ECLI:NL:RBAMS:2025:8331

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
28 oktober 2025
Publicatiedatum
4 november 2025
Zaaknummer
11751478 \ CV EXPL 25-8407
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een prothese door Infomedics B.V. tegen gedaagde met betalingsonmacht

In deze zaak vordert Infomedics B.V., gevestigd te Almere, betaling van € 1.459,64 van de gedaagde, die in persoon procedeert. De vordering betreft een factuur voor het vervaardigen van een prothese/kunstgebit. De gedaagde voert als verweer aan dat zij geen geld heeft en dat zij eerder heeft aangegeven dat zij niet kon betalen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde voorafgaand aan de behandeling op de hoogte was van de kosten en dat zij akkoord is gegaan met de behandeling. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde moet betalen voor de behandeling, omdat er geen bewijs is dat zij voorafgaand aan de behandeling heeft aangegeven dat zij niet kon betalen. De kantonrechter heeft ook overwogen dat Infomedics niet verplicht is om een betalingsregeling te treffen, maar dat het wel belangrijk is om mensen in betalingsonmacht de kans te bieden een redelijke regeling te treffen. Daarom heeft de kantonrechter de proceskosten gecompenseerd, zodat ieder de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken op 28 oktober 2025.

Uitspraak

RECHTBANKAMSTERDAM
Civiel recht
Kantonrechter
Zaaknummer: 11751478 \ CV EXPL 25-8407
Vonnis van 28 oktober 2025
in de zaak van
INFOMEDICS B.V.,
te Almere,
eisende partij,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: Bosveld,
tegen
[gedaagde],
te [woonplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek, met bijlagen.
Hoewel hiertoe in de gelegenheid gesteld, heeft [gedaagde] niet meer gereageerd op de conclusie van repliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.vordering en verweer

2.1.
Infomedics vordert - samengevat - veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 1.459,64 aan hoofdsom. De factuur van 1 november 2024 heeft kort gezegd betrekking op het vervaardigen van een prothese/kunstgebit.
2.2.
[gedaagde] voert als verweer aan dat zij aan de tandarts heeft gezegd dat zij geen geld had. Zij heeft zijn tanden laten trekken voor een prothese bij een andere tandarts. Die heeft zij uitgelegd dat zij geen geld had. [gedaagde] is net vier jaar uit de schuldhulpverlening en heeft een uitkering. Daarnaast werkt zij in de horeca, hoewel zij dat werk er eigenlijk niet goed bij kan hebben, doet zij toch om inkomsten te krijgen. Er was een betalingsregeling aangeboden van € 185,00 per maand, maar dat is te veel voor [gedaagde] . Zij kan maximaal
€ 50,00 per maand missen. Zij heeft ook een lening bij de gemeente van € 1.500,00 die zij moet aflossen. Deze lening is zij aangegaan voor het trekken van haar tanden.
2.3.
Bij repliek heeft Infomedics betwist dat vooraf door [gedaagde] is gezegd dat zij niet kon betalen. [gedaagde] heeft vooraf een kostenbegroting ontvangen, welke zij heeft ondertekend, deze wordt als bijlage toegevoegd. Zij was voorafgaand aan de behandeling op de hoogte van de kosten en heeft zelf schriftelijk akkoord gegeven voor de behandeling. Zij had er ook voor kunnen kiezen de behandeling niet uit te laten voeren. Het is juist dat er contact is geweest tussen [gedaagde] en Infomedics over een betalingsregeling van € 50,00 per maand. Infomedics kon hiermee niet akkoord gaan omdat dat zou inhouden dat 4.5 jaar zou duren voordat de regeling zou zijn afgelost. Er bestaat ook geen rechtsregel dat Infomedics akkoord moet gaan met een betalingsregeling. Infomedics heeft [gedaagde] wel meermaals uitstel van betaling verleend. Nadat er vonnis is gewezen, kan [gedaagde] wederom contact opnemen met de gemachtigde van Infomedics voor het treffen van een betalingsregeling.

3.De beoordeling

3.1.
De behandelovereenkomst die aan de gecedeerde vordering ten grondslag ligt is gesloten tussen een zorgverlener en gedaagde partij als consument. In dat geval moet ambtshalve, dus ook als dat door partijen niet aan de orde is gesteld en/of de vordering is erkend, worden getoetst aan het Europese en Nederlandse consumentenrecht.
3.2.
Toetsing van informatieplichten is hier niet aan de orde, omdat een medische behandelovereenkomst op grond van artikel 6:230h lid 2 sub d van het Burgerlijk Wetboek (BW) is uitgezonderd van de betreffende afdeling uit het BW.
3.3.
Wel dient het prijsbeding ambtshalve getoetst te worden aan de Richtlijn oneerlijke bedingen 93/13/EG. Ingevolge artikel 4 lid 2 van deze richtlijn zijn echter kernbedingen (zoals het prijsbeding) uitgesloten van toetsing op oneerlijkheid mits deze transparant zijn.
3.4.
Nu Infomedics een brief van 8 oktober 2024 heeft overgelegd waaruit blijkt dat [gedaagde] voorafgaande aan de behandeling is geïnformeerd over de prijs, welke prijs gelijk is aan het op de factuur van 1 november 2024 in rekening gebrachte bedrag, is het prijsbeding transparant en zal deze dus niet worden getoetst aan de Richtlijn.
3.5.
[gedaagde] heeft deze brief waarin de begroting is vermeld ook ondertekend voor gezien. Vervolgens heeft de behandeling ook plaatsgevonden, zodat hiervoor betaald moet worden. In voornoemde brief is ook uitgelegd dat [gedaagde] de mogelijkheid had, de behandeling niet te laten uitvoeren of te stoppen. Dat heeft [gedaagde] niet gedaan. Dat
[gedaagde] tegen de tandarts die deze behandeling heeft uitgevoerd heeft gezegd dat zij het niet kon betalen wordt betwist. Ook blijkt nergens uit dat er afspraken zijn gemaakt over een betaling in termijnen of iets dergelijks. Als [gedaagde] met haar verweer dat zij van te voren heeft gezegd dat ze niet kon betalen, heeft gedacht dat de behandeling voor haar gratis zou zijn, is dat niet vast komen staan en ook onwaarschijnlijk. Al met al dient [gedaagde] dus te betalen voor de behandeling die vooraf is begroot en waarvan niet door haar betwist is dat zij hiertoe opdracht heeft gegeven. De hoofdsom is dus toewijsbaar.
3.6.
Nu Infomedics geen rente en buitengerechtelijke kosten vordert worden de betalingsvoorwaarden van Infomedics niet ambtshalve getoetst op oneerlijke bedingen.
3.7.
Uit de stellingen van partijen blijkt dat [gedaagde] Infomedics voor dagvaarding al heeft benaderd om een betalingsregeling te treffen, waarbij zij € 50,00 per maand op de schuld zou aflossen. Deze regeling is door Infomedics geweigerd omdat de aflossing van de schuld dan te lang zou duren. Hoewel Infomedics niet verplicht is om een betalingsregeling te treffen, acht de kantonrechter het niet juist om mensen als [gedaagde] , die in betalingsonmacht verkeren, geen kans te bieden een regeling te treffen die passend is bij hun inkomen. Niet gesteld of gebleken is dat Infomedics heeft gevraagd naar de financiële situatie van [gedaagde] . Als dan was gebleken dat de financiële situatie niet toestaat een hoger bedrag af te lossen dan € 50,00 per maand, is de kantonrechter van oordeel dat Infomedics die mogelijkheid dient te bieden, om zo te voorkomen dat schulden van mensen met betalingsonmacht alleen maar hoger worden door alle extra kosten van een dagvaardingsprocedure. Zodra een redelijke betalingsregeling niet wordt nagekomen, kan er altijd alsnog gedagvaard worden. Niet gesteld of gebleken is dat [gedaagde] deze kans heeft gekregen. Dat is de reden dat de kantonrechter het thans gerechtvaardigd vindt de proceskosten te compenseren, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt.

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Infomedics te betalen een bedrag van € 1.459,64,
4.2.
compenseert de proceskosten, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt,
4.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
4.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.T. Beuving en in het openbaar uitgesproken op 28 oktober 2025.