ECLI:NL:RBARN:2006:AW2830
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Duisenberg-regeling en financiële afwikkeling van aandelenleaseovereenkomsten
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Arnhem, stond de Duisenberg-regeling centraal, die betrekking heeft op de volledige financiële afwikkeling van aandelenleaseovereenkomsten. De eiser, wonende te [woonplaats], had Dexia Bank Nederland N.V. en de Stichting Bureau Kredietregistratie als gedaagden. De procedure werd geschorst op 1 februari 2006, na een verzoek van Dexia tot schorsing op basis van een collectieve afwikkeling van massaschade. De eiser wijzigde zijn eis en trok zijn eerdere stellingen in, wat leidde tot een verzoek tot hervatting van de procedure.
De rechtbank oordeelde dat de Duisenberg-regeling ook van toepassing is op de vorderingen van de eiser jegens Dexia. De eiser vorderde onder andere terugbetaling van ontvangen betalingen en een verklaring voor recht dat Dexia niets meer van hem te vorderen had. De rechtbank concludeerde dat de voorwaarden voor hervatting van de procedure niet waren vervuld, omdat de Duisenberg-regeling voorziet in de financiële afwikkeling van de aandelenleaseovereenkomsten. De rechtbank verwees naar de wetsgeschiedenis van de Wet collectieve afwikkeling massaschade, die bevestigt dat deze regeling ook van toepassing is op aandelenleasegeschillen.
Uiteindelijk wees de rechtbank het verzoek tot hervatting van de procedure af en hield verdere beslissingen aan. Dit vonnis werd uitgesproken op 22 maart 2006 door de rechters J.D.A. den Tonkelaar, O. Nijhuis en I.D. Jacobs.