ECLI:NL:RBAMS:2025:6694
Rechtbank Amsterdam
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Ambtshalve toetsing consumentenrecht bij verzekeringsovereenkomst met onvoldoende informatie in dagvaarding
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 28 augustus 2025 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen UNIGARANT N.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij vorderde betaling van een onbetaalde premie uit hoofde van een verzekeringsovereenkomst, met nevenvorderingen. De rechtbank heeft ambtshalve getoetst aan het consumentenrecht, aangezien de gedaagde partij een consument is. De eisende partij heeft bij dagvaarding verschillende documenten overgelegd, waaronder een polis(aanvraagformulier), facturen, aanmaningen en algemene voorwaarden. Echter, de rechtbank oordeelde dat de eisende partij niet voldoende had gemotiveerd hoe de overeenkomst tot stand was gekomen en welke informatie aan de gedaagde was verstrekt, met name over het ontbindingsrecht.
De rechtbank heeft meer dan een jaar lang tussenvonnissen gewezen, waarbij de eisende partij steeds de gelegenheid kreeg om haar vordering nader toe te lichten. Ondanks deze kansen heeft de eisende partij nagelaten om de benodigde informatie in de dagvaarding op te nemen. Hierdoor kon de rechtbank het ambtshalve onderzoek niet goed uitvoeren, wat leidde tot de afwijzing van de vordering wegens het niet voldoen aan de stelplicht. De rechtbank heeft de eisende partij ook veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde partij zijn begroot op nihil. De beslissing van de rechtbank is openbaar uitgesproken door mr. E. Pennink.