ECLI:NL:RBARN:2007:BB8055

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
7 november 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
141781 en 150895
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid bij aanrijding in België met Nederlandse, Belgische en Ierse betrokkenen

In deze zaak, die zich afspeelt in de Rechtbank Arnhem, betreft het een aanrijding die plaatsvond op 26 mei 2003 op de E17-A14 in België. Bij de aanrijding waren drie voertuigen betrokken: een Mercedes, een Seat en een vrachtwagencombinatie bestuurd door Gabriel Piggott, die toebehoorde aan de vennootschap Piggotts Eggs Ltd. De eiseres, Piggotts Eggs, vorderde hoofdelijke veroordeling van de gedaagden tot betaling van € 90.483,87, vermeerderd met rente en kosten, als gevolg van de schade die was ontstaan door de aanrijding. De rechtbank moest zich buigen over de vraag wie aansprakelijk was voor de schade, waarbij de gedaagden stelden dat de aansprakelijkheid niet bij hen lag.

De rechtbank oordeelde dat de aanrijding was veroorzaakt door een verkeersfout van de bestuurder van de Mercedes, die van zijn rijstrook was afgeweken en daardoor in botsing was gekomen met de vrachtwagen van Piggott. De rechtbank stelde vast dat de gedaagden, waaronder de verzekeraars, aansprakelijk waren voor de schade die was ontstaan. De rechtbank wees erop dat volgens zowel Belgisch als Nederlands recht de benadeelde een rechtstreekse vordering heeft op de WAM-verzekeraar van de bestuurder die aansprakelijk is voor de gevolgen van de aanrijding.

De rechtbank concludeerde dat de vordering van Piggotts Eggs gegrond was en dat de gedaagden hoofdelijk aansprakelijk waren voor de schade. De zaak werd verwezen naar de rol voor verdere bewijslevering en de beslissing in de vrijwaringszaak werd aangehouden. Dit vonnis is uitgesproken op 7 november 2007 door mr. A.E.B. ter Heide.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
Vonnis in hoofdzaak en vrijwaring van 7 november 2007
in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 141784 / HA ZA 06-1026 van
de vennootschap naar het recht van de plaats harer vestiging PIGGOTTS EGGS LTD,
gevestigd te Gort, Co Galway, Ierland
eiseres,
procureur mr. L. Paulus,
advocaat mr. W.M. van Rossenberg te Rotterdam,
tegen
1. [gedaagde ],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
procureur en advocaat mr. J.M. Bosnak,
2. de naamloze vennootschap
LONDON VERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
procureur en advocaat mr. J.M. Bosnak,
3. [gedaagde 3 hoofdzaak],
wonende te [woonplaats]
gedaagde,
procureur mr. F.P. Lomans,
advocaat mr. L. Kuipers te 's-Gravenhage,
4. de naamloze vennootschap
ING INSURANCE N.V.,
gevestigd te 1040 Etterbeek, Sint-Michielswarande, België
gedaagde,
procureur mr. F.P. Lomans,
advocaat mr. L. Kuipers te 's-Gravenhage,
en in de zaak met zaaknummer / rolnummer 150895 / HA ZA 07-78 van
1. [eiser vrijwaring],
wonende te [woonplaats]
2. de vennootschap naar Belgisch recht ING INSURANCE N.V.,
gevestigd te 1040 Etterbeek, Sint-Michielswarande, België
eisers,
procureur mr. F.P. Lomans,
advocaat mr. L. Kuipers te 's-Gravenhage,
tegen
1. [gedaagde ],
wonende te [woonplaats],
2. de naamloze vennootschap
LONDON VERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagden,
procureur en advocaat mr. J.M. Bosnak.
Partijen zullen hierna Piggotts Eggs, [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], [ged 3 hfdz./eis.vrijw.], London en ING genoemd worden. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en London zullen tezamen ook [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. genoemd worden. [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] en ING zullen tezamen ook [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de tussenvonnissen van 31 januari 2007 (hoofdzaak) en 4 april 2007 (vrijwaringszaak)
- het proces-verbaal van comparitie van 8 augustus 2007.
1.2. Ten slotte is in beide zaken vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Op 26 mei 2003 om ongeveer 19.30 uur heeft op de E17-A14 (Gent/Antwerpen) in België ter hoogte van Laarne/Kalken een aanrijding plaatsgevonden. Hierbij waren betrokken (1) een personenauto, Mercedes, bestuurd door [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], (2) een personenauto, Seat, bestuurd door [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] en (3) een vrachtwagencombinatie, trekker Daf en oplegger SOR Reefer Trailer, bestuurd door Gabriel Piggott (hierna: Piggott), toebehorend aan Piggotts Eggs en geladen met 240 karkassen van halve zeugen.
2.2. De aanrijding vond plaats op een autosnelweg met drie rijstroken in de richting Antwerpen. Nabij de plaats van de aanrijding vonden wegwerkzaamheden plaats, waardoor de rijstroken richting Antwerpen waren versmald en verplaatst naar een gedeelte van de middelste rijstrook, de rechterrijstrook en de ‘noodstopstrook’ (vluchtstrook) van het baanvak richting Antwerpen. Ook het verkeer in tegenovergestelde richting (richting Kortrijk) vond plaats op versmalde rijstroken, te weten op de linker en middelste rijstrook van het baanvak richting Antwerpen. De beide verkeersrichtingen waren door een tijdelijk geplaatste metalen stootband van elkaar gescheiden. De maximumsnelheid ter plaatse was 70 kilometer per uur.
2.3. Vlak voor de aanrijding reed Piggott op de rechter rijstrook, [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] op de middelste rijstrook en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] op de linker rijstrook. Op enig moment heeft een aanrijding plaatsgevonden tussen [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] en [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.]. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] is toen naar rechts geslagen en met Piggott in botsing gekomen. Piggott moest daardoor scherp naar rechts uitwijken en is uiteindelijk in de rechterberm tegen een afzetting tot stilstand gekomen en gekanteld.
2.4. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] is ingevolge de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) verzekerd bij London. [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] is ingevolge de Belgische equivalent van de WAM verzekerd bij ING.
3. Het geschil
in de hoofdzaak
3.1. Piggotts Eggs vordert samengevat – hoofdelijke veroordeling van gedaagden tot betaling van € 90.483,87, vermeerderd met rente en kosten. Zij legt aan haar vordering ten grondslag dat door een botsing tussen de (door [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] bestuurde) Mercedes en de (door [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] bestuurde) Seat de Mercedes spinde en voor haar vrachtwagencombinatie terechtkwam. Daardoor moest Piggott uitwijken en is hij tegen een afzetting terecht gekomen en gekanteld. Aan de vrachtwagencombinatie is daardoor schade ontstaan ten bedrage van € 90.483,87. Nu ofwel [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] ofwel [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] ofwel beiden de schade hebben veroorzaakt zijn zij (en hun WAM-verzekeraars) hiervoor hoofdelijk aansprakelijk, aldus Piggotts Eggs.
3.2. Gedaagden voeren gemotiveerd verweer, dat hierna zal worden besproken.
in de vrijwaringszaak
3.3. [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. vorderen samengevat - dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. worden veroordeeld om aan [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. te betalen al hetgeen waartoe [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. jegens Piggotts Eggs in de hoofdzaak mocht worden veroordeeld, met veroordeling van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. in de kosten van de hoofdzaak en de vrijwaring. [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. leggen daaraan ten grondslag dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], die op de middelste rijstrook reed, bij de asverschuiving zijn rijstrook niet heeft gevolgd en daardoor met [ged 3 hfdz./eis.vrijw.], die op de linker rijstrook reed, in botsing is gekomen. Voorzover in de hoofdzaak al zou worden geoordeeld dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. jegens Piggotts Eggs aansprakelijk zijn, heeft [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] in de onderlinge verhouding tussen hem en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] de schade te dragen, zo stellen [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s.
3.4. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. voeren gemotiveerd verweer, dat hierna zal worden besproken.
4. De beoordeling
in de hoofdzaak en in de vrijwaringszaak
4.1. Het gaat hier om een aanrijding in België met een Nederlandse, een Belgische en een Ierse betrokkene. De rechtbank Arnhem is op grond van artikel 2 EEX-verordening bevoegd van de vordering tegen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] (en London) kennis te nemen en op grond van artikel 6 sub 1 EEX-verordening bevoegd van de vordering tegen [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] (en ING) kennis te nemen. Tot kennisneming van de vordering in vrijwaring is de rechtbank reeds op grond van artikel 2 EEX-verordening bevoegd.
4.2. Ingevolge artikel 3 van het verdrag van 4 mei 1971, Trb. 1971, 118 (Haags Verkeersongevallenverdrag) moet de vordering in de hoofdzaak worden beoordeeld naar Belgisch recht. Ook de vrijwaringsvordering dient naar Belgisch recht te worden beoordeeld, op grond van het beginsel van accessoire aanknoping aan het op de onrechtmatige daad jegens Piggotts Eggs toepasselijke recht.
4.3. Zowel naar Belgisch recht als naar Nederlands recht heeft de benadeelde een rechtstreekse vordering op de WAM-verzekeraar van de bestuurder die voor de gevolgen van een aanrijding aansprakelijk is. Mocht komen vast te staan dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] of [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] of beiden jegens Piggotts Eggs onrechtmatig hebben gehandeld, dan zijn London respectievelijk ING daarvoor eveneens jegens Piggotts Eggs aansprakelijk (zo volgt uit artikel 9 van het Haags Verkeersongevallenverdrag). Zij betwisten dat ook niet.
4.4. Piggotts Eggs heeft ter onderbouwing van haar vordering aangevoerd dat vast staat dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] van zijn rijbaan is afgeweken en voor de vrachtwagen van Piggotts Eggs terecht is gekomen. Daarmee is hij in beginsel jegens Piggotts Eggs aansprakelijk omdat hij aan Piggott voorrang diende te verlenen bij het wisselen van rijstrook. Zo [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] zich op overmacht beroept, is het ook naar Belgisch recht aan hem om omstandigheden te stellen en zonodig te bewijzen die tot het oordeel moeten leiden dat er sprake is van overmacht. Als daaruit zou blijken dat (ook) aan [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] een verkeersfout valt te verwijten is (ook) [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] jegens haar aansprakelijk, aldus nog steeds Piggotts Eggs. Vast staat in ieder geval dat Piggott geen schuld heeft aan de aanrijding, die is veroorzaakt door [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] of [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] of beiden. Voorzover de schade is gedragen door verzekeraars van Piggotts Eggs, hebben deze aan Piggotts last en volmacht gegeven om deze voor haar te innen.
4.5. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] heeft aangevoerd dat Piggotts Eggs naar Belgisch recht dient aan te tonen dat hij een verkeersfout heeft gemaakt. Daarvan is geen sprake. Niet [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] maar [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] is van zijn baan afgeweken en heeft daardoor de aanrijding tussen hem en [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] veroorzaakt. Piggotts Eggs zal moeten bewijzen, zo stelt [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], dat hij het is geweest die van zijn baan is afgeweken. De daartoe overgelegde stukken leveren dat bewijs niet, aldus nog steeds [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.].
[ged 3 hfdz./eis.vrijw.] heeft aangevoerd dat Piggotts geen onrechtmatig handelen van hem heeft gesteld. Hij betwist ook dat hij een verkeersfout zou hebben gemaakt. Onder verwijzing naar het proces-verbaal van politie en de verklaring van Piggott tegenover de County Adjusters stelt [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] dat het [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] is die van zijn rijstrook is afgeweken en daardoor de aanrijding tussen zichzelf en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] heeft veroorzaakt, met als gevolg dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] naar rechts is geslagen en in botsing is gekomen met de vrachtwagencombinatie.
4.6. Gedaagden betwisten geen van allen de stelling van Piggotts Eggs dat Piggott terzake van de aanrijding geen verwijt treft. Gedaagden betwisten ook geen van allen de stelling van Piggotts Eggs dat de Mercedes van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] plotseling voor haar vrachtwagen terechtkwam, als gevolg waarvan Piggott een aanrijding niet meer kon ontwijken.
4.7. Terecht stelt Piggotts Eggs dat daarmee de onrechtmatige daad van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] in beginsel is gegeven. Naar Belgisch recht dient degene die van rijstrook wisselt, voorrang te verlenen aan het reeds op die rijstrook rijdende verkeer, dat regelmatig zijn weg vervolgt, zo volgt uit artikel 12.4 van de Belgische Wegcode. Vast staat dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] plotseling de rechter rijstrook opgekomen is zonder voorrang te verlenen aan Piggott. Daarmee is sprake van een ‘materiële wetsovertreding’, die op zichzelf een fout uitmaakt die leidt tot burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de dader, zonder dat behoeft te worden beoordeeld of [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] uit onvoorzichtigheid, nalatigheid of zorgeloosheid heeft gehandeld.
4.8. De rechtbank vat de stelling van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] dat hij buiten zijn schuld door toedoen van [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] met [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] in botsing is gekomen en daardoor naar rechts is geslagen, op als een betoog dat deze onrechtmatige daad hem niet kan worden toegerekend omdat hij de overtreding van artikel 12.4 van de Belgische wegcode niet willens en wetens heeft begaan. Het is aan [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. om hun stelling dat de onrechtmatige daad niet aan [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] kan worden toegerekend te bewijzen. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] wordt dus niet gevolgd in zijn betoog dat Piggotts Eggs zal moeten bewijzen dat hij een fout heeft gemaakt en dat het enkele feit dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] plotseling voor de vrachtwagen van Piggotts Eggs terechtkwam daartoe niet voldoende is. Verwezen wordt naar W. van Gerven m.m.v. Sofie Covemaeker, Verbintenissenrecht 2001, 1e druk, p. 238-239 en 244.
4.9. Op dit punt wordt als volgt overwogen. Partijen zijn in wezen verdeeld over de toedracht van de aanrijding tussen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.]. Het dossier bevat daarover de volgende stukken. De politie heeft na de aanrijding proces-verbaal opgemaakt. Daarbij heeft zij het ongeval als volgt beschreven (pagina 6):
“BESCHRIJVING ONGEVAL:
Het verkeersongeval is gebeurd aan het begin van de asverschuiving van de rijbaan van de autosnelweg E17 in de richting ANTWERPEN. Vermoedelijk is partij A [[ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], rechtbank], rijdende op de middenste rijstrook, van zijn rijstrook afgeweken, heeft hij de asverschuiving niet direct opgevolgd. Hij is in aanrijding gekomen met Partij B [[ged 3 hfdz./eis.vrijw.], rechtbank], die links van hem reed op de linkerrijstrook. Door die aanrijding sloeg Partij A naar rechts, naar de rechterrijstrook en kwam er onder Partij C (ierse sleep) terecht. Partij B sloeg tegen een afbakeningspaneel die de twee rijrichtingen scheidt, maar hij kon dan zijn voertuig onder kontrole houden.”
4.10. De politie heeft als verklaring van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] opgetekend (proces-verbaal pagina 14):
“Ik reed op de middenste rijstrook aan een snelheid van ongeveer 70 km/u; ik weet het niet juist. Plots werd ik gecoupeerd door een rode personenauto links van mij. Hij raakte mij vooraan links aan de deur. Ik sloeg naar rechts en werd er opgeschept door een vrachtwagen. Wij sloegen dan rechts van de rijbaan tegen de vangrail. (...)”
Als verklaring van [getuige] is opgetekend (proces-verbaal pagina 16):
“Op 26/05/03 omstreeks 19.25 uur zat ik als passagier vooraan rechts in de auto bestuurd door mijn vriend [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.]. Ik heb niet duidelijk gezien wat er gebeurd is. Onze auto werd geraakt door een andere auto; hoe, weet ik niet. Daarna werden wij achteraan aangereden door een vrachtwagen.”
4.11. De politie heeft als verklaring van [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] opgetekend (proces-verbaal pagina 21):
“Ik reed op de uiterst linkse versmalde rijstrook aan een snelheid van ongeveer 70 km/u. Naast mij op de middenste rijstrook reed een blauwe personenauto MERCEDES. Die MERCEDES kwam langzaam naar mij toe. Hij bleef van zijn lijn afwijken. Ik deed mijn best om uiterst links te rijden maar die MERCEDES ramde mij. Door die aanrijding sloeg ik tegen een afbakeningspaneel die de twee rijrichtingen scheidt. Achteraf bemerkte ik dat die MERCEDES ook aangereden werd door een sleep. Hoe dit gebeurde, heb ik niet gezien. Vermoedelijk was de chauffeur van de MERCEDES ingedommeld achter het stuur.”
4.12. De politie heeft als verklaring van [getuige] opgetekend:
“Op 26/05/03 omstreeks 19.25 uur zat ik vooraan rechts in de auto bestuurd door mijn vriend [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] Bart. Wij reden op de linkse versmalde rijstrook. Naast ons, rechts, reed een blauwe mercedes. Die mercedes week geleidelijk uit naar links, naar ons toe. Die wagen raakte ons en we sloegen tegen een afbakeningspaneel. Die Mercedes kwam nadien onder een vrachtwagen terecht.”
4.13. Een derde inzittende van de Seat, [getuige], heeft de verklaring van Tizarine tegenover de politie bevestigd.
4.14. Piggott heeft bij de politie een vragenlijst ingevuld en ondertekend. Over de toedracht van de aanrijding heeft hij als volgt verklaard:
“I was proceeding on E17 Northbound between J 11 + J 12. There was a movement of all three lanes to the right useing the hard shoulder as the extreme Right lane. I had just moved into lane 1 after movement. Then a black merceedes car turn in across in front of me. I put on the brakes immenditely and tried to acess the best thing to do. I tried to move right away form the “m” car into a services entrance but the car was stuck on my left front coner of the truck. We skided into the services entrance takeing away some of the main road side boundry for the services. When we had nearly come to a full stop we went onto grass and the trailer turn onto its side. (...)”
4.15. Piggotts Eggs heeft voorts nog overgelegd een niet ondertekend stuk getiteld “Memo of attendance”, waarin, zo stelt Piggotts Eggs, de verklaring van Piggott over de toedracht aan de County Adjusters (die, zo blijkt uit overgelegde correspondentie, in opdracht van de verzekeraars van Piggotts Eggs de schade regelden) is weergegeven. Hierin is opgenomen de zin:
“Approximately 50 to 100 yards from the service exit a black mercedes which was travelling in the middle lane and which had failed to observe the currature in the lanes was hit by a red mercedes which was travelling in the fast lane.”
4.16. Tenslotte is overgelegd een situatieschets behorende bij het proces-verbaal van de Federale Politie.
4.17. Op grond van de stukken die zich in het dossier bevinden staat de toedracht van de aanrijding tussen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] niet vast. De diverse getuigen zijn weliswaar door de politie gehoord, maar niet onder ede ten overstaan van een rechter-commissaris. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. hebben gemotiveerd gesteld dat de getuigenverklaringen van de inzittenden van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.]’s auto onvolledig dan wel onder ongunstige omstandigheden (in het ziekenhuis) zijn opgenomen. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. hebben er verder terecht op gewezen dat de verklaring die Piggott tegenover de politie heeft afgelegd niets inhoudt over de toedracht van de aanrijding tussen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.], terwijl de “memo of attendance” een niet-ondertekend stuk is met daarin een verklaring van horen zeggen. Aan dat stuk komt slechts zeer beperkte bewijswaarde toe.
4.18. Namens [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. is bij conclusie van antwoord en ter comparitie betoogd dat op grond van de stukken, en met name de schets die de verkeerspolitie heeft opgesteld, een alternatieve toedracht zeer wel denkbaar is. Daarbij is de hypothese geuit dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] eerst het op de schets als “A” gemarkeerde baken heeft aangereden - mogelijk als gevolg van een gebroken as, zo is ter comparitie gesuggereerd -, daarop naar rechts is geslagen en toen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] heeft aangereden.
De rechtbank ziet deze alternatieve toedracht vooralsnog als een hypothese. De stelling van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. dat het niet zo kán zijn gegaan als de politie veronderstelt, wordt niet gevolgd. Niet valt in te zien waarom [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] niet enkele tientallen meters na de asverschuiving van zijn baan zou kunnen zijn afgeweken en waarom uit de locatie van het remspoor zou moeten volgen dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] midden op zijn rijstrook reed op het moment van de botsing. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. wijzen er immers zelf op dat verkeersdeskundigen doorgaans met een zogenaamde ‘schrikseconde’ rekenen (de reactietijd voordat een bestuurder remt) en dat bij een snelheid van 70 kilometer per uur tijdens die schrikseconde een kleine 20 meter wordt afgelegd. Uit de locatie van het remspoor zou, wanneer men die gedachte zou volgen, dus hooguit kunnen worden afgeleid dat [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] zich op het moment dat hij begon te remmen midden op zijn rijstrook bevond. Dat is niet noodzakelijkerwijs het moment van de botsing geweest. Nu [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. deze toedracht schetsen in het kader van hun beroep op overmacht, is het aan hen deze toedracht te bewijzen.
4.19. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. zullen worden toegelaten tot het bewijs van feiten en omstandigheden waaruit volgt dat de aanrijding tussen [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] en [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] het gevolg was van een gebeurtenis buiten de wil van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] die hij niet kon voorzien of vermijden.
De zaak zal naar de rol worden verwezen voor akte aan de zijde van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s., waarin zij zich zullen kunnen uitlaten over de vraag of zij dat bewijs willen leveren en zo ja, hoe. Daarbij wordt hun tevens verzocht zich uit te laten over de vraag of zij een verkeersongevallenanalyse aangewezen achten. In het geval van dat laatste wordt [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. verzocht een voorstel te doen voor een deskundige en een vraagstelling. De overige partijen zullen op die akte mogen reageren.
4.20. [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. hebben nog aangevoerd dat de fout terzake van de aanrijding tussen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] óf bij de een óf bij de ander ligt, maar dat het niet zo kan zijn dat die bij beiden ligt. De rechtbank ziet niet in waarom dat zo zou zijn en waarom niet denkbaar zou zijn dat beiden onoplettend van hun baan zijn afgeweken en zodoende beiden een fout hebben gemaakt. Hoe dan ook, voor de procedure in de hoofdzaak is die stelling niet van belang, nu uit de door Piggotts Eggs in het geding gebracht legal opinion van Luc Keyzer, met de daaraan gehechte uitspraken, blijkt dat naar Belgisch recht in het geval twee schadeverwekkers een fout hebben gemaakt, zij beiden voor de gehele schade aansprakelijk zijn jegens het slachtoffer. Gedaagden hebben die opvatting ter comparitie overigens ook niet bestreden. Mocht de onrechtmatige daad van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] jegens Piggotts Eggs komen vast te staan, dan kunnen [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] c.s. aan de vraag of – ook – [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. al dan niet jegens eiseres aansprakelijk is, dus geen verweer ontlenen.
4.21. Over de vordering van Piggotts Eggs op [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. wordt het volgende overwogen. Deze vordering is erop gebaseerd, zo is ter comparitie gebleken, dat, zo in de loop van deze procedure mocht blijken dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] geheel of gedeeltelijk schuld heeft aan de aanrijding met [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.], hij (en ING) voor de gevolgen daarvan voor Piggotts Eggs aansprakelijk is. Piggotts Eggs heeft in dit stadium van de procedure echter geen concrete feiten of omstandigheden gesteld waaruit zij de gevolgtrekking maakt dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] schuld heeft aan die aanrijding. Aan een bewijsopdracht aan Piggotts Eggs in het kader van de vordering op [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] wordt in dit stadium van de procedure dan ook niet toegekomen. De beslissing op deze vordering zal worden aangehouden tot na de bewijslevering door [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.]. Wel wordt reeds thans overwogen dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] c.s. hun betwisting van de stelling van Piggotts Eggs dat zij last en volmacht heeft van haar verzekeraars om de door hen in verband met het ongeval uitgekeerde schade te innen, bij comparitie naar aanleiding van de overgelegde stukken heeft laten varen, zodat daarop niet behoeft te worden beslist.
4.22. De vrijwaringszaak is slechts voor die situatie van belang, dat in de hoofdzaak wordt geoordeeld dat [ged 3 hfdz./eis.vrijw.] schuld heeft aan de aanrijding tussen hem en [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.]. In dit stadium van de procedure moet ook de beslissing in de vrijwaringszaak dus worden aangehouden.
5. De beslissing
De rechtbank
in de hoofdzaak
5.1. verwijst de zaak naar de rol van 21 november 2007 voor akte aan de zijde van [ged. 1 hfdz./ged. vrijw.] en London ter uitlating als bedoeld in rechtsoverweging 4.19,
5.2. houdt iedere verdere beslissing aan,
in de zaak in vrijwaring
5.3. houdt de beslissing in deze vrijwaringszaak aan,
5.4. bepaalt dat de zaak op de rol zal komen van 21 november 2007 .
Dit vonnis is gewezen door mr. A.E.B. ter Heide en in het openbaar uitgesproken op 7 november 2007.