ECLI:NL:RBAMS:2025:7317

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
3 september 2025
Publicatiedatum
6 oktober 2025
Zaaknummer
C/13/762521 / HA ZA 25-56
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Schadevergoedingsuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verplichting tot aanbieden van vervangende arbeidsovereenkomsten bij beëindiging van samenwerking in payrollovereenkomst

In deze zaak vorderde JAM! B.V. schadevergoeding van HET OUDE SLOT HEEMSTEDE B.V. IN LIQUIDATIE wegens het niet nakomen van de verplichting om vervangende arbeidsovereenkomsten aan ingeleend personeel aan te bieden bij beëindiging van de samenwerking. De rechtbank Amsterdam deed uitspraak op 3 september 2025. JAM! B.V. had een overeenkomst met HET OUDE SLOT waarin was vastgelegd dat bij beëindiging van de samenwerking, HET OUDE SLOT verplicht was om ingeleend personeel een arbeidsovereenkomst aan te bieden. HET OUDE SLOT was ontbonden met een turboliquidatie en kon daardoor niet voldoen aan deze verplichting. De rechtbank oordeelde dat HET OUDE SLOT tekort was geschoten in de nakoming van de overeenkomst, maar dat de beëindiging van de bedrijfsactiviteiten door de gemeente niet aan HET OUDE SLOT kon worden toegerekend als overmacht. De rechtbank wees de vorderingen van JAM! toe, met uitzondering van de transitievergoeding, en veroordeelde HET OUDE SLOT tot betaling van een totaalbedrag van € 38.381,29 aan JAM! voor loonkosten en buitengerechtelijke incassokosten, alsook de proceskosten van € 5.722,24. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/762521 / HA ZA 25-56
Vonnis van 3 september 2025
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
JAM! B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eisende partij,
advocaat: mr. D.B.J. Regterschot,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HET OUDE SLOT HEEMSTEDE B.V. IN LIQUIDATIE,
voorheen gevestigd te Heemstede,
gedaagde partij,
advocaat: mr. K. Walburg.
Partijen worden hierna JAM! en Het Oude Slot genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 10 oktober 2024, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- het tussenvonnis van 23 april 2025 waarin de mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 14 juli 2025 en de daarin genoemde stukken.
1.2.
Daarna is bepaald dat vandaag een vonnis wordt uitgesproken.

2.De feiten

2.1.
JAM! is een specialist in payroll- en personeelsdiensten en voorziet horecaondernemingen van diensten zoals loonadministratie en verzuimmanagement.
2.2.
Het Oude Slot exploiteerde een gebouw voor onder andere feesten en trouwerijen. Sinds 29 maart 2024 is Het Oude Slot uitgeschreven uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel en is zij ontbonden met een turboliquidatie.
2.3.
Sinds 2017 bracht Het Oude Slot haar personeel onder bij JAM! om dit personeel vervolgens op basis van payroll in te lenen. JAM! fungeerde hierbij als werkgever en betaalde de door het personeel gewerkte uren uit aan de medewerkers. JAM! factureerde de uitbetaalde uren aan Het Oude Slot, vermenigvuldigd met een tarieffactor. Hiertoe heeft JAM! meerdere concepten voor een raamovereenkomst aan Het Oude Slot verstrekt (hierna: de overeenkomst). Bij de overeenkomst hoort een tariefbijlage en de algemene voorwaarden van JAM! zijn van toepassing verklaard.
2.4.
Artikel 9 van de conceptovereenkomst (versie 2020) luidt:

Artikel 9: Overname personeel bij eindigen samenwerking
Op het moment dat Opdrachtgever de samenwerking met Werkgever beëindigt, of Werkgever beëindigt de samenwerking met Opdrachtgever, is Opdrachtgever verplicht om al het ingeleende personeel een arbeidsovereenkomst aan te bieden tegen dezelfde arbeidsvoorwaarden. Hieronder valt looptijd, salaris, functie, werktijden, werklocatie, secundaire arbeidsvoorwaarden en andere componenten die hier onder kunnen vallen. Deze arbeidsovereenkomst dient in te gaan op de einddatum van de samenwerking tussen opdrachtgever en werkgever.”
2.5.
Daarnaast bepaalt artikel 14 van de overeenkomst (versie 2020) het volgende:
Artikel 14: Doorbetaling bedrijfsstagnatie
Opdrachtgever en Werkgever komen overeen dat in het geval van bedrijfsstagnatie Opdrachtgever verantwoordelijk is voor de loondoorbetaling van de door Opdrachtgever bij Werkgever ondergebrachte werknemers. De kostenfactor en betalingsafspraak is gelijk aan wat in deze overeenkomst is vastgelegd.”
2.6.
Op grond van artikel 6 lid 3 van de algemene voorwaarden geldt in aanvulling op de verplichting voor Het Oude Slot om een arbeidsovereenkomst aan te bieden aan het personeel in geval van beëindiging van de samenwerking tussen haar en JAM!:
“3. (…) Indien werknemer deze niet aanvaardt, blijven eventuele loonkosten die JAM! aan de medewerker moet doorbetalen voor rekening van Opdrachtgever tot aan het einde van de arbeidsovereenkomst tussen JAM! en de medewerker.”
2.7.
De bepaling onder f van de bij de overeenkomst horende tariefbijlage vermeldt dat een medewerker van wie het contract van rechtswege afloopt of waarbij het contract wordt ontbonden op initiatief van de Het Oude Slot dan wel JAM!, vanaf 1 januari 2020 altijd recht heeft op transitievergoeding. Verder staat er dat de kosten van de transitievergoeding niet worden doorberekend aan Het Oude Slot.
2.8.
Op 1 september 2023 stuurde JAM! een e-mail naar Het Oude Slot met daarin:
“Zoals bekend gaat Oude Slot Heemstede stoppen per 1 november 2023. Graag ontvangen wij een schriftelijke opzegging, waaruit blijkt dat er sprake is van bedrijfseconomische reden.”
2.9.
In het najaar van 2023 heeft Het Oude Slot haar exploitatie moeten beëindigen omdat de gemeente de verhuur van het gebouw niet wilde voortzetten.
2.10.
JAM! heeft op1 oktober 2023 per e-mail de samenwerking met Het Oude Slot opgezegd wegens een gebrek aan communicatie en duidelijkheid over de toekomst van Het Oude Slot.
2.11.
Na de beëindiging van de samenwerking tussen JAM! en Het Oude Slot, heeft JAM! geprobeerd de arbeidsovereenkomsten met het door Het Oude Slot ingeleende personeel te beëindigen. Met één medewerkster, mevrouw [naam] , is dit niet gelukt, waardoor JAM! uiteindelijk een vaststellingsovereenkomst met haar sloot.
2.12.
Op grond van de vaststellingsovereenkomst is de arbeidsovereenkomst van [naam] met wederzijds goedvinden per 1 februari 2024 beëindigd. Tot deze einddatum betaalde JAM! het gebruikelijke salaris door aan [naam] . De kosten hiervoor inclusief de bovengenoemde tarieffactor, in totaal € 71.798,-, heeft JAM! gefactureerd aan Het Oude Slot.
2.13.
Het Oude Slot heeft de facturen van JAM! niet betaald. Hiertoe heeft JAM! in november en december 2023 meerdere aanmaningen gestuurd en een extern incassobureau ingeschakeld. Op 17 januari 2024 stuurde het incassobureau een laatste aanmaning en partijen hebben tot april 2024 met elkaar gecorrespondeerd, maar Het Oude Slot heeft niet betaald.

3.Het geschil

3.1.
JAM! vordert – samengevat – dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
i. voor recht verklaart dat Het Oude Slot tekort is geschoten in de nakoming van de tussen partijen gesloten overeenkomst en aansprakelijk is voor de door JAM! als gevolg daarvan geleden schade;
ii. voor recht verklaart dat Het Oude Slot onrechtmatig heeft gehandeld jegens JAM! en aansprakelijk is voor de door JAM! als gevolg daarvan geleden schade;
iii. Het Oude Slot veroordeelt om aan JAM! te betalen een bedrag van € 79.231,05, althans een in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met wettelijke handelsrente dan wel wettelijke rente;
iv. Het Oude Slot veroordeelt om aan JAM! te betalen een bedrag van € 1.567,31 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met wettelijke rente;
v. Het Oude Slot veroordeelt in de kosten van deze procedure.
3.2.
Het Oude Slot voert verweer. Het Oude Slot concludeert tot niet-ontvankelijkheid van JAM!, dan wel tot afwijzing van haar vorderingen, met veroordeling van JAM! in de kosten van deze procedure.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, ingegaan.

4.De beoordeling

Overeenkomst niet nagekomen
4.1.
Partijen zijn het erover eens dat tussen hen een overeenkomst tot stand is gekomen, op grond waarvan voor Het Oude Slot de verplichting bestond om al het ingeleende personeel een arbeidsovereenkomst aan te bieden tegen dezelfde arbeidsvoorwaarden op het moment dat de samenwerking tussen JAM! en Het Oude Slot werd beëindigd (zie 2.4). Hierdoor rustte op Het Oude Slot een resultaatsverbintenis, waarbij het voor haar risico komt of het mogelijk is om het ingeleende personeel een arbeidsovereenkomst aan te bieden.
4.2.
Door de beëindiging van de bedrijfsactiviteiten van Het Oude Slot is het feitelijk onmogelijk geworden de verplichting uit artikel 9 van de overeenkomst na te komen. Reden voor de beëindiging van de exploitatie van Het Oude Slot was het stoppen van het huurcontract door de gemeente. Hierdoor was de werklocatie niet langer beschikbaar en zijn alle arbeidsplaatsen bij Het Oude Slot komen te vervallen. Om deze redenen was Het Oude Slot niet in staat een arbeidsovereenkomst aan te bieden aan het ingeleende personeel.
4.3.
Het Oude Slot erkent dat dit een tekortkoming in de nakoming van artikel 9 van de overeenkomst is, maar stelt zich op het standpunt dat deze tekortkoming niet aan haar toe te rekenen is (overmacht). Hierin wordt zij niet gevolgd. Het Oude Slot was op grond van de overeenkomst gehouden vervangende arbeidsovereenkomsten aan te bieden aan het ingeleende personeel. Daarnaast zouden eventuele loonkosten die JAM! aan het personeel moest doorbetalen voor rekening van Het Oude Slot komen (2.6). Nakoming van die doorbetalingsverplichting is niet onmogelijk.
4.4.
Het verweer van Het Oude Slot dat JAM! haar schade had kunnen beperken door de arbeidsovereenkomst met [naam] per 1 december 2023 op te zeggen gaat niet op. [naam] had immers aanspraak op inachtneming van een opzegtermijn en die vormt de basis voor de bepalingen in de vaststellingsovereenkomst.
Doorbetaling loon voor 1 november 2023
4.5.
Per 1 november 2023 was het niet meer mogelijk om werkzaamheden te verrichten voor Het Oude Slot. In de vaststellingsovereenkomst met [naam] is daartoe vastgelegd dat [naam] vanaf 1 november 2023 is vrijgesteld van werk met behoud van loon. Voor de maanden augustus, september en oktober 2023 is dus sprake van de reguliere doorbetaling van loon, dat voor rekening van Het Oude Slot komt. Hiervoor geldt dat loon aan Het Oude Slot wordt doorberekend tegen de door partijen overeengekomen tarieffactor van 1,595. Dit komt neer op een bedrag van € 19.109,85 (3.993,70 x 1,595 = 6.369,95 x 3 maanden).
Vergoeding loonkosten na 1 november 2023
4.6.
In de maanden november 2023, december 2023 en januari 2024 verrichtte [naam] niet langer werk voor Het Oude Slot. Op grond van de vaststellingsovereenkomst heeft JAM! loon over deze maanden doorbetaald aan [naam] . Het Oude Slot moet deze loonkosten vergoeden omdat zij aan [naam] geen vervangende arbeidsovereenkomst heeft kunnen aanbieden en zodoende niet de op haar rustende verplichting uit de overeenkomst heeft kunnen nakomen. De grondslag voor vergoeding van deze kosten is daarom schadevergoeding.
4.7.
De overeenkomst bepaalt niet dat voor schadevergoeding ook een tarieffactor doorberekend wordt. Voor deze maanden behoort de tarieffactor dus niet tot de schade. Dit komt uit op een bedrag van € 11.981,1 (3.993,70 x 3 maanden). Dit geldt eveneens voor de uitbetaling van verlofdagen (€ 2.977,34) en voor de beëindigingsvergoeding (€ 4.313,00). Ook deze kosten zijn niet doorberekend tegen de tarieffactor, zodat Het Oude Slot deze kosten dient te vergoeden zonder toepassing van de tarieffactor.
Transitievergoeding
4.8.
Zoals hiervoor vermeld in 2.7, geldt voor de transitievergoeding dat onder f in de tariefbijlage is opgenomen dat de kosten bij het uitbetalen van deze transitievergoeding niet worden doorberekend aan Het Oude Slot. Daar komt nog bij dat Het Oude Slot een e-mail van JAM! van 26 juli 2023 in het geding heeft gebracht waarin JAM! schrijft dat de transitievergoeding
“conform de afspraak voor ons”is. Dit bericht staat haaks op het standpunt van JAM! dat voor haar niet duidelijk was wat er met Het Oude Slot zou gebeuren. Indien de toekomst van Het Oude Slot daadwerkelijk onduidelijk was, zoals JAM! stelt, is niet verklaarbaar waarom in de die mail al over een transitievergoeding gesproken wordt. Het bedrag van € 16.374,00 voor de transitievergoeding wordt afgewezen.
4.9.
Het voorgaande leidt ertoe dat in totaal zal worden toegewezen:
˗ loon met tarieffactor in augustus, september en oktober € 19.109,85
˗ loon zonder tarieffactor in november, december en januari 11.981,10
˗ verlofdagen zonder tarieffactor 2.977,34
˗ beëindigingsvergoeding zonder tarieffactor
4.313,00
˗ totaal € 38.381,29
De gevorderde wettelijke handelsrente zal worden toegewezen vanaf de vervaldata van de facturen, omdat dit het moment van opeisbaarheid is.
Verklaring voor recht
4.10.
Omdat de hiervoor genoemde bedragen worden toegewezen heeft JAM! de gevorderde verklaring voor recht niet meer nodig. De rechtbank zal deze vordering daarom afwijzen.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.11.
De rechtbank stelt vast dat JAM! voldoende heeft toegelicht dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. Het gevorderde bedrag van € 1.567,31 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding, wordt als onbetwist toegewezen.
Proceskosten
4.12.
Het Oude Slot is grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van JAM! worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
121,24
- griffierecht
2.995,00
- salaris advocaat
2.428,00
(2 punten × tarief IV: € 1.214,00)
- nakosten
178,00
(plus de verhoging vermeld in de beslissing)
totaal
5.722,24
4.13.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
veroordeelt Het Oude Slot om aan JAM! te betalen een bedrag van € 38.381,29, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente als bedoeld in artikel 6:119a BW, telkens vanaf de vervaldata van de facturen tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt Het Oude Slot om aan JAM! te betalen een bedrag van € 1.567,31 aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW, met ingang van 10 oktober 2024 tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Het Oude Slot in de proceskosten van € 5.722,24, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Het Oude Slot niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.4.
veroordeelt Het Oude Slot tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.L. Bolkestein, rechter, bijgestaan door mr. J.D. Tameris, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 3 september 2025.