BG6105
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzuimboete en afwezigheid van alle schuld bij te late betaling omzetbelasting
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 14 november 2008 uitspraak gedaan in een geschil tussen [X] B.V. en de inspecteur van de Belastingdienst. Eiseres, [X] B.V., had een naheffingsaanslag en een verzuimboete opgelegd gekregen vanwege te late betaling van de omzetbelasting over het tijdvak december 2007. Eiseres had op 29 januari 2008 een spoedopdracht gegeven aan haar bank, de ING, om de verschuldigde belasting op 31 januari 2008 over te maken. Door een fout van de bank werd het bedrag echter pas op 1 februari 2008 bijgeschreven op de rekening van de Belastingdienst, wat resulteerde in een tweede verzuim en de daaropvolgende verzuimboete van € 1.134.
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de verzuimboete en stelde dat de te late betaling te wijten was aan de fout van de bank, en dat zij daarom een beroep op afwezigheid van alle schuld (avas) kon doen. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres niet aan de voorwaarden voor avas voldeed, omdat zij bewust had gekozen om de belasting op het laatste moment te betalen zonder enige marge voor mogelijke fouten. De rechtbank verwees naar een arrest van de Hoge Raad waarin werd gesteld dat een inhoudingsplichtige in verzuim is, ook als de fout bij de bank ligt, tenzij er voldoende zorg is betracht om tijdig te betalen.
De rechtbank concludeerde dat eiseres niet alle in de gegeven omstandigheden van haar redelijkerwijs te vergen zorg had betracht, en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. F.M. Smit, rechter, in tegenwoordigheid van mr. L.A. Aalbersberg, griffier. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te Arnhem.