ECLI:NL:RBARN:2006:AY0158
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
De rechtsgeldigheid van een koopovereenkomst en de verplichting tot levering van onroerend goed
In deze zaak stond de vraag centraal of er op rechtsgeldige wijze een koopovereenkomst tot stand was gekomen tussen de eisers en JMI Beheer B.V. De eisers, bestaande uit vier personen, hadden een woonboerderij gekocht van JMI Beheer B.V., waarvan de gedaagde sub 1 de enige bestuurder was. De koopakte was opgemaakt door makelaar [betrokkene], die als mondeling gevolmachtigde van gedaagde sub 1 optrad. De koopprijs was vastgesteld op € 620.000, met een geplande leveringsdatum van 3 oktober 2005. Echter, de levering vond niet plaats omdat gedaagde sub 1, die in coma lag, niet meer tot verkoop wenste over te gaan. De eisers stelden dat er een geldige koopovereenkomst was en dat JMI Beheer B.V. verplicht was om de woonboerderij te leveren.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de eisers voldoende aannemelijk hadden gemaakt dat de makelaar en gedaagde sub 2, de dochter van gedaagde sub 1, als zaakwaarnemers optraden en dat zij de belangen van JMI Beheer B.V. behartigd hadden. De rechter concludeerde dat de koopovereenkomst rechtsgeldig was en dat JMI Beheer B.V. verplicht was om de woonboerderij te leveren. De vordering van de eisers tot levering werd toegewezen, met een termijn van vier weken voor de uitvoering. Daarnaast werd bepaald dat, indien JMI Beheer B.V. niet aan de veroordeling voldeed, het vonnis dezelfde kracht zou hebben als een transportakte.
De zaak benadrukt het belang van de rol van makelaars en de vertegenwoordiging van vennootschappen in koopovereenkomsten, vooral in situaties waarin bestuurders tijdelijk niet in staat zijn om hun taken uit te voeren. De uitspraak biedt inzicht in de juridische principes van zaakwaarneming en de rechtsgeldigheid van overeenkomsten in het civiele recht.