Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- mr. Sinaij en mr. N.E.V. van Nispen tot Sevenaer-Berger;
- [naam 1] , beleidsadviseur bij de Gemeente;
- [naam 2] , teamleider bij de Gemeente;
- [gedaagde] met mr. Huurman-Ip Vai Ching;
- [naam 3] , belangenbehartiger van [gedaagde] , toehoorder.
2. De feiten
(…)"
7.3. (…) De voorzieningenrechter is van oordeel dat verweerder in dit geval in redelijkheid heeft kunnen beslissen dat de noodzaak bestond om de woning te sluiten voor drie maanden. Er is namelijk een hoeveelheid drugs aangetroffen die de gebruikershoeveelheid aanzienlijk overschrijdt.
3.Het geschil
4.De beoordeling
maar de vraag is” of [gedaagde] en [naam 4] “
er bewust van waren dat de drugs en de wapens in hun woonwagen lagen, gelet op het feit dat deze niet in het zicht lagen”. Over de vraag of zij daadwerkelijk iets wisten van de wapens en de drugs in hun woonwagen hebben zij toen niets uitdrukkelijk verklaard. In de uitspraak van 4 juli 2025 is overwogen dat uit het proces-verbaal van onderzoek van 3 april 2025 blijkt dat in de inbouwkast in de slaapkamer gelegen op de eerste verdieping, in een rode boodschappentas twee vuurwapens en twee patroonmagazijnen, voorzien van munitie, zijn aangetroffen. Verder zijn in de andere slaapkamer in een koffer twee patroonmagazijnen voorzien van munitie aangetroffen. Gelet op waar de goederen zijn aangetroffen, deels zichtbaar op de grond in de slaapkamer, heeft de bestuursrechtelijke voorzieningenrechter geoordeeld dat het niet aannemelijk is dat [gedaagde] (en [naam 4] ) geen enkel verwijt kan worden gemaakt. Dit oordeel wordt in dit vonnis gevolgd. Dat [gedaagde] nu wél het standpunt inneemt dat zij geen enkele weet had van de drugs en de wapens in haar woonwagen overtuigt niet. Dat inmiddels is gebleken dat er geen DNA-sporen van [gedaagde] zijn gevonden op de wapens doet hieraan niet af, nu daaruit niet volgt dat zij geen wetenschap had van de wapens en/of drugs. Conclusie is dat de gestelde onwetendheid van [gedaagde] niet leidt tot het oordeel dat ontbinding op grond van 7:231 lid 2 BW en de daaruit voortvloeiende ontruiming onaanvaardbaar zijn.
zero tolerancebeleid te voeren.
- dagvaarding € 119,40
- griffierecht € 714,00
- salaris advocaat € 1.107,00
- nakosten