ECLI:NL:RBARN:2007:BA6837
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van maritaal beslag op bankrekeningen in het kader van huwelijkse voorwaarden
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Arnhem op 24 mei 2007 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een man en een vrouw die in 1989 met elkaar zijn getrouwd op huwelijkse voorwaarden. De vrouw had maritaal beslag gelegd op de bankrekeningen van de man, met het argument dat zij een vordering op hem had op basis van de huwelijkse voorwaarden. De man vorderde opheffing van dit beslag, stellende dat de bankrekeningen tot zijn privévermogen behoren en niet onder het maritaal beslag vallen, aangezien partijen in hun huwelijkse voorwaarden iedere gemeenschap van goederen hebben uitgesloten. De voorzieningenrechter oordeelde dat het maritaal beslag niet rechtsgeldig was, omdat het enkel gelegd kan worden op goederen die behoren tot een huwelijksgoederengemeenschap. Aangezien de bankrekeningen op naam van de man staan en van zijn onderneming zijn, zijn deze niet vatbaar voor maritaal beslag. Het beslag werd daarom als vexatoir beschouwd en opgeheven. De vrouw had ook verzocht om het beslag om te zetten in conservatoir derdenbeslag, maar dit verzoek werd afgewezen omdat het niet op de juiste wijze was ingediend. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.