Uitspraak
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak in kort geding van 27 oktober 2025
[eiser] ,
[gedaagde] ,
- aan de kant van [gedaagde] : mr. Vroom en mr. I. Koudstaal.
De zaak in het kort
€ 75,35 miljoen aan [eiser] uitgeleend. Dit bedrag was bedoeld voor de aankoop en exploitatie van steengroeven in Iran. De leningen zouden worden terugbetaald uit de inkomsten van de steengroeven. In 2017 is de samenwerking tussen [eiser] en [gedaagde] stukgelopen. Sindsdien zijn tussen partijen tal van civiele procedures gevoerd, met als voornaamste inzet terugbetaling van de leningen. Ook is een strafzaak aanhangig gemaakt tegen [eiser] waarin hij wordt beschuldigd van oplichting. De civiele procedures lopen thans bij het gerechtshof Amsterdam en staan voor arrest op 28 oktober 2025.
en [gedaagde] zullen in gezamenlijk overleg ervoor zorgen dat:
verstrekte leningen tot onbepaalde tijd zullen worden aangehouden
De beoordeling
Volgens [eiser] volgt uit artikel 7 van die overeenkomst dat [gedaagde] zijn medewerking moet verlenen aan het aanhouden voor onbepaalde tijd van diverse lopende procedures bij het gerechtshof Amsterdam. Ook zou volgens [eiser] uit artikel 7 van deze overeenkomst volgen dat de executie van eerder tussen partijen gewezen uitspraken voor onbepaalde tijd moet worden geschorst.