ECLI:NL:RBARN:2002:AE2884
Rechtbank Arnhem
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- F.H. de Vries
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bouwvergunning en Monumentenwet 1988
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 12 april 2002 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot een bouwvergunning voor het vergroten van een museum aan de Utrechtseweg 232 te Oosterbeek. De verzoekster, Stichting Airlift, had op 19 januari 2001 een bouwvergunning aangevraagd, die op 12 september 2001 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum was verleend. Deze vergunning was ook van toepassing op de Monumentenwet 1988. Tegen deze vergunning hebben de Stichting voor Heemkunde in de gemeente Renkum en de Provinciale Commissie Gelderland Bond Heemschut bezwaar gemaakt, wat leidde tot een aanhouding van de bezwaren door het college op 12 februari 2002.
De verzoekster heeft op 31 januari 2002 de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, en op 27 februari 2002 heeft zij dit verzoek uitgebreid met een verzoek om opheffing van de opschortende werking van de vergunning. De zitting vond plaats op 11 april 2002, waar de verzoekster werd vertegenwoordigd door A, B, en C, terwijl het college werd vertegenwoordigd door mr. G. Paling en M.R. Lassche. Belanghebbenden waren vertegenwoordigd door drs. W. Wolters.
De voorzieningenrechter overwoog dat de werking van de vergunning opgeschort was totdat de beroepstermijn was verstreken of er een beslissing was genomen op het beroep. De rechtbank had eerder de beroepen van de belanghebbenden gegrond verklaard en de besluiten van het college vernietigd, waardoor de verzoekster geen vergunning meer had. Gezien deze omstandigheden werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, en er werden geen proceskosten aan de verzoekster opgelegd. De uitspraak werd gedaan door mr. F.H. de Vries, als voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. G.W.B. Heijmans als griffier.