ECLI:NL:RBARN:2006:AU9189

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
4 januari 2006
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
135604
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een verzoek tot faillietverklaring op basis van artikel 18 Faillissementswet

Op 4 januari 2006 heeft de Rechtbank Arnhem een beschikking gegeven in een zaak betreffende de afwijzing van een verzoek tot faillietverklaring van de verzoeker, handelend onder de naam Woodstock Robuuste Eiken Meubelen. De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoek en de verzoeker is in raadkamer gehoord. De verzoeker had eerder, van 5 maart 1998 tot 14 augustus 2002, in staat van faillissement verkeerd, dat was uitgesproken op zijn eigen aangifte en later opgeheven bij gebrek aan baten. Volgens artikel 18 van de Faillissementswet is de verzoeker bij een hernieuwde aanvraag verplicht aan te tonen dat er voldoende baten zijn om de kosten van het faillissement te dekken. De rechtbank heeft vastgesteld dat uit de verklaringen van de verzoeker niet is gebleken dat er voldoende baten aanwezig zijn of dat het aannemelijk is dat de dekking hiervan verzekerd is. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank besloten het verzoek tot faillietverklaring af te wijzen. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier en de verzoeker heeft de mogelijkheid om binnen acht dagen na de uitspraak in hoger beroep te gaan.

Uitspraak

Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Rekestnummer: 135604/FT-RK 06/4
Datum beschikking: 4 januari 2006
Beschikking
op het aangehechte verzoek tot faillietverklaring van
[verzoeker] h.o.d.n. Woodstock Robuuste Eiken Meubelen.
In raadkamer van deze rechtbank van heden is de heer [verzoeker] voornoemd gehoord op zijn verzoek;
De rechtbank heeft kennis genomen van voornoemd verzoek. Blijkens het openbaar register als bedoeld in artikel 19 Faillissementswet heeft verzoeker al eerder, te weten van 5 maart 1998 tot 14 augustus 2002, in staat van faillissement verkeerd (zaaknummer 98/61 F). Dit faillissement is uitgesproken op de aangifte van verzoeker en is bij gebrek aan baten opgeheven.
Ingevolge artikel 18 van de Faillissementswet rust na een dergelijke opheffing op de aanvrager (verzoeker) bij een hernieuwde aanvraag op eigen aangifte, de verplichting om aan te tonen dat er voldoende baten aanwezig zijn om de kosten van het faillissement te bestrijden.
Het is de rechtbank uit de verklaringen van verzoeker niet gebleken dat deze baten er zijn of dat aannemelijk is dat de dekking hiervan verzekerd is.
Gelet op het voorgaande dient het verzoek tot faillietverklaring derhalve te worden afgewezen.
De beslissing
Wijst het verzoek tot faillietverklaring af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A. Verspui en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 4 januari 2006.
de griffier de rechter
Van deze beschikking kunnen degenen aan wie de Faillissementswet dat recht toekent, gedurende acht dagen na de dag van de uitspraak in hoger beroep komen.