ECLI:NL:RBARN:2005:AV1010
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van vorderingen op basis van onrechtmatige daad en ongerechtvaardigde verrijking in een complexe aandeelhouderszaak
In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem werd behandeld, hebben eisers, bestaande uit aandeelhouders van Baan Company N.V., vorderingen ingesteld tegen meerdere gedaagden op basis van onrechtmatige daad en ongerechtvaardigde verrijking. De rechtbank heeft op 30 november 2005 uitspraak gedaan, waarbij de vorderingen van eisers zijn afgewezen. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de dagvaarding niet als obscuur libel nietig was verklaard en eisers ontvankelijk waren in hun vorderingen, zij er niet in geslaagd waren om een voldoende onderbouwing te geven voor hun claims. De rechtbank benadrukte dat de stellingen van eisers, mits bewezen, niet de vorderingen konden dragen. De op onrechtmatige daad gebaseerde vorderingen werden afgewezen, evenals de subsidiaire vordering die was gebaseerd op ongerechtvaardigde verrijking. De rechtbank concludeerde dat eisers niet hadden aangetoond dat de gedaagden onrechtmatig hadden gehandeld of dat er sprake was van ongerechtvaardigde verrijking ten koste van de eisers. De proceskosten werden toegewezen aan de gedaagden, die als in het ongelijk gestelde partijen werden beschouwd. Dit vonnis is van belang voor aandeelhouderszaken en de eisen die aan de onderbouwing van vorderingen worden gesteld.