ECLI:NL:RBARN:2002:AD9272
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.P.M. Kester
- H. Eigenberg
- Th.P.E.E. van Groeningen
- Rechtspraak.nl
Medeplichtigheid aan diefstal met geweld in Doesburg
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 13 februari 2002 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die medeplichtig werd geacht aan een overval. De overval vond plaats op 19 oktober 2001 in Doesburg, waarbij een koningsketting werd weggenomen van een slachtoffer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen een plan had beraamd om de diefstal te plegen, waarbij geweld werd gebruikt tegen het slachtoffer. De verdachte heeft de medeverdachte geholpen door informatie en middelen ter beschikking te stellen, waaronder het telefoonnummer van het slachtoffer. De rechtbank oordeelde dat de rol van de verdachte ondergeschikt was aan die van de dader die het geweld heeft gepleegd, maar dat hij wel medeplichtig was aan de diefstal. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden, waarvan de uitvoering voorwaardelijk is, en een werkstraf van 240 uur. De inbeslaggenomen GSM-telefoon werd verbeurd verklaard. De beslissing is gebaseerd op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht, waaronder de artikelen die betrekking hebben op medeplichtigheid en geweld tegen personen. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, die niet eerder met de strafrechter in aanraking was gekomen.