FEBO vordert, na eiswijziging, samengevat weergegeven:.
Primair om Bamos op straffe van dwangsommen te veroordelen:
I. (de activa van) FEBO Zwolle binnen twee weken na dit vonnis, dan wel binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn, aan FEBO aan te bieden voor de door FEBO vastgestelde waarde;
II. de huurovereenkomst binnen twee weken na dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn, aan FEBO aan te bieden;
Subsidiair om Bamos op straffe van dwangsommen te veroordelen:
I. (de activa van) FEBO Zwolle aan FEBO aan te bieden voor de door de deskundige te bepalen waarde binnen twee weken nadat de hierna onder III
bepaalde deskundige de waarde heeft vastgesteld, althans binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn;
II. om de huurovereenkomst binnen twee weken na dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn, aan FEBO aan te bieden;
III. binnen twee dagen na dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn, een keuze te maken uit één van de twee deskundigen zoals opgenomen in productie 14 en FEBO schriftelijk te bevestigen dat Bamos instemt met de opdracht aan deze deskundige om de waarde van (de activa van) FEBO Zwolle inclusief de omvang van de goodwill vast te stellen; althans
a. een deskundige aan te wijzen die de waarde van (de activa van) FEBO
Zwolle inclusief de omvang van de goodwill vaststelt; althans
b. Bamos te veroordelen om binnen twee weken na dit vonnis, dan wel binnen een door de voorzieningenrechter te bepalen andere termijn, samen met FEBO het Nederlands Instituut voor Register Valuators (NiRV) te verzoeken om één deskundige te benoemen die vervolgens de waarde van (de activa van) FEBO Zwolle inclusief de omvang van de goodwill vaststelt;
waarbij Bamos de helft van de kosten van de deskundige aan FEBO moet betalen binnen de daarvoor door de deskundige gestelde betalingstermijn;
Meer subsidiair om Bamos op straffe van dwangsommen:
I. te veroordelen tot het staken en gestaakt houden van de exploitatie van FEBO Zwolle per 9 september 2025, althans per datum vonnis, althans per een door de voorzieningenrechter te bepalen datum;
II. te verbieden om per datum vonnis, althans per een door de voorzieningenrechter te bepalen datum, gebruik te maken van de FEBO-formule en/of formulekenmerken (logo, handelsnaam) van FEBO;
III. te verbieden om in het vestigingspunt van FEBO Zwolle concurrerende activiteiten te ontplooien zoals bedoeld in artikel 10.3 jo. 10.4 van de Franchiseovereenkomst gedurende één jaar na het einde van de Franchiseovereenkomst, aldus tot 9 september 2026, althans tot 30 april 2026, althans tot een door de voorzieningenrechter te bepalen datum;
IV. te verbieden om:
a. (de activa van) FEBO Zwolle aan een derde aan te bieden;
b. de huurovereenkomst van FEBO Zwolle aan een derde aan te bieden.
Ten slotte vordert FEBO om Bamos te veroordelen in de proceskosten, waaronder de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.