ECLI:NL:RBARN:2006:AZ2616
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake inkomensschade en arbeidsongeschiktheid van eiser als gevolg van een ongeval
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 6 september 2006 een vonnis gewezen in een civiele procedure tussen eiser en meerdere gedaagden. Eiser, vertegenwoordigd door procureur mr. J.B.R. Daniels, heeft schadevergoeding gevorderd wegens inkomensschade als gevolg van een ongeval, waarbij hij zijn oog heeft verloren. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 5 april 2006 gedaagden de gelegenheid gegeven om te reageren op een rapport van Groot Expertisebureau B.V. dat door eiser was ingediend. Partijen hebben gebruik gemaakt van deze gelegenheid en hun standpunten naar voren gebracht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser, zonder het verlies van zijn oog, per 1 september 2002 een vaste aanstelling als nationaal chauffeur zou hebben gekregen en per 1 september 2007 als internationaal chauffeur. De rechtbank heeft de gedaagden, waaronder gedaagde sub 1, 4 en 5, de mogelijkheid gegeven om hun bezwaren tegen de berekening van de inkomensschade naar voren te brengen. Gedaagden hebben betoogd dat de kansen op werk voor een internationaal chauffeur door de toetreding van Oost-Europese landen tot de EU zijn afgenomen, en dat dit invloed heeft op de toekomstverwachting van eiser.
De rechtbank heeft deze bezwaren echter verworpen, omdat de eerdere beslissing over de grondslag van de berekening bindend is. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de berekening van Groot Expertisebureau moet worden aangepast aan de door haar vastgestelde uitgangspunten. Eiser moet zijn salarisgegevens over de jaren 2004, 2005 en 2006 overleggen, zodat de berekening kan worden herzien. De rechtbank heeft de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een akte door eiser en heeft verdere beslissingen aangehouden. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. A.E.B. ter Heide.