Uitspraak
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Idie aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Waardering van het bewijs
one- night standsdacht. Zij heeft gezegd dat ze daar in het algemeen wel oké mee is, maar heeft niet gezegd dat ze dat met hem oké vond. Hij vroeg toen of zij een echte Marokkaanse lul wilde proberen. Ze raakte in shock en voelde zich onveilig. Hij stopte voor een supermarkt op loopafstand van haar woning. Ze dacht dat het klaar was en dat ze uit de taxi zou gaan. Hij vroeg nog een keer of zij een
one-night standwilde, waarop zij antwoordde dat zij zo dronken was dat ze dat niet wilde. Ze opende de deur van de taxi en de chauffeur zei dat ze mooi was. Hij vroeg iets over kussen, waarop zij hem een kus heeft gegeven en dacht dat het daarbij zou blijven. Hij vroeg haar om de deur van de auto dicht te doen. Dit heeft zij gedaan, omdat ze dacht dat hij haar dan alsnog voor haar woning zou afzetten. Hij reed vervolgens langs haar gebouw naar de grote weg. Ze werd bang en vroeg zich af waar ze heen zou gaan. Hij stopte langs de weg op een donkere plaats. Hij heeft haar daar tegen de auto van achteren geneukt. Ze was helemaal in shock en in de war. Ze kon niet meer bewegen. Hij is gestopt, ging terug naar zijn auto en reed weg. Haar spullen, waaronder haar telefoon, lagen nog in zijn auto. Het ging heel snel en hij verdween gewoon. Ze was in paniek en kon geen politie bellen omdat haar telefoon nog in de taxi lag. Ze zag een vrouw lopen, heeft tegen haar gezegd dat ze verkracht was en heeft haar gevraagd de politie te bellen.
one-night standmet een Arabische man en was zij tijdens de rit met hem aan het flirten. Toen hij haar wilde afzetten vroeg zij aan hem: “
will you spend the night with me?”. Zij deed de achterdeur open en voordat zij uitstapte gaf zij hem een zoen op de mond. Hierop zei hij dat hij de taxi niet daar wilde achterlaten en dat hij de auto om de hoek zou parkeren. Toen hij dat had gedaan is hij uitgestapt en bij haar op de achterbank gaan zitten en ze hebben gezoend. Het voelde of zij dit allebei wilden. Ze zijn vervolgens uitgestapt en zij trok haar broek uit en draaide zich met haar rug naar hem om. Vervolgens hebben zij seks met elkaar gehad. Niet veel later realiseerde hij zich waar hij mee bezig was: hij vond dat hij moest werken en geen seks moest hebben met een klant. Toen is hij gestopt. Ze deden allebei hun broeken omhoog en hij is in de auto gestapt en weggereden. Even later realiseerde hij zich dat haar spullen nog in zijn auto lagen en is hij teruggereden.
opzetverkrachting) of dat hij ernstige reden had om te vermoeden dat zij dit niet wilde (
schuldverkrachting). In artikel 342 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is bepaald dat het bewijs hiervoor niet uitsluitend kan worden gebaseerd op de verklaring van één getuige. Met andere woorden: alleen de verklaring van aangeefster kan niet leiden tot een bewezenverklaring. Er moet meer bewijs zijn om het tenlastegelegde te bewijzen. De vraag of aan het bewijsminimum van artikel 342 lid 2, Sv is voldaan, laat zich niet in algemene zin beantwoorden, maar vergt een beoordeling van het concrete geval. Niet is vereist dat elk onderdeel van de tenlastelegging in ander bewijsmateriaal steun vindt. Dat betekent dat de rechtbank moet beoordelen of de verklaring van aangeefster betrouwbaar is en of haar verklaring voldoende steun vindt in ander bewijsmateriaal. Het steunbewijs dient verder te zien op feiten en omstandigheden die niet in een te ver verwijderd verband staan tot de aan verdachte verweten gedragingen.
one-night standmet hem wilde. In haar aangifte van 24 oktober 2024 heeft zij herhaald dat zij veel had gedronken, dronken was, dat de chauffeur over een
one-night standbegon en dat zij heeft gezegd dat zij dit niet met hem wilde. Ook bij haar verhoor door de rechter-commissaris op 5 maart 2025 herhaalde aangeefster dat verdachte bleef vragen of zij een
one-night standwilde en dat zij dit heeft geweigerd. Tevens herhaalde aangeefster dat zij meerdere keren heeft gezegd dat zij erg dronken was. Zij heeft op de dragende onderdelen van haar verklaring dus consistent verklaard. Dat aangeefster op andere, niet essentiële onderdelen van haar verklaring wisselend heeft verklaard doet daar niet aan af. Dit kan naar het oordeel van de rechtbank namelijk goed worden verklaard door het feit dat zij die nacht veel alcohol had gedronken, zoals ook de uitslag van de bloedtest bij de politie heeft bevestigd. Dat zij heeft verklaard dat zij een gat in haar geheugen heeft (informatief gesprek zeden) en dat zij zich niet herinnert wat er is gebeurd tussen het moment dat de chauffeur naar een donker plekje was gereden en het moment dat zij met haar broek en ondergoed op haar enkels naast de taxi stond (verhoor bij de rechter-commissaris), maakt haar verklaring ook niet onbetrouwbaar maar past juist bij haar verklaring dat zij dronken was en de chauffeur daar misbruik van heeft gemaakt.
one-night standmet hem wilde. Uit het feit dat aangeefster hem een kus heeft gegeven toen zij uit de taxi wilde stappen, volgt geen instemming met seks. Aangeefster had namelijk direct daarvoor tegen hem gezegd dat zij geen
one-night standmet hem wilde, maar dat zij hem wel een kus kon geven en dat zij daarna naar huis zou gaan. Verdachte moet dus hebben geweten dat aangeefster geen seks met hem wilde. Verdachte heeft seks met aangeefster gehad terwijl hij wist dat bij haar de wil daartoe ontbrak en heeft dit bewust genegeerd. Terwijl zij met een taxi naar huis wilde omdat zij dronken was, heeft verdachte juist misbruik gemaakt van haar kwetsbaarheid. De rechtbank acht daarom bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de subsidiair tenlastegelegde opzetverkrachting.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straf
8.Ten aanzien van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
9.Beslag
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
24 (vierentwintig) maanden.
6 (zes) maanden, van deze gevangenisstraf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
proeftijd van 3 (drie) jaarvast.
- Meldplicht bij reclassering: veroordeelde meldt zich uiterlijk drie werkdagen na het onherroepelijk worden van dit vonnis bij Reclassering Nederland op het adres Wibautstraat 12 te Amsterdam. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt.
- Ambulante behandeling: veroordeelde werkt mee aan diagnostiek, indien Reclassering Nederland dit geïndiceerd acht, en ambulante behandeling gericht op delictpreventie bij polikliniek De Waag of een soortgelijke forensische behandelinstelling, te bepalen door de Reclassering Nederland.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door de reclassering te houden toezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.