ECLI:NL:RBARN:2007:BB1599
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Tussenvonnis inzake terugbetaling van een achtergestelde lening met voorschotbetaling
In deze zaak, die voorlag bij de Rechtbank Arnhem, is op 27 juni 2007 een tussenvonnis uitgesproken in een bodemprocedure met betrekking tot de terugbetaling van een achtergestelde lening. De eiseres, R.T.B. Beheer Groep B.V., heeft een vordering ingesteld tegen meerdere gedaagden, waaronder Beheer B.V. en Stichting Administratiekantoor Beheer. De rechtbank heeft in een eerder tussenvonnis van 21 februari 2007 overwogen dat de vordering tot terugbetaling van de achtergestelde lening en de verschuldigde rente voor toewijzing gereed ligt. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen zijn overeengekomen dat een beroep op opschorting en verrekening met die bedragen is uitgesloten. Dit betekent dat de eiseres, RTB, recht heeft op betaling van de betreffende bedragen door de gedaagden.
In het incident dat aan de rechtbank is voorgelegd, heeft RTB verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, bestaande uit een veroordeling tot betaling van een voorschot van EUR 210.717,60, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft geoordeeld dat RTB voldoende processueel belang heeft bij deze incidentele vordering, aangezien deze samenhangt met de hoofdvordering. De rechtbank heeft de gedaagden veroordeeld tot betaling van een voorschot van EUR 181.478,42, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de beslissing over de kosten van het incident aangehouden.
De rechtbank heeft verder bepaald dat als partijen het niet eens worden over de benoeming van een deskundige, zij zelf tot benoeming zal overgaan. De zaak is aangehouden in afwachting van een deskundigenbericht in een andere procedure. De rechtbank heeft de partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de benoeming van de deskundige en de vragen die aan deze voorgelegd moeten worden. Het vonnis is uitgesproken door mr. M.J. Blaisse en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.