4.3.De deskundige heeft hierop antwoord gegeven in zijn rapport van 7 oktober 2022 en de aanvulling daarop van 2 juli 2024. Hij komt tot de conclusie dat het pand op verschillende onderdelen in 2013 niet voldeed aan BB 2012. De rechtbank neemt zijn conclusies over en licht dat hierna per onderdeel toe.
4.3.1.Volgens de deskundige blijkt uit het dossier dat de kruipluiken in de trappenhuizen vochtig zijn / waren. Hij acht het voldoende aannemelijk dat dit gebrek
al in 2013 aanwezig was. De trappenhuizen voldeden daarom toen niet aan BB 2012. [eisers] en De Key zijn het eens met de conclusie van de deskundige. De kosten van herstel van € 1.585,10 komen daarom in beginsel voor rekening van De Key.
4.3.2.De Key voert echter aan dat deze kostenpost niet is meegenomen in de vordering en daarom niet kan worden toegewezen. Uit de conclusie na deskundigenrapport met wijziging van eis van [eisers] van 9 november 2022 (alinea’s 5-7) blijkt dat de kosten van de kruipluiken onderdeel van de vordering zijn. De rechtbank houdt daarom met deze kosten rekening.
4.3.3.De deskundige constateert dat door de slechte afwerking van de balkons en niet waterdichte detaillering van de balkonplaat er water in de holle ruimte van de balkonconstructie kon komen. Dit water werd aan de onderzijde van het balkon zichtbaar. Voor zover de lekkage zich in 2013 buiten de woning uitte werden daarmee niet de leefomstandigheden in de woning beïnvloed. Maar door de slechte afwerking van het balkon en de ondeugdelijke aansluitdetails tussen de balkons en de onderdorpel van de deurkozijnen – die grenzen aan de balkons – kan (kon) het lekvocht aannemelijker wijs ook binnen de woningen komen. De lekkage uitte zich aannemelijker wijs dus in 2013 binnen de woning en beïnvloedt daarmee de leefomgeving in de woning. De conclusie van de deskundige is dat het achterliggende gebrek “slechte afwerking van de balkons en ondeugdelijke kozijndetaillering van de onderdorpel van het balkonkozijn” daarom in 2013 in strijd was met BB 2012. Dit geldt voor de balkons aan de voor- en achterzijde van het pand.
4.3.4.Volgens de deskundige zijn voor herstel van dit gebrek de volgende werkzaamheden nodig:
- stralen / reinigen,
- coaten,
- coating borstwering,
- vervanging borstwering,
- vervanging van de aan de galerij grenzende kozijnen die aansluiten op de balkonvloer,
- vervanging van voegwerk en los metselwerk dat zich boven de balkon- / galerijvloer aan de voorzijde bevindt,
- herstel of vervanging van cementdekvloeren / afschotlagen op de galerij- / balkonvloer,
Daarnaast is er door het gebrek gevolgschade ontstaan aan:
- vloeren en plafonds,
- stucwerk binnenzijde.
Herstel aan vloer- en vloerafwerkingen binnen de woningen ontstaan door lekkages is daarom ook nodig, aldus de deskundige.
4.3.5.[eisers] zijn het eens met de conclusies van de deskundige.
4.3.6.De Key is bereid de herstelkosten voor de reiniging en coating van de balkons aan de voorkant voor haar rekening te nemen. Zij betwist dat zij aansprakelijk is voor de overige kosten. De Key voert aan dat de lekkage niet in strijd is met BB 2012 omdat het gebrekkige bouwdeel in een buitensituatie ligt. De reparatie aan het balkon en de borstwering kan dus niet aan haar worden toegerekend omdat het buitendeel niet onder de reikwijdte van BB 2012 valt. De gevolgschade aan de woningen kunnen voor zover die een omstandigheid opleveren die in strijd is met BB 2012 wel aan haar worden toegerekend. Echter, het oplossen van dat gebrek kent vele mogelijkheden en de werkzaamheden aan het balkon staan daar dus los van. De Key had bijvoorbeeld ook met kit de aansluiting tussen het kozijn en de woning kunnen opvullen en op die manier de lekkage kunnen voorkomen. De kosten van de werkzaamheden aan het balkon dienen niet onverkort te worden toegerekend aan De Key. De kosten van het oplossen van eventueel lekvocht staat dus los van de werkzaamheden aan de balkons, omdat de lekkages op andere, eenvoudigere wijze worden verholpen volgens De Key.
4.3.7.De rechtbank volgt De Key niet in haar standpunt. Het gebrek zit weliswaar aan de buitenkant, maar heeft effect op de binnenkant van het pand. Volgens de deskundige is het nodig om het gebrek op de manier op te lossen zoals [eisers] heeft laten doen aan de voorzijde, en aan de achterzijde nog zal laten doen. De Key had het gebrek eerder moeten onderkennen en herstellen maar heeft dat niet gedaan. Zij kan het nu niet aan [eisers] tegenwerpen dat [eisers] het op een andere manier hebben hersteld dan De Key zou hebben gedaan. Dat komt voor rekening van De Key. De rechtbank houdt daarom rekening met de door [eisers] opgevoerde kosten.
4.3.8.De conclusie van de deskundige is dat het aannemelijk is dat de gevels en raamkozijnen aan de voorzijde regelmatig (10 tot 30%) te kampen hadden met vochtdoorslag en in 2013 niet voldeden aan BB 2012. Volgens hem is voor het herstel van dit gebrek noodzakelijk om de gehele gevel voor 100% te herstellen. Dit geldt alleen voor de voorgevel en niet voor de achtergevel. Voor wat betreft de kozijnen geldt dat wanneer
10 tot 30% van de kozijnen zou zijn vervangen, daarmee de lekkage aan de binnenzijde van de woning was opgelost. De kozijnen zouden daarmee voldoen aan BB 2012. De deskundige voegt hieraan toe dat de problemen dan in de loop van de jaren steeds zouden terugkomen totdat alle kozijnen vervangen zijn. De kozijnen aan de achterzijde zijn nog niet vervangen en er zijn geen tekenen dat zich hier problematische lekkages voordoen. De noodzaak om die kozijnen door een gebrek te moeten vervangen is dan ook niet aan de orde, aldus de deskundige.
4.3.9.[eisers] is het eens met de conclusies van de deskundige. Ten aanzien van de kozijnen stelt zij dat deelherstel daarvan niet mogelijk zou zijn geweest omdat het pand onder gemeentelijk beschermd stadsgezicht valt. De voormalige kunststofkozijnen waren niet meer leverbaar zodat – om een vergunning te verkrijgen – alle kunststofkozijnen aan de voorzijde moesten worden vervangen. De lappendeken die door deelherstel / vervanging zou zijn ontstaan werd door de Gemeente niet toegestaan. Het was dus noodzakelijk om alle kozijnen tegelijk geheel te vervangen. De Key moet daarom 100% vergoeden.
4.3.10.De Key voert aan dat ongeacht of zij slechts een deel van de gevel of de hele gevel in één keer zou moeten aanpakken, alleen de kosten van herstel van 10 tot 30% van de gevel aan haar kan worden toegerekend. Het kan volgens haar niet zo zijn dat De Key de kosten moet dragen van het deel van de gevel (70 tot 90%) dat wél voldeed aan de eisen van BB 2012. Dat geldt ook voor de kosten van het herstel van de kozijnen. De Key is het eens met de conclusie van de deskundige over de gevel aan de achterzijde van het pand en de kozijnen aan die kant.
4.3.11.Uit het rapport van de deskundige en de beantwoording van de aanvullende vragen 3, 4 en 5 in het aanvullend deskundigenbericht volgt dat de gebreken aan de achterzijde van het pand zien op de balkons en niet op de gevel of de kozijnen. [eisers] hebben hun vordering II in die zin verminderd zodat zij geen vergoeding van de kosten ten aanzien van de gevel en kozijnen aan de achterzijde meer vorderen. De rechtbank hoeft daarop dus niet meer te beslissen.
4.3.12.De Key moet 100% van de herstelkosten van de voorgevel vergoeden omdat het niet mogelijk is het gebrek op te lossen door een deel van de voorgevel te herstellen. Verder is het zo dat als De Key dit gebrek conform haar verplichting in de koopovereenkomst destijds zelf had hersteld, zij de gevel ook volledig had moeten herstellen, ongeacht of de gevel deels voldeed aan BB 2012.
4.3.13.Dit geldt niet voor de raamkozijnen omdat de conditie van de individuele kozijnen los van elkaar staat en de kozijnen ook los van elkaar kunnen worden hersteld. De Key had dus alleen de gebrekkige kozijnen kunnen herstellen om de kozijnen te laten voldoen aan BB 2012. Voor herstel was, anders dan [eisers] stellen, niet noodzakelijk om alle kozijnen te vervangen. Omdat, zoals De Key aanvoert, de gebreken konden worden hersteld zonder de kozijnen helemaal te vervangen, was het niet noodzakelijk om alle kozijnen te vervangen. De conclusie van de deskundige is dat 10% tot 30% van de kozijnen niet voldeed aan BB 2012. Bij het bepalen van de omvang van de vergoedingsplicht van De Key, is voor de rechtbank van belang dat De Key is tekortgeschoten in haar verplichting uit de koopovereenkomst om de kozijnen te laten voldoen aan BB 2012. Daarmee heeft zij zelf de onduidelijke situatie in het leven geroepen dat nu niet precies is vast te stellen welk percentage (tussen 10% en 30%) van de kozijnen toen hersteld had moeten worden. De kans dat minder dan 30% van de kozijnen niet voldeden, komt om die reden voor rekening van De Key. De Key dient daarom 30% van de herstelkosten van de kozijnen aan de voorzijde van het pand te vergoeden.
breukdeel of totale bedrag